Startpagina Actueel

Red je Boer, want boeren zijn geen boeven

Het levenswerk van honderden boerengezinnen wordt teniet gedaan met het nieuwe stikstofakkoord, en dat zonder veel onderbouwde uitleg vanuit de overheid. Voor de meeste Vlamingen is die problematiek een ver-van-hun-bedshow, en daarom willen de leden van de Stuurgroep Turnhouts Vennengebied een stem en gezicht geven aan de getroffen gezinnen met hun nieuwe actie ‘Red je Boer’.

Leestijd : 5 min

Zes boerengezinnen geven via korte, maar zeer interessante, reportages een inkijk in de uitdagingen waarmee zij te maken krijgen. Die reportages kan je terugvinden op de gloednieuwe website www.redjeboer.be, waar je ook een petitie kan tekenen. De stuurgroep nam ook een advocaat onder de arm, die verhelderende inzichten gaf in het stikstofbeleid.

Meester Stijn Verbist (links), gaf zijn kijk als advocaat op de oneerlijke behandeling van de landbouwsector door de overheid binnen het stikstofakkoord.
Meester Stijn Verbist (links), gaf zijn kijk als advocaat op de oneerlijke behandeling van de landbouwsector door de overheid binnen het stikstofakkoord. - Foto: SN

Mensen dreigen alles te verliezen

Meester Stijn Verbist, advocaat van Stuurgroep Turnhouts Vennengebied: “Alle boeren die betrokken zijn in dit verhaal, dreigen alles te verliezen. Dat is de inzet van het nieuwe stikstofakkoord. Hun toekomst is onzeker, en hun eigendom zal ongelooflijk veel waarde verliezen. De hoofdbedoeling van deze actie is om die boeren een gezicht te geven. Boeren zijn geen boeven. Wat zij hier doen is volkomen legaal. Zij willen bestaansrecht en recht van spreken.”

Plots andere impactscore

De actie werd voorgesteld aan de pers op het melkveebedrijf ‘Holstein Hoeve-ijs’ van Guy Van de Vliet en Eveline Van Gorp. Met de dagverse melk van hun 65 koeien, maken ze al 10 jaar lang hun eigen ijs. Ze bouwden de afgelopen jaren heel hun benedenverdieping om naar een grote zaak die ze nu één jaar in gebruik hebben, maar ook zij zouden met de huidige wetgeving moeten sluiten als hun vergunning afloopt.

“Wij liggen vlak naast een stuk natuur dat onlangs is ingekleurd als habitatgebied”, legt Eveline uit. “Dat wil zeggen dat dat waardevolle en kostbare natuur is geworden, maar niets is minder waar. Tot de jaren 80 was dat stuk grond van 8 ha hiernaast een stortplaats. Die grond is zo zwaar bevuild, dat er amper iets op groeit. Men heeft daar ooit bomen op geplant, maar enkel de bomen aan de zijkanten zijn beginnen groeien.

Doordat dat stuk grond plots habitatgebied werd, ging onze impactscore sterk omhoog. Dat heeft grote gevolgen voor ons bedrijf. Als de overheid ons een onderbouwde uitleg zou kunnen geven over de berekende impactscore van ons individueel bedrijf, zouden wij de maatregelen die ze nemen misschien nog kunnen begrijpen, maar nu is er niets. Het enige dat wij willen is transparantie, maar dat krijgen we niet. Wij hebben geen idee van waarop die score gebaseerd is, en dat getuigt van weinig respect. Wij leven nu in grote onzekerheid.

Als wij door dat stuk “natuur” onze zoon geen toekomst in de landbouw kunnen geven, zou dat ons, maar vooral hem, heel veel pijn doen.”

Onvolmaakte democratie

Stijn Verbist: “Er is een fundamenteel probleem met het rechtszekerheidsbeginsel en het vertrouwensbeginsel. Landbouwers zijn zich van geen kwaad bewust, krijgen alle vergunningen en plots krijgen ze de boodschap dat alles moet stoppen. Daar zien wij een ernstig probleem in.

Het zou logisch zijn dat landbouwers die moeten stoppen een correcte vergoeding krijgen, maar de realiteit, in de rechtsbescherming tegen de overheid, is anders. Er zal een grote discussie ontstaan over de vergoeding en over het tijdstip van die vergoeding. België is een onvolmaakte democratie.

Wij zullen alle gevallen goed onderzoeken, zullen dan proberen om tot een onderhandelde oplossing te komen, en als dat niet genoeg is, zullen we bekijken of we de rechtbank erbij moeten betrekken. Mijn betrokkenheid als advocaat in dit verhaal is zeker geen oorlogsverklaring naar de overheid, maar wel een uitnodiging voor dialoog.”

Verouderde, foute gegevens

“De inzichten op de impact van stikstof zijn nog in volle evolutie”, gaat meester Verbist verder. “We stellen vast dat men erg gehaast is om een beslissing te nemen. Men wacht die voortschrijdende inzichten niet af. Er verscheen onlangs een artikel waarin duidelijk werd beschreven dat de impact van de landbouw, wat betreft de stikstofdepositie, veel kleiner is dan oorspronkelijk werd gedacht. Die gegevens waarop de regering zich baseert, zijn verouderd en onjuist. Men kan zo toch geen maatregelen nemen?

Wij zouden graag alle informatie kennen en weten waarop de overheid zich baseert, om te kunnen zeggen dat men zich mogelijk vergist. Dan kunnen we misschien het tegendeel aantonen met een tegenexpertise, want wij staan ook in onmiddellijk contact met mensen die hier wetenschappelijk naar kijken en ons standpunt ondersteunen.

Maar nee, op het ogenblik dat er voorstellen worden gedaan om naar een onderhandelde oplossing te komen, is daar plots geen tijd meer voor. Dan brengt VOKA een opinie in de tijd om te zeggen dat uitstel van de beslissing niet meer mogelijk is, omdat er anders een vergunningenstop komt. Daar krijg je weer nieuwe polarisatie tussen het bedrijfsleven en de landbouw.

Aangezien er zo’n grote impact op de landbouw is, zou je denken dat men even de tijd neemt om de oefening grondig en zeer goed te doen, dan overhaast te werk te gaan en mensen op te offeren. In dit geval is dat de ‘zwakke groep’ de landbouwers. Ik denk dat men correct te werk zou gaan als alle informatie op tafel ligt, en men de voortschrijdende inzichten daarin afwacht.”

Urgentie is niet de verantwoordelijkheid van de boer

“Dat er vandaag een urgentie is voor een stikstofakkoord, is absoluut niet de verantwoordelijkheid van de boeren”, meent Verbist. “Zij hebben altijd de vergunningen aangevraagd en gekregen. Daar is het lokaal bestuur, de provincie en de Vlaamse regering verantwoordelijk voor geweest. Boeren hebben enkel en alleen hun beroep uitgevoerd, en dat is zover ik weet geen misdrijf.

Wij kennen de juiste impact van de landbouw niet, wij kennen de oorzaken niet, en toch kondigt men drastische maatregelen in hoofdzaak tegen de landbouw aan. Dat baart ons grote zorgen. Wij gaan ervan uit dat als de modellen en cijfers die de overheid toepast correct zijn, er ook geen probleem is om die te delen.”

Oneerlijke behandeling

Danny Hereijgers, voorzitter van de Stuurgroep: “Boeren die in dit gebied willen innoveren, kunnen dat vandaag niet, en dat zorgt ervoor dat die bedrijven enorm achteruit gaan ten aanzien van de rest van Vlaanderen. Dat is oneerlijke concurrentie. Binnen 10 jaar zullen al veel boeren zonder overnemer vanzelf stoppen met hun bedrijf door de vergrijzing in de sector. Zijn dan al die maatregelen nodig?

Verder komt 55% van de emissie die hier wordt gemeten uit het buitenland, en dat maakt de onrechtvaardigheid waar wij mee te maken krijgen enorm groot. Het is de verantwoordelijkheid van de overheid om met de buitenlandse overheden te bespreken om de grensoverschrijdende depositie een halt toe te roepen. Het vat van stikstof wordt hier mede gevuld door het buitenland, maar de boeren hier moeten het wel alleen terug leegmaken.”

Sanne Nuyts

Lees ook in Actueel

Meer artikelen bekijken