Startpagina Veeteelt

“Met nieuw KB moet elk dier in een slachthuis nog steeds gekeurd worden door FAVV”

Er is een nieuw Koninklijk Besluit (KB) in de maak over het keuren van dieren in slachthuizen. Dat nieuwe KB herziet hoe de slachthuizen het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) betalen voor het keuren van de dieren door dierenartsen met een opdracht (DMO’s). Dat nieuwe federale KB heeft volgens Vlaams minister Weyts geen invloed op de door Vlaanderen aangestelde DMO’s.

Leestijd : 3 min

Het FAVV wil met het nieuwe KB over de keuringen streven naar een hogere efficiëntie van de inzet van DMO’s. “De verhoging van de efficiëntie die het FAVV voor ogen heeft, zal niet ten nadele zijn van dierenwelzijn”, antwoordde minister van Dierenwelzijn Ben Weyts op 15 februari in de commissie Dierenwelzijn op een vraag van Els Sterckx (VB).

De Vlaamse en federale controles inzake dierenwelzijn en voedselveiligheid in de slachthuizen worden uitgevoerd door de DMO’s. Volgens minister Weyts spreekt men nu over BMO’s (belast met opdracht).

De Verenigde Dierenartsen (VeDa), de beroepsorganisatie van Vlaamse dierenartsen en haar Waalse zusterorganisatie Union Professionnelle Vétérinaire (UPV) trokken in een open brief aan de alarmbel over de geplande vermindering van zelfstandige dierenartsen in de slachthuizen.

Hogere werkdruk

“De betaling van de slachthuizen aan het FAVV gebeurt nu op basis van het aantal dieren in het slachtritme, maar in de toekomst zal dit gebaseerd zijn op het aantal aanwezige DMO’s in het slachthuis tijdens het slachten. De beroepsorganisaties waarschuwen dat het verminderen van het aantal DMO’s aan de slachtlijnen zal leiden tot een veel hogere werkdruk.

Door de nieuwe organisatie van de keuring van de slachtdieren, door het niet nakomen van afspraken en door de verlieslatende kleine opdrachten dreigen dan, volgens de beroepsorganisaties, behalve het dierenwelzijn, ook de voedselveiligheid en de economie in de problemen te komen”, zegt Els Sterckx.

Nieuwe KB verandert niets aan bestaande protocol

“Vlaanderen is in 2014 gestart met de bevoegdheid Dierenwelzijn en al in 2015 heb ik een samenwerkingsprotocol ondertekend tussen de 3 gewesten en het FAVV. Dit protocol houdt onder meer in dat de BMO’s van het FAVV tijdens de ante-morteminspecties ook het dierenwelzijn controleren en dat ze op regelmatige basis het welzijn van de levende dieren tijdens het slachtproces controleren”, bracht minister Weyts in herinnering.

“Overtredingen op de dierenwelzijnsregelgeving die tijdens die inspectie worden vastgesteld, worden overgemaakt aan onze afdeling Dierenwelzijn, die op haar beurt elke melding van zo’n overtreding op de gepaste manier afhandelt.

Tijdens het driemaandelijkse overleg daarover tussen de Vlaamse afdeling Dierenwelzijn en het FAVV stond ook al enkele malen het nieuwe KB over de keuringen op de agenda. Uit dat overleg blijkt dat het FAVV met het nieuwe KB wil streven naar een hogere efficiëntie van de inzet van die BMO’s.”

Meer geconcentreerde aanvoer

“Door een andere berekeningswijze van de betalingen van de slachthuizen voor de keuring, zouden slachthuizen ertoe aangezet worden om de aanvoer meer te concentreren, zodat controles efficiënter kunnen verlopen. Dit neemt niet weg dat elk dier dat toekomt in een slachthuis nog steeds door een BMO van het FAVV moet worden gekeurd vooraleer het geslacht kan worden. Het nieuwe KB grijpt dus niet in op ons protocol.

Omdat ik heb vastgesteld dat dat controlesysteem absoluut niet sluitend is en omdat ik heel goed begrijp dat die BMO’s natuurlijk in eerste instantie toekijken op veterinaire aspecten van voedselveiligheid en volksgezondheid, eerder dan dierenwelzijn, heb ik zelf een team samengesteld van een 50-tal DMO’s, maar dan specifiek voor controles op dierenwelzijn.

Dat zorgt er toch wel voor dat de controle sluitender is. Ik denk niet dat er heel veel vergelijkbare controlesystemen bestaan in de rest van de wereld.”

Controles worden minder voorspelbaar

“Ik wil de voorspelbaarheid van deze controles tot een minimum herleiden. Dat is een work in progress, maar ik ga ervan uit dat de verhoging van de efficiëntie die het FAVV voor ogen heeft bij de inzet van haar dierenartsen, niet ten nadele is van dierenwelzijn.”

Els Sterckx wou van de minister nog horen of het mogelijk is dat als het FAVV zijn aantal DMO’s afbouwt, dat dan de door Vlaanderen aangestelde DMO’s daarvoor zouden ingezet worden. Dat kan volgens Weyts niet. “De opdracht blijft ‘dedicated’. Onze dierenartsen hebben maar één opdracht en dat is toezien op dierenwelzijn”, besloot minister Weyts.

Filip Van der Linden

Lees ook in Veeteelt

Meer artikelen bekijken