Project Boerenvreugde: Zeugenhouders delen hun ervaringen met vrijloopkraamhokken
Zeugenhouders Nancy en Marleen gaven op 7 februari tips & tricks over de indeling, inrichting van en over het werken met vrijloopkraamhokken aan collega-varkenshouders. Deze uitwisseling vond plaats op een inspiratienamiddag binnen het project Boerenvreugde, georganiseerd door DGZ en Inagro.
Door het stikstofdecreet zullen sommige zeugenhouders moeten investeren in nieuwe kraamhokken. Samen met meer aandacht en mogelijk nieuwe toekomstige normen voor dierenwelzijn, roept dat veel vragen op over het al dan niet investeren in vrijloopkraamhokken. Op 7 februari organiseerden DGZ en Inagro een inspiratienamiddag binnen het project ‘Boerenvreugde in West-Vlaamse kraamstallen’, waar enkele zeugenhouders hun ervaringen met vrijloopkraamhokken deelden.
Indeling
Bij de bouw van een nieuwe kraamstal is het belangrijk om na te denken over de plaatsing van vrijloopkraamhokken. Zelfs als je van plan bent om hiermee te wachten, is het verstandig om de mogelijkheid in gedachten te houden.
Een tip is om traditionele kraamhokken in rijen van 3 te bouwen, zodat bij een eventuele verplichting 1 kraamhok kan worden opgegeven en 3 traditionele kraamhokken kunnen worden omgebouwd naar 2 vrijloopkraamhokken.
Ook werd aangeraden om vierkant te werken en om rekening te houden met de mogelijkheid om op termijn een controlegang op te offeren, om zo meer ruimte in het vrijloopkraamhok te creëren.
Inrichting
Tijdens de inspiratienamiddag deelden zeugenhouders Nancy en Marleen hun tips. Bij de bouw van een kraamstal met vrijloopkraamhokken is het volgens hen essentieel dat de ruimte koel genoeg blijft voor de zeugen. Door de temperatuur in de stal te sturen, kan je het gedrag van de zeugen beïnvloeden. Nancy en Marleen merkten op dat er in de zomer meer doodliggers zijn dan in de winter. Beide werken met vrijloopkraamhokken met een kooi, waarbij de zeugen tijdens het werpproces worden vastgezet. Na het behandelen van de biggen worden de kooien geleidelijk opengezet, zodat de zeugen rustig kunnen wennen aan de vrijloop. Tijdens het openzetten van de kooien wordt er rekening gehouden met gelten en ‘probleem’-zeugen. Deze kooien worden als laatste opengezet. Het openzetten van de kooien doen ze telkens na de laatste voederbeurt, dan zijn de zeugen rustiger.
Bij Marleen zitten er 32 zeugen samen in een kraamstal, bij Nancy 52. Allebei zouden ze in de toekomst niet kleiner bouwen.
Werken in een vrijloopkraamhok
Het werken in een vrijloopkraamhok ervaren beide zeugenhouders als zeer aangenaam. Het beeld van biggen die drinken zonder een kooi die in de weg zit, is voor hen onbeschrijfelijk.
Nancy en Marleen gaven aan dat het werken met vrijloopkraamhokken een zoektocht was. Ze moesten namelijk het juiste aantal voederbeurten vinden om de kans op doodliggers te verminderen. Marleen en Nancy voederen nu maximaal 4 keer per dag. Om de biggen te stimuleren om vast voedsel op te nemen, komt het erop neer om te spelen met de omgevingstemperatuur en met de voedergift van de zeug.
Een moeilijkheid in vrijloopkraamhokken is het opvangen van kleine biggen. Nancy benadrukte dat het niet gemakkelijk is om te werken met 20 kleine biggen in een vrijloopkraamhok.
Tips & tricks
Enkele tips uit de inspiratienamiddag:
• Voorzie een lage instap aan ieder kraamhok.
• Zet de kooi op wielen of zorg ervoor dat je met 2 personen bent om de kooien van de zeug open of dicht te doen.
• Hou een klein plankje bij je als je bij de zeug komt.
• Zorg ervoor dat de biggen altijd weg kunnen, bijvoorbeeld door de kooi in een V te plaatsen.
• Een goed biggennest is zeer belangrijk; hang een lichtje in het biggennest zodat de biggen het nestje gemakkelijk vinden.
• Leg tijdens het werpen een jutezak op het biggennest en leg deze na het werpen in het nestje.
Het project ‘Boerenvreugde in West-Vlaamse kraamstallen’ kwam tot stand met de steun van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling, de Europese Unie en de provincie West-Vlaanderen.
