
De Boerenbondvoorzitster vatte de sector in enkele cijfers samen. “Grote akkerbouwbedrijven zijn eerder uitzonderlijk in Vlaanderen. Er zijn 23.300 bedrijven die 618.965 ha beslaan. Ieder jaar loopt het aantal bedrijven met 3% terug, maar de omvang neemt wel toe. De agrobusiness staat garant voor een omzet van 60 miljard euro.”
Kennismaking met Vlaams onderzoek en innovatie
De Becker ontmoette het gevolg op het Praktijkpunt Landbouw Vlaams-Brabant, gelegen te Herent, en volgde mee de rondleiding. Onderzoekers Tim De Clercq en Wim Fobelets leidden hen onder andere door de proefvelden brouwgerst, agroforestry en diverse eiwitgewassen en gaven uitleg bij de belangrijke witloofteelt. “Naast innovatie en teelttechniek kijken we ook naar rendabiliteit voor de landbouwer en leggen we de focus op klimaat”, aldus Fobelets.
Hierna werd iedereen verwelkomd op het Glabbeeks bedrijf van Inès Theunis, die de Vlaamse genomineerde voor de Innovation Award for Women Farmers 2021 werd. De focus bij het bezoek lag dan ook vooral op de manier van werken en op innovatie. Op het bedrijf kweekt ze Belgisch witblauw op en mest ze die af. Ze heeft contact met 5 slagers die dieren kiezen voor de slacht. De akkerbouw die aan het bedrijf verbonden is, dient voor het voer van het vee. Ze legde daarnaast uit hoe een kalving gebeurt op het bedrijf. Dat ze een bronsdetectiesysteem gebruikt, trok de aandacht van Kleiweg de Zwaan. Innovatie is volgens hem zeer belangrijk op het bedrijf. Dat Inès ook denkt aan het klimaat, bewijst ze door het gebruik van krachtvoer dat de methaanuitstoot bij haar koeien drastisch moet verminderen. “Toch denk ik bij elke innovatie na, om te zien of het past in ons bedrijf en het de mogelijke kosten waard zijn”, geeft ze mee.
Innovatie met draagvlak
Pieter-Jan Kleiweg de Zwaan was onder de indruk van het onderzoek dat doorgaat in België en dat duidt op het belang van innovaties in de landbouw. “Nederland en België zijn niet alleen buren, maar ook vrienden. Er wordt enorm gewerkt aan innovatie en vernieuwing in de landbouw en het is goed om te zien dat dit niet alleen gebeurt door de praktijkcentra en de universiteiten, maar ook door de landbouwers zelf en met steun van de boerenorganisaties. Ik zie optimisme en dat maakt dat er kans is op groei. Ik zie België als een voorbeeld, zeker als het gaat om samenwerking”, stelt hij.
Hij gelooft ook in de efficiënte werking van de boerenorganisaties in België, zoals Boerenbond en ABS. “Boerenbond heeft een stevige verankering op Vlaamse grond, met erg veel leden. In Nederland is 50% van de boeren lid van de boerenorganisatie LTO, in België is 65% van de boeren lid van Boerenbond. Er is dus een groot draagvlak. Ik denk dat het bestuur van een land enkel maar succesvol kan zijn als dit soort organisaties – met veel leden – betrokken zijn bij het beleid.”
2 landen, 1 gebied
Bovendien merkt Kleiweg de Zwaan op dat de landbouwsector in de veehouderij met dezelfde dilemma’s zit als in Nederland. “We zijn 2 landen, maar het gaat om 1 gebied. Deels gaan we dus dezelfde problematieken kennen”, vertelt hij. Actueel gaat het om de problematieken die betrekking hebben op het grote stikstofvraagstuk, hoe om te gaan met verduurzaming en de hervorming van het GLB. “Er zijn nog veel vraagstukken, en hierin zullen België en Nederland gelijkgezind moeten zijn over de oplossing.”
Als het over het stikstofdossier gaat, is de ambassadeur duidelijk: Nederland staat al een pak verder dan België. “Deze problematiek bestaat bij ons al langer. Er is daarom recent een stikstofwet aangenomen. In Nederland zijn bijvoorbeeld zo'n 30 maatregelen opgesteld en goedgekeurd om de uitstoot naar beneden te halen”, vertelt hij. “België zit nog maar net in die discussie, dus dat betekent dat België naar de aanpak van Nederland kan kijken ter inspiratie. België kan bovendien ook leren uit onze fouten, want die hebben we zeker gemaakt. Het was een moeilijke oefening.”