Ruilverkaveling zegen of eerder

vloek voor de landbouwers van Gooik?

Eerstdaags ligt de nuttig verklaring van de grootste ruilverkaveling van Vlaanderen ter goedkeuring bij Minister Koen Van den Heuvel. Gooik is het centrum van het Pajottenland met zijn beroemde Kesterheide, zijn Romeinse nederzettingen en zijn onvervalst Breughellandschap. De plaats wordt bedreigd door een megalomaan project van de gemeente Gooik, hierin gesteund door bevriende uitvoerders. Deze laatsten bevoordelen op ongeziene wijze vrienden en familie waardoor de neutraliteit van dit project ver zoek is!

Er werden 911 bezwaarschriften ingediend en van tafel geveegd. Ook waren er al negatieve adviezen van de milieuraad, cultuurraad, werkgroep trage wegen, Natuurpunt en al de lokale politieke partijen met uitzondering van de CD&V.

Het project omvat 2.200 eigenaars samen goed voor ongeveer 3.000 ha. De eigenaars en de Gooikse bevolking werden nooit correct geïnformeerd. Er werden vier gerichte parlementaire vragen gesteld aan bevoegd Minister Koen Van den Heuvel. Het betreft Willy Segers (N-VA), Katia Segers (s.pa), Ingrid Pira (Groen) en Daniëlle Van Wezenbeek (Open VLD).

Uit de antwoorden van de minister blijken grote tegenstrijdigheden. In het ene antwoord staat dat er 272 beroepslandbouwers zijn. Een ander antwoord geeft dan aan dat van 272 slechts 10% landbouwer is in hoofdberoep. Een derde antwoord zegt dat er slechts 11 leefbare bedrijven zijn in hoofdberoep. Wat wel duidelijk is: er zijn slechts 2 boeren in de leeftijdsklasse 20-29 jaar en 17 in de leeftijdsklasse 30-39 jaar. Zij vormen de toekomst van de landbouw in Gooik. En dat werpt direct vragen op over de opportuniteit van de ruilverkaveling.

Hoge kostprijs, verlies landbouwgrond

Over de kostprijs zijn de antwoorden ook niet geruststellend en duidelijk. Het gemeentebestuur en de Vlaamse Landmaatschappij zeggen nog steeds dat de ruilverkaveling 16,9 miljoen euro zal kosten. Uit de antwoorden blijkt nu duidelijk dat die kost gebaseerd is op zeer ruwe schattingen. Wat weten we? De ruilverkaveling Elingen was oorspronkelijk in 1999 geraamd op 2.955 euro/ha, finaal kostte het 6.166 euro/ha bij afrekening in 2008.

Gooik zou 20 jaar later (afrekening 2028) slechts 5.850 euro/ha kosten met veel meer percelen, veel meer verhardingen, een uitkijktoren, brug, ecoduct waarvan plannen en materialen niet gekend zijn?

De ramingen zijn bijzonder zwak. Een eenheidsprijs per hectare die lager ligt dan de prijs voor de ruilverkaveling van Elingen? Dan gelooft toch niemand. Alsof je nu goedkoper zou bouwen dan 20 jaar geleden? De realiteit is dat de uiteindelijke kostprijs tussen de 33 en 35 miljoen euro zal liggen. De Gooikse belastingbetaler betaalt hiervan 20% of tussen de 6 en 7 miljoen euro, dit betekent per inwoner (2019 – 9.165 inwoners) een minimum tussen de 654 euro en 763 euro of per gezin van vier personen tussen de 2.616 euro en 3.052 euro!

Naast de hoge kostprijs is er ook een verlies van 226.9 ha effectieve landbouwgrond, samen met ruimtelijke uitvoeringsplannen en bijzondere plannen van aanpak goed voor meer dan 300 ha! We zijn met 54 effectieve landbouwers die uitdrukkelijk getekend hebben vóór de stopzetting van de ruilverkaveling. Wij bewerken meer dan 50% van het landbouwareaal, terwijl de ‘gedwongen aanvragers’ amper 10% van de landbouwgrond bewerken.

Vrijwillige ruilverkaveling

Wij boeren zijn eventueel bereid mee te gaan in een vrijwillige ruilverkaveling zoals voorzien in hoofdstuk II art 9, 10, 11 van de wet van 10 januari 1978. Dit is niet alleen veel efficiënter voor ons landbouwers, het kost slechts een fractie (5 à 10%) en er is geen verlies aan landbouwgrond. Dit laatste is volgens ons nog altijd de essentie van de ruilverkaveling: een wet vóór de boeren en niet tegen de boeren, ook wat de uitvoering ervan betreft. Wij vertrouwen erop dat de Minister dit megalomaan project zoals hoger vermeld, niet zal goedkeuren.

André Deleener

Meest recent

Meest recent