Startpagina Archief

Verschillen in maïsafrijping tussen

rassen, regio’s en percelen

Op zowat de helft van de locaties uit het LCV-netwerk is de maïs reeds geoogst. Op 10 oktober werden nog op 5 locaties stalen genomen om de droge stof te bepalen.

Leestijd : 2 min

De locatie in Tongeren is nog de enige locatie die voor 15 mei werd gezaaid. Alle vroegheidsgroepen zijn hier oogstklaar. De vroege rassen hebben zelfs een drogestofpercentage van meer dan 40%.

Bij de maïs gezaaid na 15 mei laten de locaties in  Geel en Ravels een toename in droge stof zien. Wat Geel betreft, mag gesteld worden dat alle rassen oogstklaar zijn. In Ravels is dit nog niet het geval, maar alle rassen hebben een drogestofpercentage van 30% of meer.

In Zichem en Poperinge is er nauwelijks evolutie in het drogestofpercentage. Enkel het zeer vroege ras LG31206 valt in Zichem binnen het oogsttraject van 32-38% droge stof. De andere rassen blijven nog steeds onder 30% droge stof.

Grote verschillen

Zoals al eerder aangehaald, zijn er nog steeds grote verschillen tussen percelen in kolfontwikkeling, kolfvulling en bijgevolg ook in afrijping. Gaan kijken naar alle percelen is zeker een must om een beeld te krijgen van de situatie. Op basis hiervan kan er beslist worden welke maïs geoogst kan worden en welke niet, al blijft de vraag of het de moeite loont om te wachten met de oogst van de laatgezaaide maïs. Zeker wanneer deze percelen een minderheid van het areaal vormen, is het het overwegen waard om alles te oogsten. Doe dit weliswaar met de nodige aandacht voor oogst en inkuilen, zoals we in Landbouwleven van 10 oktober berichtten.

Voor LCV: Gert Van de Ven, An Schellekens (Hooibeekhoeve)

Actueel

Geen populatiebeheer voor wolven in Vlaanderen

Actueel Een populatiebeheer voor wolven is in Vlaanderen niet aan de orde, ook niet nadat het Europees Parlement ermee instemde om de status van de wolf in de Europese Habitat-richtlijn te wijzigen van ‘streng beschermde’ naar ‘beschermde’ diersoort.
Voir plus d'articles
Meest gelezen