Europa moet beter reageren op de ‘aantasting’ van de natuur
Europa moet zich meer inspannen om zijn natuurlijke omgeving, waarvan de algemene toestand ‘niet goed’ is, te redden en beter bestand te maken tegen de gevolgen van de opwarming van de aarde. Dat zegt het vijfjaarlijkse rapport over de toestand van het milieu in Europa dat het Europees Milieuagentschap (EEA) op maandag 29 september presenteerde.

“Er is aanzienlijke vooruitgang geboekt bij het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen en luchtverontreiniging, maar de algemene toestand van het milieu in Europa is niet goed”, merkt het EEA op in een persbericht.
Dit klimaatrapport komt op een moment dat de Europese staten een minimaal compromis hebben goedgekeurd over het verminderen van hun uitstoot van broeikasgassen tegen 2035. Wel kunnen ze het niet eens worden over een ambitieus voorstel van de Europese Commissie om de uitstoot tegen 2040 met 90% te verminderen ten opzichte van 1990.
In de Europese Unie is de uitstoot van broeikasgassen sinds 1990 met 37% gedaald, dankzij de vermindering van het gebruik van fossiele brandstoffen en de verdubbeling van het aandeel hernieuwbare energie sinds 2005, aldus het EEA.
Natuur blijft lijden
Maar de EU-landen moeten ‘de uitvoering verbeteren van het langetermijnbeleid en de maatregelen ter bevordering van duurzaamheid die al zijn overeengekomen in het kader van de Green Deal’ dat tijdens de vorige ambtstermijn van de Europese Commissie is aangenomen, schrijft het EEA in zijn persbericht.
Sterker nog, ‘de natuur blijft lijden onder achteruitgang, overexploitatie en verlies van biodiversiteit’, merkt het Europese agentschap op, dat gegevens verzamelde van 38 landen over het hele Europese continent. Met name water wordt een steeds schaarser goed en bepaalde gebieden worden overgeëxploiteerd.
Ongeveer 81% van de beschermde habitats verkeert in slechte of middelmatige staat, 60 tot 70% van de bodems is aangetast en 62% van de waterlichamen verkeert niet in goede ecologische staat. Klimaatverandering verergert de schaarste van waterbronnen, maar het is mogelijk om tot 40% water te besparen door beter bestuur, inspanningen op het gebied van landbouw en recycling, technologische innovatie en bewustmaking van het publiek, aldus het agentschap.
Chemische vervuiling - met onder meer PFAS - is een groot probleem. De transportsector blijft zwaar afhankelijk van fossiele brandstoffen, de landbouwsector heeft een grote impact op het milieu en het Europese continent warmt dubbel zo snel op als het globale gemiddelde.
Hoewel ze zichtbaar zijn in de natuur en direct van invloed zijn op mensen, vormen de gevolgen van klimaatverandering ook een groeiende uitdaging, benadrukt het agentschap. Veel van deze effecten zijn indirect, door schade aan infrastructuren en ecosystemen of in het bijzonder prijsstijgingen.
Ook in België nog werk
Ook in België is er volgens het EEA nog werk aan de winkel. “Ondanks een aantal successen blijft de druk van mobiliteit, verstedelijking en intensieve landbouw op het milieu groot. Die druk moet naar beneden, om het verlies aan biodiversiteit te vertragen en de waterkwaliteit en bodemgezondheid te verbeteren”, klinkt het. “Enerzijds is slechts 14,6% van ons land beschermd natuurgebied, wat onder de EU-doelen ligt. Anderzijds is 37,8% van de Belgische zeegebieden beschermd, wat dan weer hoger is dan de Europese doelstelling.”
“Daarnaast zal ons land een versnelling hoger moeten schakelen om de uitstoot van broeikasgassen en luchtverontreinigende stoffen tegen 2030 met 47% te doen dalen, zoals afgesproken op Europees niveau”, zegt het Europees Milieuagentschap.
Energie en duurzame voeding
Bovendien draait het energiesysteem nog grotendeels op fossiele en kernenergie. “Het aandeel hernieuwbare energie groeit, maar te traag”, klinkt het. België blijft een voorloper in offshore windenergie, met de op vijf na grootste capaciteit wereldwijd in 2021, en breidt verder uit. Maar binnenlandse productie van zonne- en windenergie stuit op trage vergunningen.
Tegelijk bereikt het voedselsysteem zijn grenzen. België ondersteunt boeren met programma’s en fondsen voor een rechtvaardige transitie. Tegelijk blijft duurzame voeding voor burgers moeilijk toegankelijk: voedselhulp neemt toe en opeenvolgende natuurcrisissen hebben de situatie verergerd.
Groen: meer ambitie nodig
“Als je deze cijfers bekijkt is net meer ambitie nodig”, reageert Europees parlementslid voor Groen Sara Matthieu. “Het rapport legt pijnlijk bloot wat stilstand ons allemaal kost: hogere energiefacturen, meer economische schade door overstromingen en bosbranden, en natuur die steeds sneller bezwijkt.” Matthieu hekelt ook de besparingen die de Europese Commissie plant op natuurherstel. Zo wordt het LIFE-budget voor natuurherstel afgebouwd. “We moeten net het omgekeerde doen: fors investeren via een ambitieuze wet op klimaatadaptatie. Want elke euro die we nu investeren in natuurherstel bespaart ons straks miljarden euro’s om schade te vergoeden.”
Boerenbond wil evaluatie impact Europese regelgeving
Volgens Boerenbond betreft dit een rapport op Belgisch niveau, terwijl het omgevings/natuurbeleid bij de gewesten zit. Het is dus moeilijk om uitspraken te doen over deze trends, gezien er toch heel wat verschillen zijn tussen de gewesten.
“Opnieuw worden strategische doelstellingen op Europees niveau vertaald naar doelstellingen op lidstaatniveau, terwijl dit niet altijd het geval is (bijvoorbeeld 30% bescherming als biodiversiteit/natuur onder beheer)”, stelt adjunct-woordvoerder Gerrit Budts. “Bovendien heeft Vlaanderen een van de hoogste aandelen ruimtebeslag binnen de EU, waardoor doelstellingen inzake natuur, water… veel complexer zijn om te behalen. Onze sector heeft al heel wat inspanningen gedaan om zijn impact te verminderen en wil nog verder verduurzamen, maar heeft nood aan een rechtszeker vergunningenkader dat de verdere transitie mogelijk maakt. Dat kader wordt door Europese regelgeving eerder verhinderd dan gefaciliteerd.”
Nog volgens Budts zijn bepaalde doelstellingen (habitatrichtlijn, kaderrichtlijn water) quasi onmogelijk om te behalen in sterk verstedelijkte en dense regio’s zoals Vlaanderen. “De Europese Commissie houdt bij de opmaak van regelgeving volgens ons onvoldoende rekening met de economische impact, waaronder de impact op vergunningverlening.”
Boerenbond roept de Europese beleidsmakers op om in plaats van met de vinger te wijzen naar lidstaten een evaluatie te maken van de haalbaarheid en impact van de Europese regelgeving op het omgevingsbeleid op lidstaatniveau.
ABS: tijd om schip te keren
Het ABS stelt in een reactie dat je moeilijk kan verwachten dat het EEA de loftrompet zal afsteken over de ‘staat’ van de natuur. “Nergens wordt de vraag gesteld in welke mate hun doelstellingen haalbaar zijn, zeker voor natuurtypes die lijden onder klimaatverandering of verstedelijking”, reageert beleidsmedewerker Mark Wulfrancke scherp. “Ook rond hoe sommige zaken gemeten worden valt wel iets op aan te merken. De Kaderrichtlijn Water bijvoorbeeld hanteert het one out-all out-principe. Een score van 99% goed wordt dus gerapporteerd als zijnde een slechte ecologische toestand.”
Volgens Wulfrancke klinkt 14,6% beschermd natuurgebied misschien laag, maar het verstedelijkte Vlaanderen kent nu eenmaal een groot ruimtebeslag. “Ruimte is een eindig verhaal en sommigen lijken dat niet te beseffen. Het is ook een beetje vreemd om ‘duurzame voeding’ en ‘voedselhulp’ in dezelfde zin te zien staan in een tekst waarin er gepleit wordt om de eigen voedselvoorziening af te bouwen in ruil voor duurdere en in veel gevallen minder duurzame import.”
“Je kunt klagen over de afbouw van fondsen (iets waar landbouw al jaren mee geconfronteerd wordt), maar als na zoveel jaren blijkt dat massa’s geld investeren in natuurherstel – grotendeels door het aankopen en vernietigen van landbouwgrond – niet werkt, dan is het misschien wel eens tijd om het schip te keren.”
Wulfrancke pleit ervoor om daarbij de juiste keuzes te maken. “Boeren hebben geen nood aan fondsen voor transities waar vooral dure adviseurs beter van worden. Ze willen eerlijke prijzen voor hun producten en duidelijke visies op voedsel, waarin de strategische voedselvoorziening met voeding geproduceerd door eigen landbouwers centraal staat. Je kunt nu eenmaal geen ecologisch paradijs hebben op een economisch kerkhof.”