
“Kenmerkend voor de Belgische landbouwsector is de structurele afname van het aantal landbouwbedrijven en de daarmee gepaard gaande concentratie van gronden en productiemiddelen”, zegt Stijn De Roo, ex-medewerker Boerenbond en vandaag Vlaams parlementslid voor CD&V. “Tussen 1980 en 2019 verdween 68 % van de landbouwbedrijven in ons land. De afname gebeurde in Vlaanderen en Wallonië nagenoeg in hetzelfde tempo, met gemiddeld 2 percent per jaar.” Daartegenover staat wel dat tijdens diezelfde periode de gemiddelde bedrijfsoppervlakte per landbouwbedrijf verdrievoudigd is.
Over de evolutie van de voorbije 5 jaren (2014-2019) vroeg Stijn De Roo de cijfers bij Vlaams landbouwminister Hilde Crevits op. Daaruit blijkt dat vooral Oost- en West-Vlaanderen een sterke daling van het aantal landbouwbedrijven telt (tabel 1).
In Antwerpen is er zelfs een lichte stijging van het aantal landbouwbedrijven.
West-Vlaanderen op 1
West-Vlaanderen blijft in Vlaanderen de landbouwprovincie bij uitstek, met het meest aantal bedrijven in de akkerbouw, de tuinbouw, gemengd rundvee, varkens, pluimvee en gemengde veeteelt.
Oost-Vlaanderen is dan weer koploper in melkvee, rundvlees en andere graasdieren, wat het totaal aantal land- en tuinbouwbedrijven per bedrijfstak (tabel 2) betreft.
Vooral het aantal bedrijven met als specificatie (tabel 3) akkerbouw is in 5 jaar spectaculair gestegen: +21,3 %. Er is ook een stijging van pluimvee. De takken die het zwaarst verlies lijden in het aantal bedrijven zijn: gemengd rundvee (-39;7 %), gemengde veeteelt (-25,6 %) en andere graasdieren (-20,5 %).
Oppervlakte cultuurgrond
Wat de gemiddelde oppervlakte cultuurgrond (ha) per bedrijf per typologie in Vlaanderen in 2014 en 2019 betreft, gaan vooral melkvee, gemengd rundvee, pluimvee en diverse gemengde erop vooruit (tabel 4).