Startpagina Tuin

Zomerbloeiende bolgewassen nu planten

Bij bolgewassen denken de meesten onder ons spontaan aan winterharde, voorjaarsbloeiende plantjes zoals sneeuwklokjes, krokussen, hyacinten en narcissen, die elk jaar opnieuw het begin van de lente aankondigen. In tegenstelling tot die vroege vogels zijn de gewassen die we hier bespreken vorstgevoelig en mogen pas in het late voorjaar geplant worden om ons later op het jaar te verrassen met hun vaak felle kleuren.

Leestijd : 5 min

Het is dus hoog tijd om deze zomerse bolgewassen, die de laatste jaren wat aan populariteit verloren als tuinplant, maar waarvan sommigen een heropleving kennen als potplant, eens in het zonnetje te zetten. En dat mag je letterlijk nemen, want in het zonnetje voelen ze zich op hun best.

Zomerbloeiende bollen worden de laatste jaren steeds vaker verkocht als potplant en bloeien op het moment dat ook heel wat andere planten in bloei staan. Het is dus logisch dat die gewassen minder bekend zijn en dat vele mensen niet eens weten dat die rijkbloeiende begonia's, die sierlijke zantedeschia's of die felgekleurde ranonkels, ook bolgewassen zijn.

De populairste zomerbloeiende bollen

De term bolgewas wordt algemeen gebruikt voor alle gewassen die worden verhandeld met verdikte stengels of wortels (die dienst doen als opslagstructuren voor reservevoedsel). Zo worden ook wortelstokken (aronskelk en ranonkel) en knollen (dahlia en begonia) te koop aangeboden als bolgewas.

Knolbegonia (Begonia tuberhybrida)

Begonia is een geslacht uit de familie van de Begoniaceae, die meer dan 1000 soorten omvat. De cultivars uit het huidige assortiment 'tuinbegonia's' zijn meestal ontstaan uit kruisingen tussen verschillende soorten. Ze worden ingedeeld op basis van hun uiterlijke kenmerken. Zo zijn er groot- en kleinbloemige cultivars. Cultivars met enkele, halfgevulde of gevulde bloemen. Cultivars met gefranjerde bloemblaadjes (de Fimbriatasoorten) en cultivars met gemarmerde bloemblaadjes (de Marmorata's). De gedrongen soorten worden gecommercialiseerd als ‘Compacta's’ en de hangende soorten als ‘Pendula's’.

De bloemkleur gaat van wit naar geel en oranje en van roze tot dieprood. Knolbegonia's geven de voorkeur aan een vochthoudende, humeuze, licht zure grond. In februari – maart kunnen ze al opgepot worden en in een veranda of onder koud glas voorgetrokken worden. Na de Ijsheiligen kunnen ze dan naar buiten op het terras of in de volle grond overgeplant worden. Wie rechtstreeks wil planten in volle grond, moet wachten tot eind april om kans op vorstschade te vermijden.

Begonia's bloeien een hele zomer lang (tot 5 maanden). In het najaar, vóór de eerste nachtvorst, worden de bollen uitgegraven. Laat ze goed drogen op een luchtige plaats en bewaar ze nadien vorstvrij in een kist of bak met droge turf of houtkrullen bij een temperatuur van 6 à 10 °C, tot ze in het voorjaar weer kunnen worden opgeplant.

Dahlia’s

Dit plantengeslacht uit de familie van de Asteraceae kent al evenveel variatie als de bovengenoemde begonia. Dahlia’s kunnen ook uit zaad opgekweekt worden, maar zijn niet soortecht uit zaad. Het resultaat is een mengeling van kleuren, bloemvormen en hoogtes. Wie kiest voor een specifieke bloemvorm, hoogte of kleur kan de dahlia beter opkweken uit een knol. Dahlia's kunnen begin mei uitgeplant worden (5 à 7 cm diep), zo komen ze pas na de Ijsheiligen boven de grond uit en is er weinig kans dat ze nog afvriezen, of ze kunnen net als begonia's al voorgetrokken worden in potten en bakken om na de Ijsheiligen uitgeplant te worden. Dahlia's geven de voorkeur aan een voedzame, goed doorlatende maar niet te droge bodem met een neutrale pH. Ze groeien het best op een plaats met veel licht, en verdragen volle zon. Wanneer de eerste nachtvorst een einde maakt aan hun bloei, is het moment aangebroken om de knollen op te rooien. Dan kunnen ze op dezelfde wijze als begonia's overwinterd worden.

Ranonkels

Het geslacht Ranunculus omvat meer dan 400 soorten, waaronder het speenkruid (Ranunculus ficiara ), dat ook bij ons in het wild voorkomt. Van het speenkruid bestaan er talloze tuincultivars met witte en gele bloemetjes, die niet zo sterk woekeren als het speenkruid zelf. De cultivars van speenkruid zijn allen winterhard en kunnen dus gewoon in de grond overwinteren.

Een meer exotische soort uit dat geslacht is de Ranunculus asiaticus , die in de handel wordt verkocht onder de naam ranonkel en die zowel als potplant of als wortelstok te koop wordt aangeboden. Vanwege hun specifieke vorm worden ze ook wel ‘klauwtjes’ genoemd. Die van Azië afkomstige planten bloeien met felgekleurde, op pioenen lijkende bloemen, die het ook goed doen als snijbloem. In ons klimaat zijn ze helaas maar matig winterhard en worden ze voor de winter best opgerooid en vorstvrij overwinterd. Net als Dahlia's en begonia's kunnen ze al vroeg in het voorjaar opgepot worden. Ze kunnen dan overgehouden worden als kamerplant (bij temperaturen onder de 15 °C om bloeiremming te vermijden) of na de Ijsheiligen naar buiten worden gebracht als terrasplant of in de volle grond. Ranonkels geven de voorkeur aan eerder vochtige bodems, daarom kunnen ze vanaf eind april in volle grond geplant worden met de klauwtjes naar beneden op zo'n 10 à 15 cm van elkaar, om te bloeien van juni tot augustus.

Planttips voor zomerbollen

Zomerbloeiende bollen komen van origine voornamelijk uit subtropische gebieden zoals Zuid-Afrika en Zuid-Amerika. Ze houden van warme en vochtige groeiomstandigheden en zijn bij ons meestal niet winterhard.

-Zomerbollen stellen weinig eisen aan de bodem, maar op natte plekken (slechte waterafvoer) is de kans groot dat ze wegrotten.

-Graaf een gat voor het planten van meerdere bollen of gebruik een bollenplanter om individuele bollen te planten. Maak de grond voor het vullen van het plantgat fijn, maar niet te fijn, en druk de grond na het vullen voorzichtig aan. Op die manier zit de bol goed ingesloten in de grond, maar blijft de grond voldoende luchtig.

-Plant de bollen voorzichtig op de bodem van het plantgat met de spitse kant naar boven (begoniaknollen met de holle, ingedeukte kant naar boven). In vergelijking met de voorjaarsbloeiende bollen worden ze minder diep geplant (3-5 cm), zo kunnen ze beter profiteren van de bodemwarmte.

-De bollen worden het best geplant vanaf april. De kans op strenge vorst is dan niet meer zo groot.

En nog veel meer...

Andere zomerbloeiende bloembollen zijn onder andere Zantedeschia (aronskelk of calla) waarvan sommige soorten, al dan niet mits de nodige winterbescherming, winterhard zijn en Canna (Indisch bloemriet), waarvan sommige cultivars niet alleen opvallende, vaak felgekleurde bloemen hebben, maar ook mooi getinte bladeren.

Canna's bloeien van laat in de zomer tot diep in de herfst en de wortelstokken moeten vorstvrij overwinterd worden.

Wie dezer dagen eens een bezoekje brengt aan een tuincentrum of plantenzaak, kan nu het hele assortiment zomerbloeiende bollen zelf ontdekken. Er is voor elk wat wils en de meeste van deze planten doen het ook schitterend in een pot op het terras.

Geert Brantegem

Lees ook in Tuin

Het nieuwe moestuinseizoen staat voor de deur

Tuin Door de zachte temperaturen belooft het in 2024 een vroeg seizoen te worden. De enthousiaste moestuinier voelt zich in deze periode zoals een kind in de weken voor Sinterklaas: voorzichtig bladerend door de catalogi van zaadhuizen en tuincentra op zoek naar nieuwigheden en curiosa, hier en daar aankruisend welk ras of soort men in het komende seizoen wel eens wil uit proberen.
Meer artikelen bekijken