Startpagina Actueel

Eurocommissaris Hansen: ‘Overal zag ik dezelfde zorgen, dezelfde hoop’

Aan de vooravond van de zomer bood de overdekte veemarkt van Ciney het decor van haar wekelijkse hoogmis. Op 20 juni kwam de Europese Landbouwcommissaris Hansen, geflankeerd door ministers en Europarlementsleden, er de polsslag voelen van een sector op zoek naar toekomst.

Leestijd : 4 min

Deze unieke plek – tegelijk economisch centrum en ontmoetingsplaats van het platteland – is al decennialang een onmisbaar referentiepunt voor veehouders. Op 20 juni waren de blikken echter niet alleen gericht op het vee. Een politieke delegatie, bestaande uit Eurocommissaris Christophe Hansen, de ministers David Clarinval (MR) en Anne-Catherine Dalcq (MR), de Europarlementsleden Benoît Cassart, Hilde Vautmans en de Ier Michael McNamara (alle Renew Europe), was ter plaatse voor een rechtstreeks gesprek met de sector.

Eurocommissaris Hansen luidde stipt om 7.00 uur de bel van de markt van Ciney, die het begin van de transacties aangeeft.
Eurocommissaris Hansen luidde stipt om 7.00 uur de bel van de markt van Ciney, die het begin van de transacties aangeeft. - Foto: M-FV
Van administratieve vereenvoudiging tot generatievernieuwing, marktregulering en de risico’s van handelsakkoorden: de toekomst van de sector stond centraal in een open dialoog met de actoren van de veehouderij.

Prijzen, eerlijkheid en vereenvoudiging

Europarlementslid Cassart, een sleutelfiguur binnen de Waalse veesector, verwelkomde de Europese Landbouwcommissaris enthousiast in Ciney, het zenuwcentrum van de Belgische veehouderij. Commissaris Hansen, die nog vóór zijn officiële benoeming beloofde om langs te komen, hield woord. In 6 maanden tijd bezocht hij al 19 lidstaten, waarbij hij zelf vooral de dialoog met boeren opzocht. “Overal hoor ik dezelfde zorgen, dezelfde hinderpalen, dezelfde hoop”, verklaarde hij meteen.

Hij wees op het kantelpunt van de boerenprotesten begin 2024. Die protesten belichaamden diepe frustraties, gevoed door een wirwar aan regels en een gevoel van verlatenheid. Volgens Hansen verwoordden landbouwers toen 3 kernboodschappen: eerlijke prijzen voor kwaliteitsproducten, eerlijke concurrentie op internationale markten, en een aanzienlijke vermindering van de administratieve last.

De Europese Commissie zegt op die 3 fronten al actie te hebben ondernomen. De hervorming van de Gemeenschappelijke Marktordening (GMO) wil de machtsverhoudingen tussen producenten en distributeurs hertekenen. Een belangrijke administratieve vereenvoudiging, het zogeheten ‘Omnibus’-reglement, is in voorbereiding. Dit moet een lastenverlaging opleveren van 1,6 miljard euro op Europees niveau voor landbouwers, en van 200 miljoen euro voor administraties. De invoering is voorzien vanaf 2026.

Hansen gaf echter ook toe dat de verantwoordelijkheid niet enkel bij de Commissie ligt: “Niet alles is de schuld van Europa. De nationale en regionale omzettingen van regelgeving maken het boeren vaak onmogelijk om nog te functioneren.”

Markten reguleren, niet verstikken

Minister David Clarinval haalde het concrete voorbeeld van Ciney aan als pleidooi voor een evenwicht tussen regulering en flexibiliteit: “Deze markt is een model van transparantie, met tegelijk veel vrijheid voor de actoren”, stelde hij. Hij waarschuwde voor een te rigide regelgeving, die vrije maar goed functionerende markten zoals deze in het gedrang zou kunnen brengen. In Ciney zijn schriftelijke contracten zeldzaam en de transparantie is groot.

Op gezondheidsvlak kaartte Clarinval de tegenstrijdigheden aan: de overheid verplichtte vaccinatie tegen blauwtong (BTV), maar verbood tegelijk vaccinatie tegen IBR. “Boeren moeten 2 tegenovergestelde logica’s volgen, dat is niet te begrijpen.” Hij pleitte voor een geharmoniseerde aanpak op Europees niveau.

Inzake gewasbeschermingsmiddelen waarschuwde Clarinval dan weer voor ideologische ontsporingen: “Dat zijn de ‘medicijnen’ van planten. Ze verbieden zonder alternatief, is producenten in een technische impasse duwen.” Voor hem is een balans tussen milieu-eisen en economische leefbaarheid essentieel.

Vrees voor lege stallen

De Waalse landbouwminister Anne-Catherine Dalcq, zelf ook veehoudster, bracht een schrijnende getuigenis. Ze vertelde dat ze op de markt hoogkwalitatieve vaarzen zag, die naar het slachthuis moesten omdat er geen jongeren zijn om ze op te fokken. “Ze hadden moeten leven, kalveren, melk geven. Nu stopt alles omdat er geen opvolging is”, vertelde ze aan de pers.

Volgens haar reikt dit probleem verder dan de landbouw alleen, en treft het ook veehandelaars en dierenartsen: “De generatiewissel hapert overal.” Ze werkt aan structurele oplossingen: hervorming van het grondbeleid, administratieve vereenvoudiging, en verbetering van het inkomen. Ze benadrukt echter één kernvoorwaarde: zonder stabiliteit is er geen overdracht mogelijk. “Vandaag bedraagt het inkomen van een Waalse landbouwer 42% van het regionale gemiddelde loon. Als we willen dat jongeren overnemen, moeten we zorgen voor degelijke inkomsten en dus sterke publieke steun.”

Voor Dalcq vormt de komende hervorming van het GLB een kantelpunt. Ze vreest dat staatshoofden de draagwijdte ervan onderschatten: “Het GLB is historisch. Het heeft onze voedselzekerheid gegarandeerd. Ik maak me echter zorgen of Europa nog een budget kan vrijmaken dat past bij de uitdagingen.”

Ze maakt zich ook zorgen over de concrete gevolgen van sommige klimaatmaatregelen. Privébedrijven kopen landbouwgrond op voor ecologische compensaties, wat de grondprijzen de hoogte in- jaagt. “Intussen heb ik niet genoeg budget in de tweede pijler van het GLB om landbouwers te steunen die goede praktijken willen invoeren.” Ze noemt dit een gevaarlijke inversie van prioriteiten.

Tot slot herhaalde ze de felle Waalse tegenstand tegen handelsverdragen, zoals dat met de Mercosur-landen: “Die verdragen bedreigen onze rundvlees-, suiker- en pluimveesector. Zonder spiegelclausules en wederkerigheid is het een aanval op onze normen en onze producenten.”

Landbouw onder druk, maar niet verslagen

Het bezoek aan Ciney bood een zeldzaam moment van directe confrontatie tussen beleidsmakers en landbouwers. Christophe Hansen benadrukte de urgentie van actie, maar ook de nood aan toekomstperspectief: “Mijn broer, zelf landbouwer, is een jaar geleden overleden. Zijn dochters namen het bedrijf niet over. De grond is verhuurd. Er is geen enkele koe meer.” Dit persoonlijke verhaal maakt het structurele probleem pijnlijk zichtbaar.

De veemarkt van Ciney vormt het hart van de vleesveehouderij.
De veemarkt van Ciney vormt het hart van de vleesveehouderij. - Foto: M-FV

Overal in Europa neemt de rundveestapel af. In België daalde die met 14% in enkele jaren tijd. En toch blijft veehouderij de duurzaamste manier om blijvend grasland te benutten Om die activiteit te behouden, pleit hij voor investeringen in genetica, innovatie en vooral: stabiele voorwaarden voor landbouwers om te kunnen investeren.

“Zonder voorspelbaarheid investeert niemand. En zonder investering is er geen transitie.” De landbouw leeft nog, maar is kwetsbaar en ontmoedigd door regels. Als de politiek nog wil overtuigen, zal ze haar beloften in daden moeten omzetten.

Marie-France Vienne

Lees ook in Actueel

Aardappel blijft stevig verankerd in Vlaamse eetcultuur

Aardappelen De aardappel bleef de populairste maaltijdbegeleider in 2024. Op een gemiddelde dag at 51% van de Belgen aardappelen, met gekookte aardappelen als populairste bereidingswijze. Het thuisverbruik van verse aardappelen daalde wel verder. Met een gemiddelde consumptie van 3 à 4 keer per week blijft de aardappel stevig verankerd in de Vlaamse eetcultuur. Dat blijkt uit een uitgebreid rapport over het aardappelverbruik in 2024 van VLAM.
Meer artikelen bekijken