Startpagina Actueel

Geen moratorium op verkoop landbouwgronden

Heel wat lokale overheden verkopen de landbouwgronden die ze in bezit hebben, meestal zonder dat daar een beleid achter zit. Dat kan ondanks de Pachtwet nadelig zijn voor de landbouwers. Vlaams minister van Landbouw Jo Brouns is echter niet van plan om een moratorium in te voeren op de verkoop van landbouwgronden door overheden.

Leestijd : 5 min

Minister Brouns werd op 15 maart over het onderwerp aan de tand gevoeld in de commissie Landbouw door de parlementsleden Ludwig Vandenhove (Vooruit) en Mieke Schauvliege (Groen).

“In een opiniestuk werd onlangs gesteld dat overheden en publieke instellingen heel veel landbouwgronden verkopen. Ik zie dat ook in mijn eigen stad Sint-Truiden. Heel wat gemeenten en steden doen dat gewoon om de kas te spijzen, zonder dat daar een beleid achter zit.

Volgens Joris Relaes van het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO) is het noodzakelijk dat daarrond een doordacht beleid wordt gevoerd als we in Vlaanderen onze landbouw en voedselproductie willen vrijwaren. Een van de problemen voor jonge landbouwers is het gebrek aan betaalbare landbouwgrond.

Volgens het ILVO is het cruciaal dat overheden zich ervan bewust worden dat snel landbouwgronden verkopen aan de meest biedende nefaste gevolgen heeft voor de omslag naar duurzame landbouw- en voedselproductie.

Gent heeft wel moratorium

Er zijn evenwel ook besturen – denk aan Leuven en Gent – die wel een visie op landbouw ontwikkelen. Gent heeft bijvoorbeeld onlangs beslist tot een tijdelijk verkoopmoratorium voor landbouwgronden van zijn OCMW”, duidt Vandenhove.

Ook Mieke Schauvliege stelt zich vragen bij de verkopen van landbouw-gronden door lokale overheden. “Het doctoraatsproefschrift van Hans Vandermaelen bracht een aantal interessante cijfers aan het licht over gronden van publieke grondeigenaars in Oost-Vlaanderen. Daarin valt heel hard op dat bijna 10% van de totale oppervlakte van de provincie Oost-Vlaanderen in eigendom is van publieke overheden. Dat is bijna 10.000 ha groengebied en bijna 8.000 ha landbouwgebied.

De helft van het publieke areaal is in handen van de Vlaamse overheid. Ook OCMW’s en kerkfabrieken hebben grote oppervlaktes. Het grondbezit van publieke overheden groeit nog, vooral voor natuurontwikkeling en waterveiligheid, maar het grondenbezit door OCMW’s en kerkfabrieken daalt.

Landbouwdoelen bestaan niet

In functie van natuur- en bosdoelen kochten overheden in het laatste decennium heel wat gronden. Bij de landbouwgronden valt op dat publieke overheden veel minder zorgzaam omgaan met hun patrimonium: heel wat van de gronden die in Oost-Vlaanderen werden verkocht door publieke instellingen, hadden de planologische bestemming landbouw. Een aankoopbeleid in functie van landbouwdoelen bestaat helemaal niet, in tegenstelling tot een aankoopbeleid in functie van natuur- en bosdoelstellingen.

Ook Joris Relaes besluit uit het doctoraatsonderzoek dat “een landbouw- en voedselbeleidsvisie bijna totaal ontbreekt in het grondenbeleid van de meeste overheids- of semi-overheidsinstanties die over die gronden beschikken.” Zo dreigt ons landbouwgebied steeds meer versnipperd te raken en wordt de verdere vertuining en verpaarding ongewild aangezwengeld.

Slechts 30% van de bewerkte grond is in eigendom van de boer die de gronden bewerkt. De andere gronden worden gehuurd of gepacht van andere eigenaars. Dat zorgt ervoor dat landbouwers erg kwetsbaar zijn wanneer de gronden verkocht worden. Dat kan voor landbouwers tot de stopzetting van het bedrijf leiden. Landbouwers langetermijnzekerheid bieden over de beschikbaarheid van landbouwgronden kan een belangrijke hefboom zijn naar een duurzame transitie van hun bedrijf.

Een van de conclusies van de studie is dat bij elke verkoop van landbouwgrond de boer de verliezer is, gelet op de kostprijs en de druk die op landbouwgrond liggen. Dat betekent dat je vooral moet voorkomen dat er een verkoop is, en dat je mogelijkheden moet creëren om die publieke grond ter beschikking te stellen van de landbouw”, besluit Schauvliege.

Zorgwekkend en beloftevol

Minister Jo Brouns volgt met veel interesse het aangehaalde doctoraatsonderzoek aan de UGent en het ILVO. “De resultaten zijn zorgwekkend, maar anderzijds ook wel beloftevol.

Landbouwers die een aanzienlijk deel van hun areaal pachten van een publieke instelling, zijn erg afhankelijk. Enkel en alleen al voor de gronden van het OCMW van Gent in Oost-Vlaanderen gaat het om 160 landbouwbedrijven die meer dan 10% van hun areaal van dit OCMW pachten. Het grondbeleid van deze ene instelling beslist dus mee over de toekomst van 160 landbouwbedrijven.

Het ILVO vermoedt dat een gelijkaardige oefening voor alle publieke instellingen in Vlaanderen vele honderden landbouwbedrijven in beeld zou brengen waarvan de toekomst zeer afhankelijk is van het grondbeleid van de publieke instellingen.

Dit alomvattende beeld van publiek grondbezit en publieke grondtransacties is ook beloftevol. Nieuwe inzichten bieden ook kansen. In de nieuwe Pachtwet hebben we de verpachting door publieke instellingen gemoderniseerd. Hierdoor zijn er meer kansen om een gericht en specifiek grondbeleid te voeren dat inspeelt op de noden van onze landbouwbedrijven en van de lokale voedselvoorziening.

Het ILVO zegt dat verschillende lokale publieke instellingen zelf geen overzicht of kaartmateriaal hebben van hun eigen grondbezit. Ze hebben geen zicht op hoe hun grondbezit zich verhoudt tot dat van andere publieke instellingen. Het lijkt zeer wenselijk dat een alomvattend beeld van publiek grondbezit wordt gemaakt.

Het ILVO bekijkt daarom de mogelijkheid om de cartografie van publiek grondbezit uit te breiden naar de rest van Vlaanderen. Ik wil dit graag ondersteunen.

Dat overheden hun landbouwgronden verkopen, moet op zich geen probleem zijn, als de gronden in landbouwgebruik blijven. De bescherming van de pachter bij verkoop is hierbij cruciaal, en zowel de huidige Pachtwet als het voorstel van pachtdecreet voorzien in een degelijke bescherming van de zittende pachter.

Gelet op de bescherming die de pachtwet biedt aan zittende pachters bij een verkoop lijkt de Vlaamse voedselstrategie niet onmiddellijk in het gedrang te komen”, aldus minister Brouns.

Probleem op lange termijn

“Wat me wel verontrust, is dat het onderzoek toont dat landbouw- en voedseldoelstellingen opvallend ondervertegenwoordigd of zelfs afwezig zijn wanneer publieke instellingen gronden kopen en verkopen in landbouwgebied. Op langere termijn kan dit voor de voedselstrategie een probleem opleveren.

Lokale besturen moeten zich meer bewust zijn van het belang van hun lokaal landbouwbeleid in functie van hun eigen voedselstrategie, zodat men heel goed nadenkt over die schaarse of steeds schaarser wordende landbouwgronden. Dat is een heel duidelijke boodschap naar de lokale besturen, maar er komt geen moratorium”, besluit de minister.

Filip Van der Linden

Lees ook in Actueel

Milde melkaanvoer in Europa

Economie Raf Beyers, adviseur bedrijfsontwikkeling en risk management bij United Experts, overliep op 20 maart met ons de financiële wereldsituatie en de internationale zuivelmarkten. De melkpoederprijzen gaan nog steeds in dalende lijn. Op de GDT-veiling werd 27% minder product verkocht dan vorig jaar.
Meer artikelen bekijken