Startpagina Melkvee

Melkrobots en weidegang zijn te combineren

Bij de overschakeling naar robotmelken stoppen melkveehouders regelmatig met het beweiden van hun koeien. Dat komt doordat het niet altijd gemakkelijk is om de productie en het aantal melkbeurten op hetzelfde niveau te houden, terwijl de koeien ook voldoende vers gras moeten opnemen op de wei.

Leestijd : 6 min

Een melkrobot is momenteel het populairste melksysteem, dus om melkveehouders aan te zetten tot beweiden in combinatie met robotmelken, gaven Kristine Piccart van Cow Coach en Pieter Van Rumst van Obs'Herbe enkele tips tijdens een webinar. Als eerste legden ze het verschil uit tussen 3 verschillende systemen van beweiden: standweiden, omweiden en ABC-weiden.

Beweidingsystemen

“De 2 meest gekende weidesystemen zijn standweiden en omweiden”, legt Van Rumst uit. “Bij standweiden staan de herkauwers gedurende een langere periode op een bepaalde oppervlakte, wat niet ideaal is voor de groei van het gras. Omweiden vraagt dan weer meer tijd en arbeid. Het melkvee wordt daarbij dagelijks verplaatst naar een volgend perceel. Het is dan belangrijk om steeds voldoende gras van goede kwaliteit aan te bieden.

Om het beste weidesysteem voor jezelf te zoeken, kijk je naar de veedichtheid op je huiskavel. Wanneer je 2-3 koeien per ha hebt, kan je dag en nacht weiden zonder bij te voederen (tenzij tijdens de zomerdip). Bij 4-5 koeien per ha voeder je ongeveer de helft bij (+7kg droge stof). Bij meer dan 5 koe/ha kunnen ze een kleine daghelft grazen, maar moet meer dan de helft van het ruwvoer op stal worden gegeven (+10 kg). Wanneer je 10 of meer koe/ha hebt, kan je je best beperken tot een uitloop. Je krijgt dan geen weidemelkpremie en de grasopname van 700 kg haal je niet.”

ABC-weiden

“Om nóg dynamischer te weiden, kan je ook kiezen voor ABC- of ABS-weiden”, gaat Van Rumst verder. “Bij abc-weiden wordt de huiskavel verdeeld in 3 blokken: a, b en c. De koeien starten de dag op blok a en elke dag op hetzelfde uur gaat de selectiepoort naar blok b open. Na een tijd zijn de koeien zich bewust van die tijdstippen. Om naar blok b te geraken, moeten de koeien zich eerst laten melken. Dan laat de selectiepoort hen door. Omdat ze een verse strook gras op blok b krijgen, worden de koeien gemotiveerd om zich te laten melken. Aan de selectiepoort ontstaat soms wat drukte. Een paar uur later gaan de koeien op dezelfde manier naar blok c en daarna terug naar een nieuwe strook gras in blok a. Zo worden de koeien 3x per dag gestimuleerd om langs de robot te gaan. Bij te weinig grond kan stuk c ook de stal zijn, waar ze extra rantsoen krijgen op een bepaald uur van de dag. Dan spreken we van ABS-weiden.”

Invloed van weidegang

“Wat melkveehouders het meest tegenhoudt om weidegang te combineren met robotmelken, is de angst om liters melk te verliezen. Uit ons onderzoek bij Vlaamse melkveehouders blijkt dat je gemiddeld 1 l meetmelk verliest bij weidegang, maar dat verlies wordt opgevangen door de winst die je maakt door vers gras te voederen. Als je in het ruwvoederrantsoen 5 kg droge stof graskuil vervangt door vers gras, is dat 70 cent goedkoper. Als je die liter melkverlies daarbij telt, win je nog steeds zo’n 30 cent per koe per dag. Het aantal melkbeurten per dag blijkt niet bijzonder te dalen”, aldus Van Rumst.

Tijdens de webinar nemen ook enkele boeren het woord, waaronder Stef Janssen uit Oudsbergen. Hij heeft 70 melkkoeien en werkt met een Delaval robot, gecombineerd met gestuurd koeverkeer en weidegang. “Mijn koeien gaan dag en nacht naar buiten”, vertelt Stef. “Als ze binnen 2 uur gemolken moeten worden, kunnen ze niet naar buiten. Ook om te drinken moeten ze naar binnenkomen. Dat zorgt ervoor dat ik weinig ophaalkoeien heb. Zonder gestuurd koeverkeer zou het melken lang niet zo vlot gaan, denk ik. Ik merk dat het aantal melkbeurten niet verandert, maar het vetgehalte zakt wel doordat ze zoveel vers gras eten. Dat vul ik dan aan door het bijvoederen van snijmaïs of iets anders.

Ook Marcel Heylen uit Geel laat zijn koeien aan weidegang doen in combinatie met een robot, maar hij maakt geen gebruik van gestuurd koeverkeer. “Ik heb geen selectiepoort geplaatst,” vertelt hij, “maar om te eten of te drinken moeten de koeien wel door de robot. Zo werk ik nu al 15 jaar. De eerste dagen van een nieuw weideseizoen daalt de melkgift altijd spectaculair, en dan sloeg ik vroeger even in paniek, maar uit ervaring weet ik nu dat dat na een week terug normaal is. De dieren moeten eerst nog wennen aan hun vrijheid. Met wat geduld komt dat altijd terug in orde. Mijn koeien staan meestal 1,5 week op een perceel, waarna ik ze verplaats naar de volgende. Ik doe dus aan standweiden.”

Tips voor weidegang

Piccart en Van Rumst bespraken ook de grootte van de huiskavel, want die heeft een invloed op het beste beweidingssysteem. “Als de huiskavel heel groot is, is het interessant om met ABC-weiden te werken”, legt Piccart uit. “Als we als voorbeeld een bedrijf met 2 robots en 120 melkkoeien nemen, raad ik aan om bij een kleine kavel tot zo’n 12 ha best aan standweiden of ASS (elke dag 1 nieuw perceel) te doen. Vanaf 20 ha is dagelijks omweiden (ASS of ABS) aan te raden.

Sommige boeren hebben hun koeien nu al buiten gelaten. De draagkracht van de bodem is ook al goed genoeg dat te doen. Als er enkele dagen mooi weer voorspeld worden, kan je dat dus zeker al overwegen. Het is ook goed om de koeien zo vroeg mogelijk op de dag buiten te laten. Ze eten nu eenmaal het liefst bij zonsopgang en zonsondergang. Vers gras tijdens die uren zal hen aanzetten tot naar buiten gaan.

Ook het jongvee zet je best regelmatig buiten. Als je vaarzen al graaservaring hebben voor ze moeten afkalven, zullen ze als melkkoe meer gaan grazen en grotere afstanden afleggen. In Nederland is er een vuistregel die zegt dat je jongvee zo’n 200 dagen op de wei moet hebben gestaan. Dat kan vanaf de leeftijd van 6 maanden. Natuurlijk moet je hen steeds voldoende bijvoederen.

Op de wei kan je jongvee ook weerstand opbouwen tegen parasieten zoals maagdarmwormen en longwormen. Zet je dieren nooit op zwaar besmette weides, waar bijvoorbeeld vorig jaar niet-behandelde kalveren op stonden. We raden ook af het jongvee elk jaar met hetzelfde product te behandelen. Dat kan leiden tot resistentie.

Als laatste bied je best water aan op de weide. Veel veehouders doen dat niet, maar daar moet je echt mee oppassen als je perceel te ver weg ligt of te groot is, zeker op warme zomerdagen. Een koe moet ongeveer 4 keer de hoeveelheid water opnemen van het aantal liters melk dat ze geeft. Als ze 30 l produceert, moet ze dus 120 l water opnemen – al naargelang de weersomstandigheden. Als de afstand naar het water te groot is, en ze te weinig drinkt, leidt dat tot een dalende productie”, aldus Piccart.

Er zijn mogelijkheden

“Er zijn dus verschillende mogelijkheden om weidegang te combineren met robotmelken”, besluit Van Rumst. “Veel is afhankelijk van de grootte en bereikbaarheid van de huiskavel in combinatie met de grootte van de veestapel. Voor advies kan een landbouwer bij mezelf of Kristine Piccart terecht.”

Weidewijs is 1 van de 46 projecten die door het departement Landbouw & Visserij werd goedgekeurd om innovatie in de Vlaamse land- en tuinbouw te ondersteunen. Het project heeft als doel het draagvlak voor de beweiding bij melkveehouders te vergroten. Het totale budget bedraagt 75.000 euro. Deelnemende partners zijn ILVO, Cow Coach, de Hooibeekhoeve, Obs’Herbe en 8 Vlaamse melkveebedrijven.

Sanne Nuyts

Lees ook in Melkvee

Meer artikelen bekijken