Startpagina Tuin

Een haag moet je scheren

Per definitie is een haag een rij bomen of struiken, meestal van dezelfde soort, die men door snoeien op gelijke hoogte en breedte houdt. De regelmaat van het scheren, van meerdere keren per jaar tot één keer om de paar jaar, is bepalend voor het uitzicht van de haag.

Leestijd : 4 min

Hagen lijken zich weinig aan te trekken van het droge en warme voorjaar. In tegendeel, door de vele zonneschijn en de hoge temperaturen hebben de meeste hagen al een flink ‘eerste schot’ gevormd (dit is de voorjaarsgroei die volgt op de winterrust). Wie houdt van een strak geschoren haag kan nu al een eerste keer scheren. Voor het scheren van hagen bestaan er eigenlijk weinig of geen beperkingen. Een losse haag langsheen een weiland wordt vaak maar om de paar jaar gesnoeid. Een strakke buxushaag of bolvorm wordt meestal verschillende keren per jaar geschoren. Gemiddeld wordt een haag tweemaal per jaar geknipt. De eerste keer in de periode tussen half mei en half juni, gevolgd door een tweede scheerbeurt in de nazomer (eind augustus – begin september), zodat de hagen netjes geschoren de winter in gaan.

Traaggroeiende soorten zoals taxus, beuk of haagbeuk kunnen het desgewenst stellen met één snoeibeurt per jaar. Dit gebeurt dan best rond half juli, na het uitgroeien van het Sint-Janslot. Dit is de tweede groeischeut van de plant die gevormd wordt na de langste dag (21 juni). Strakke hagen en figuren of sterk groeiende gewassen (bv. ligusterhaag) mag men gedurende het ganse groeiseizoen bijknippen, zo vaak als men dit nodig acht. Hoe vaker men snoeit, hoe dichter en geslotener de haag zal groeien.

De vorm van de haag

Van nature goed van onderaf vertakkende hagen, kan men in allerlei vormen en figuren knippen. Hiervoor zijn vooral Buxus en Taxus zeer geschikt. Voor hagen van andere plantensoorten is het belangrijk dat de zijkanten licht schuin worden afgewerkt, waarbij de onderkant van de haag breder wordt gehouden dan de bovenkant (lichte piramidevorm). Op die manier krijgen ook de onderste takken en bladeren voldoende licht en blijft de haag onderaan mooi gevuld. Zorg ervoor dat de bovenkant van de haag niet te breed wordt, zodat de haag bij hevige sneeuwval 's winters niet “openvalt” door het gewicht van de sneeuw. Bij de meeste planten zitten de groeipunten voornamelijk in de top van de plant waardoor de meeste hagen van nature al de neiging hebben om ‘topzwaar’ te worden. Door goed te snoeien bovenaan in de haag, zullen de haagplanten beter vertakken waardoor een mooie, gesloten haag ontstaat.

Jonge hagen

Voor nieuw aangeplante hagen is een aangepaste snoeiwijze zeer belangrijk om een mooi gevormde en goed gevulde haag te krijgen.

Groep 1: Buxus, liguster, meidoorn, Lonicera en Prunus laurocerasus- (paplaurier)soorten. Deze planten moeten in het begin sterk gesnoeid worden om nadien een mooie haag te vormen. Na het planten worden de planten met 1/3 van de lengte teruggesnoeid. Zijtakken die te breed uitgroeien worden in de loop van het eerste groeiseizoen tot op de gewenste breedte teruggesnoeid. In het begin van het tweede groeijaar wordt het vorig jaar gevormde lot met de helft teruggesnoeid, de daaropvolgende jaren wordt de bovenkant van de haag enkel in de nazomer lichtjes bijgeknipt tot de gewenste hoogte bereikt is, de zijkanten worden gedurende de zomermaanden regelmatig op de gewenste lengte bijgeknipt, zodat een mooi gesloten oppervlak ontstaat. Volgroeide hagen van dit type worden minstens tweemaal per jaar geschoren om mooi op vorm te blijven en steeds een jong uitzicht te behouden.

Groep 2: beuk, haagbeuk, coniferen, taxus en hulst. Deze planten eisen in het begin een minder strenge snoei. De top wordt pas weggesnoeid na het bereiken van de gewenst hoogte (snoeien tot 10 cm onder de gewenst hoogte). De zijkanten worden vanaf het eerste jaar regelmatig op de gewenste lengte teruggesnoeid, zodat de haag mooi vol wordt. Bij beuk en haagbeuk mogen de zijtakjes het eerste jaar met 2/3 ingekort worden, zodat ze goed vertakken. Eens deze hagen volgroeid zijn, volstaat één snoeibeurt of twee snoeibeurten voor het behoud van een mooie haag.

Bloeiende hagen

Voor hagen geven we vaak de voorkeur aan groenblijvende planten die gedurende het hele jaar een mooi gesloten scherm vormen. Nochtans zijn er ook heel wat bladverliezende, rijk bloeiende sierstruiken die zich goed in model laten snoeien en die we zonder problemen kunnen gebruiken voor het vormen van lage tot middelhoge hagen. Denken we maar aan Forsythia, verschillende soorten Spirea, Potentilla, boerenjasmijn, rozen, … En ook heel wat groenblijvende hagen zijn verdienstelijk bloeiers, denken we maar aan paplaurier, liguster, dwergmispel, hulst,… Om te kunnen genieten van de bloei van deze planten, vlinders en bijen zullen u dankbaar zijn, zullen we het scheertijdstip zodanig moeten aanpassen. Vaak zal de haag dan wat minder strak ogen, dat de plant tijd heeft om bloesems te vormen en we zullen er bovendien moeten op letten dat we de bloesems niet wegscheren voor ze gebloeid hebben. Om al deze redenen worden bloeiende hagen slechts één keer per jaar geschoren.

Als algemene regel kunnen we stellen dat voorjaarsbloeiers, dit zijn planten die bloeien vóór 21 juni, bloesems vormen op hout van het vorige groeiseizoen. Deze planten dienen zo snel mogelijk na de bloei geschoren te worden. Op die manier kunnen ze nog nieuwe scheuten vormen die het volgend voorjaar kunnen bloeien. Zomer- en najaarsbloeiers, deze planten bloeien in de zomer op hout dat in het voorjaar gegroeid is, worden op het einde van de rustperiode gesnoeid (eind maart- april). De nieuw gegroeide scheuten bloeien dan in de zomer of het najaar.

En nu vlug aan de slag, dan kunnen we een eerste keer scheren nog voor 21 juni en een tweede keer na de zomer. Zo krijgen we een mooi gevulde, strakke haag. Wie het graag wat losser heeft kan nog enkele weken wachten met het scheren van de haag. Scheer bij voorkeur op een bewolkte dag: zo is er minder kans op verbranding van de pas geschoren haag. Succes!

GB

Lees ook in Tuin

Het nieuwe moestuinseizoen staat voor de deur

Tuin Door de zachte temperaturen belooft het in 2024 een vroeg seizoen te worden. De enthousiaste moestuinier voelt zich in deze periode zoals een kind in de weken voor Sinterklaas: voorzichtig bladerend door de catalogi van zaadhuizen en tuincentra op zoek naar nieuwigheden en curiosa, hier en daar aankruisend welk ras of soort men in het komende seizoen wel eens wil uit proberen.
Meer artikelen bekijken