Startpagina Melkvee

Abortusprotocol helpt bij diagnose

Elke abortus betekent een financieel verlies voor de veehouder. Een abortus kan verschillende oorzaken hebben, daarom is het belangrijk om telkens op zoek te gaan naar de oorzaak ervan en maatregelen te nemen om verdere schade te vermijden.

Leestijd : 3 min

Bij rundvee blijkt neospora nog altijd één van de belangrijkste infectieuze oorzaken te zijn. Daarnaast zien we bij onderzoek van foetussen die in het laatste trimester van de dracht worden geaborteerd vaak marmering van de achterhandspieren. Dit kan wijzen op een tekort aan selenium. Bij dezelfde leeftijdscategorie foetussen wordt een abortus ook vaak veroorzaakt door bacteriën, wat een onderliggend probleem kan betekenen. Zoeken naar de oorzaak ervan kan met het abortusprotocol dat financieel wordt gesteund door het FAVV.

In 2018 verwerkte DGZ bijna 4.000 dossiers inzake abortusprotocol. In ruim 3.500 gevallen onderzochten we ook een foetus in onze autopsiezaal.

Wat is nodig voor een goede diagnose?

Het abortusprotocol omvat een onderzoek van de foetus, het bloedmonster van het moederdier en de nageboorte. Om de kans op een diagnose te verhogen is in de eerste plaats geschikt materiaal nodig, zoals een vers geaborteerde foetus en de nageboorte.

Het abortusprotocol gaat op zoek naar verschillende besmettelijke oorzaken van abortus. Daarnaast zijn er tal van andere factoren (onder andere genetica en voeder) die een rol kunnen spelen. Deze zijn veel moeilijker vast te stellen zijn. Van de foetussen die DGZ dit jaar al onderzocht konden we bij ongeveer de helft met vrij grote zekerheid een diagnose stellen.

Onderzoek van de foetus

Tijdens de lijkschouwing worden er regelmatig aangeboren afwijkingen vastgesteld, bijvoorbeeld ter hoogte van de hersenen, het hart en de poten (foto’s 1 - 4).

Foto 1: Aangeboren hartafwijking waarbij er een gaatje zit in het tussenschot tussen twee hartkamers.
Foto 1: Aangeboren hartafwijking waarbij er een gaatje zit in het tussenschot tussen twee hartkamers. - DGZ

Foto 2: Goedaardig, aangeboren  gezwel.
Foto 2: Goedaardig, aangeboren gezwel. - DGZ

Foto 3: Kop met verkorte boven- en 
onderkaak.
Foto 3: Kop met verkorte boven- en onderkaak. - DGZ

Foto 4: Extra tenen.
Foto 4: Extra tenen. - DGZ

Bij abortus in het laatste trimester van de dracht merken we bij de foetussen vaak een marmering van de achterhandspieren op (foto 5).

Foto 5: Marmering van de  achterhandspieren.
Foto 5: Marmering van de achterhandspieren. - DGZ

Dit kan wijzen op seleniumtekort. In zo’n gevallen is het aangewezen om het seleniumgehalte in het bloedmonster van het moederdier te onderzoeken. Dit onderzoek zit niet standaard in het abortusprotocol, maar kan bijkomend aangevraagd worden (zie verder).

Daarnaast beoordelen we bij elke foetus die in het laatste trimester van de dracht geaborteerd wordt ook de schildklier. Als deze meer dan 30 gram weegt, kan dit een indicatie zijn voor jodium- of seleniumtekort.

Hoe komen infectieuze oorzaken aan het licht?

Bij bacteriologisch onderzoek isoleren we vaak kiemen die kunnen gelinkt worden aan onder andere dikke hakken, schurft, verminderde afweer of de kwaliteit van de kuilen of het water. Bij een bacteriële abortus wordt vaak een ontsteking ter hoogte van de longen en de lever of een vergrote milt vastgesteld (foto 6).

Foto 6: Bacteriële abortus: ontsteking ter hoogte van de lever en vergrote milt.
Foto 6: Bacteriële abortus: ontsteking ter hoogte van de lever en vergrote milt. - DGZ

Bij onderzoek naar schimmels of gisten wordt meestal de schimmel Aspergillus fumigatus geïsoleerd, deze kan onder meer gelinkt worden aan de kwaliteit van de kuil. Bij een abortus veroorzaakt door een schimmel kan bij de lijkschouwing soms een grijs tot geel cirkelvormig beleg opgemerkt worden op de foetus en de nageboorte (foto’s 7 en 8).

Foto 7 + 8: Abortus veroorzaakt door een schimmel in de vorm van grijs tot  geel cirkelvormig beleg.
Foto 7 + 8: Abortus veroorzaakt door een schimmel in de vorm van grijs tot geel cirkelvormig beleg. - DGZ

Foto 8: Abortus veroorzaakt door een schimmel in de vorm van grijs tot geel cirkelvormig beleg.
Foto 8: Abortus veroorzaakt door een schimmel in de vorm van grijs tot geel cirkelvormig beleg. - DGZ

Virologisch onderzoek wordt eveneens gedaan. We onderzochten bijna 3.000 oorweefselmonsters van foetussen op BVD-antigen (boviene virale diarree); 0,67% was positief. Dankzij het BVD-bestrijdingsprogramma was er de voorbije jaren ook bij de foetussen een sterke daling van het percentage positieve oorweefselmonsters, namelijk van 2,5% in 2013 naar 0,6% in 2018.

De PCR voor het blauwtongvirus en schmallenbergvirus wordt uitgevoerd wanneer er significante letsels zijn. Van de ongeveer 65 onderzochte foetussen waren er slechts twee positief voor schmallenbergvirus.

Daarnaast wordt ook het serum van het moederdier onder de loep genomen. In 2018 onderzocht DGZ bijna 4.000 bloedmonsters van moederdieren. Een kleine 15% was positief voor neospora-antistoffen. Alle serummonsters waren negatief voor brucella-antistoffen.

Ten slotte voert DGZ altijd een Brucella-cultuur uit op de nageboorte. Alle culturen die we in 2018 onderzochten waren negatief.

Extra onderzoeken mogelijk

Bespreek de resultaten van het abortusprotocol steeds met uw bedrijfsdierenarts. Hij kan indien nodig steeds bijkomende onderzoeken aanvragen. Enkele voorbeelden:

· Selenium: in het kader van het abortusprotocol analyseerde DGZ ongeveer 80 bloedmonsters van moederdieren. In liefst driekwart van de gevallen was het seleniumgehalte te laag.

· Q-fever: er werden 34 PCR’s uitgevoerd binnen het abortusprotocol, 2 ervan waren positief.

· De PCR abortus-kit (anaplasma, chlamydia, leptospira, salmonella): deze werd 80 keer ingezet binnen het abortusprotocol. Het resultaat was één keer positief voor anaplasma en één keer voor salmonella.

Hou er rekening mee dat de bijkomende testen niet worden vergoed door het FAVV.

Evelien Forrez, DGZ

Lees ook in Melkvee

Meer artikelen bekijken