Startpagina Milieu

Schauvliege (Groen): Overbemesting schaadt waterkwaliteit

Volgens volksvertegenwoordiger Mieke Schauvliege (Groen) is overbemesting de oorzaak dat de waterkwaliteit in landbouwgebied op sommige plaatsen in Vlaanderen barslecht is. Toch worden er geen of onvoldoende bijkomende maatregelen genomen om daar iets aan te doen.

Leestijd : 4 min

Schauvliege legde in de commissievergadering Leefmilieu van het Vlaams Parlement van 21 november de vinger op de lijdensweg naar een nieuw Mestdecreet.

Opvolgorgaan

Verantwoordelijk minister Zuhal Demir (N-VA) kondigde in een vorige bijeenkomst van de commissie (op 17 oktober n.v.d.r.) aan dat de aanpassingen aan het Mestdecreet zouden besproken worden in een opvolgorgaan. Dat orgaan heeft als opdracht om alle elementen uit het princiepsakkoord tussen milieubewegingen en boerenorganisaties te concretiseren. Pas dàn kan het plan-MER worden afgerond. Er zijn bijgevolg nog heel wat stappen te gaan.

De Europese Commissie (EC) toonde zich alles behalve enthousiast toen minister Demir de eerste ontwerpversie voor het Mestactieplan voorlegde. De EC gaf aan ‘op basis van het akkoord van de sectoren van 7 maart dat ingediend is op 17 april, niet te kunnen oordelen of de maatregelen voldoende effect zullen hebben voor het behalen van de doelstellingen die nog moeten worden doorgerekend’. En verder: ‘Het huidige voorstel dient onder het voorbehoud van de toets op de effectiviteit met betrekking tot de doelafstand te worden beschouwd, alsook onder voorbehoud van goedkeuring door de EC.’

Mieke Schauvliege leidt daaruit af dat de EC eraan twijfelde dat het eerste principe uit het princiepsakkoord vervuld was.

Laatste waarschuwing

Op 28 september bezorgde de EC vervolgens aan België ook een laatste waarschuwing over de nitraatvervuiling in Vlaanderen, het zogenaamde met redenen omkleed advies. België kreeg tot einde november de tijd om een reactie te bezorgen.

Daarnaast loopt er ook nog de nitraatzaak. Vlaanderen is veroordeeld en diende binnen 6 maanden, dus tegen 21 december, aan de rechtbank voor te leggen welke maatregelen het neemt om de waterkwaliteit te verbeteren.

En dan is er uiteraard ook nog de programmatische aanpak stikstof (PAS) en de erosieproblematiek die Demir expliciet koppelt aan het mestbeleid.

Stilte

Dat zijn allemaal elementen die Schauvliege verontrusten terwijl ze vaststelt dat het heel stil blijft vanuit het opvolgorgaan dat een voorstel moest doen rond het MAP. Het laat haar bijna vermoeden dat er voorlopig geen akkoord in zit tussen landbouworganisaties en milieubeweging .

Mieke Schauvliege waarschuwt minister Demir er voor niet opnieuw de fout te maken van haar voorgangster Joke Schauvliege (cd&v) en niet te spelen met onze gezondheid en met die van het leefmilieu. Ze wil ook geen verspilling van tijd, geld en energie.

Van minister Demir wil ze weten of er een doorrekening gebeurd is van het princiepsakkoord tussen de milieubewegingen en de landbouworganisaties. (n.v.d.r. Op 22 november werd het MAP- overleg door de natuurorganisaties opgeschort) Wat het resultaat daarvan was en of die doorrekening vertaald werd in bijkomende maatregelen die de waterkwaliteit in landbouwgebied versneld verbeteren.

Minister Zuhal Demir bevestigt dat de effecten van de voorgestelde maatregelen in het princiepsakkoord voor wat betreft oppervlaktewater zijn doorgerekend door de VMM. Over de aannames voor deze berekeningen werd een overeenkomst bereikt binnen het opvolgingsorgaan. De bedoeling van de doorrekening is volgens de minister om het maximaal potentieel van de voorgestelde maatregelen in te schatten.

Minister Demir: “Het model gaat uit van een 100%-toepassing en de naleving van de voorgestelde maatregelen, geen versoepelingen ten opzichte van MAP 6 en de gebiedstypes en maatregelen worden 8 jaar aangehouden.” De minister voegt daar aan toe dat de resultaten toegelicht zijn op het opvolgingsorgaan dat het absoluut verder wilde kunnen opvolgen. Uit de doorrekening blijkt volgens minister Demir dat voor gebiedstype 1 het doel van 18 mg/l nitraat gemiddeld over alle afstroomzones heen binnen bereikt ligt. Momenteel ligt 212.000 ha of 32% van het landbouwgebruik in gebiedstype 1.

In gebiedstype 2 en 3 wordt de doelstelling van 18 mg/l nitraat gemiddeld over alle afstroomzones heen niet gehaald. In gebiedstype 2 wordt gemiddeld gezien twee derde van de doelafstand gedicht, in gebiedstype 3 de helft van de doelsafstand. Momenteel ligt een derde van het landbouwgebruik in gebiedstype 2 en 3. Deze resultaten zullen in het plan-MER worden opgenomen.

Beperkt potentieel

Minister Demir zegt dat ze het opvolgingsorgaan gevraagd heeft om bijkomende maatregelen voor te stellen. Een aantal geformuleerde bijkomende maatregelen lijkt slechts een beperkt potentieel te hebben om de kloof verder te verkleinen. De organisaties hebben aangegeven dat dit voor hen het maximaal haalbare was wat binnen hun werkmethode samen kon bereikt worden, zonder het hele akkoord te moeten opblazen. Demir gaat verder kijken hoe ze daarmee aan de slag kan gaan.

De door de organisaties naar voor geschoven bijkomende maatregelen hebben betrekking op de nitraatresidudrempelwaarden voor nitraatgevoelige teelten in gebiedstype 2 en 3, verdere beperkingen op het toepassen van de bemesting binnen een bedrijfsbenadering in gebiedstype 3 en het verlagen van de maximale bemestingsnorm voor werkzame stikstof voor maïs in gebiedstype 3. Deze maatregelen zouden ingegaan in 2027 indien uit de monitoring blijkt dat de doelen niet worden gehaald.

Demir zei ook nog dat ze de EC een stand van zaken zal geven waar ze staat met MAP 7 en welke stappen ze nog zal ondernemen. Ze zal de EC ook het bijgewerkte MAP 7 en het ontwerpplan-MER overmaken zodra deze in openbaar onderzoek gaan. Van zo gauw er een voorstel tot wijziging aan het Mestdecreet is, zal ze ook dat overmaken aan de EC. “Die ons natuurlijk op de hielen zit”, windt de minister er geen doekjes om.

Minister Demir reageerde intussen ook dat het  MAP-overleg zal herstarten

Fons Jacobs

Lees ook in Milieu

Meer artikelen bekijken