Startpagina Onderwijs

Wie is de huidige student?

Geen - of toch maar weinig - twijfel voor deze twee jonge gasten. Tim Vanovermeire en Jonas Decaestecker steken hun liefde voor tractoren niet onder stoelen of banken. Een richting in de landbouwmechanisatie was dus niet meer dan een logisch gevolg.

Leestijd : 4 min

Tim Vanovermeire & Jonas Decaestecker

- 19 jaar en klasgenoten

- 7e jaar Landbouwmechanisatie aan het KTA Mobi

 

Met een passie voor tractors

Tim: “Van kleinsaf aan zat ik al op een tractor. Mijn vader ging rijden bij de buren, en al die uren zat ik vaak naast hem omdat de tractor me echt interesseert. Op mijn 16 jaar heb ik dan ook mijn rijbewijs gehaald. Sindsdien ga ik in elke vrije minuut met de tractor rijden.”

 

... en landbouw

Jonas: “Wij hebben thuis een landbouwbedrijf van mijn grootvader, die hij sinds 1940 zelf beboerde samen met mijn overgrootvader. Mijn vader heeft dat landbouwbedrijf overgenomen. We beboeren dat als hobby en zo ben ik in contact gekomen met tractoren en landbouw. Ik hou me bezig met landwerk en mijn vader met zaken zoals sproeien.”

 

Waarom kiezen jullie voor Landbouwmechanisatie?

Tim: “Sinds de lagere school wil ik al aan tractoren sleutelen. De basisvakken zoals wiskunde zijn niet mijn ding. In deze richting kan ik me toeleggen op hetgeen ik graag doe.”

Jonas:“Ook ik reed als kleine jongen samen met mijn vader mee in de tractor. De passie voor tractoren en machines heeft er bij mij altijd ingezeten. Hoewel ik in het begin nog twijfelde voor Industriële Elektriciteitstechnieken, stond mijn keuze vrij snel vast.”

 

Wat vinden jullie van de opleiding? Wat spreekt het meest aan?

Tim:“Ik heb hiervoor ‘autotechnieken’ gestudeerd, en dat overlapt een beetje met de studie nu, zodat het voor mij gemakkelijk is om te volgen. Hoewel de meesten geen technische opleiding gehad hebben, denk ik wel dat het niveau goed ligt.”

Jonas:“Omdat ik nooit veel van mechanica heb gezien, moet ik hiervoor wel een tandje bijsteken.”

Tim:“De stagedag (1 dag per week) spreekt me het meest aan. Dan weet je hoe dat het eraan toegaat in de werkelijkheid. ‘t Is maar door te doen, dat je het leert.”

 

Heeft iedereen in de klas dezelfde achtergrond?

Tim:“De meesten hebben geen kennis in mechanisatie, maar hebben wel een landbouwachtergrond.” Jonas: “Het is vooral ook een richting die jongens aanspreekt. Op vijf jaar tijd heeft er zich maar één meisje voor ingeschreven.”

 

Beschrijf de ideale leerkracht.

Tim: “Dat moet echt iemand zijn die zijn stiel kent en ervaring heeft. Met gewoon de cursus aflezen zijn we niets, dat kunnen we thuis ook. Hij of zij mag ook losser met ons omgaan, als volwassenen.”

 

Wat zou je willen veranderen in de richting?

“Tijdens de praktijkdag werken we met oude machines, wat jammer is, want we willen mee zijn met de nieuwe technieken”, vertelt Tim. Ook Jonas gaat akkoord:“De dag op de proefhoeve met nieuwe materialen vond ik echt geestig. Dat mag voor mij meer gebeuren.” “Of de praktijkles vervangen door zes extra uren stage, dat kan ook”, vult Tim aan. “In een stagebedrijf leer je wel de nieuwe machines kennen.”

“Daarnaast leren we de theorie op vrij korte tijd, en daar wordt later op uitgebreid. Het lijkt me het beste om één jaar theorie te volgen, en daar pas in een volgend jaar op uit te breiden. Moest het 7e jaar uitbreiden naar twee, of drie jaar, zou ik dat niet erg vinden. Ik kan me echter voorstellen dat iemand uit een richting als ‘elektriciteit’ of ‘hout’, het soms moeilijk heeft om te volgen”, vertelt Tim

“We hebben iets gezien over precisielandbouw, maar niet voldoende. Daarin mag het aanbod verbeteren. Verder volgen de leerkrachten soms een uitgebreide opleiding over tractoren van een merk, die wij ook wel willen volgen. Wij hebben nu een merkgebonden opleiding met Deutz en NewHolland, maar we willen ook wel opleiding over andere merken”, gaat Jonas verder. “Iets meer opleiding Engels, Frans en Duits zou ook niet slecht zijn. Als je voor een opleiding of voor je beroep over de taalgrens moet, is het goed om de taal beter te kennen”, sluit Tim af.

 

Wat zijn jullie toekomstplannen?

“Als de mogelijkheid er is, zou ik wel willen starten bij mijn stagebedrijf. Ik zie mezelf ook wel werken als mecanicien bij een mechanisatiebedrijf of loonwerker. Geef mij maar het grote materiaal”, laat Tim weten. “Ik zie dat ook wel zitten, maar een job als verkoper bij een mechanisatiebedrijf lijkt me ook wel wat.”

MV

Lees ook in Onderwijs

Meer artikelen bekijken