Startpagina Covid 19

Zorgboerin Rita Peeters:“Nu, zonder zorggasten, is de zin er niet altijd”

Een vleesveebedrijf dat nog in expansie is, een vijftal zorggasten die af en aan lopen en helpen bij de verschillende landbouwtaakjes. Zo zag het leven eruit voor de coronacrisis. Tijdens de crisis was het echter stilletjes op het erf. “’t Is niet gemakkelijk. Als ik mocht, zou ik ze een knuffel geven als ik ze terug zie.”

Leestijd : 5 min

D at de Arendonkse boerderij op volle toeren draait, en ook goed draait, blijkt uit het positieve telefoongesprek met Rita Peeters. Al de derde generatie is ze elke dag bezig met de dieren te verzorgen, maar ook het zorgbedrijf vraagt energie. “Mijn man en ik werken samen op onze boerderij, en nu is ook onze zoon gestart”, vertelt Rita, die al 13 jaar de zorgboerderij runt. Ze hebben een vleesveebedrijf en vleeskalveren: 1.400 mestkalveren, en 100 stuks vee van hunzelf. “We hebben ook pas een nieuwe stal gezet, dus we hebben goed uitgebreid.” Rita zelf heeft gewerkt als verpleegkundige, maar wou op een bepaalde moment iets anders. “Toen mijn man iets las over zorgboerderijen, sprak me dat wel aan. Ik ben gestopt met werken en met de zorgboerdeij begonnen.” Rita zorgt nu voor een vijftal zorggasten. “Voor de coronacrisis zag ik elke dag 1 of 2 zorggasten, behalve maandag, dan komen mijn eigen kleinkinderen”, lacht ze.

Een vijftal zorggasten

Op de boerderij ontvangt Rita zo’n vijftal zorggasten, die ze taken geeft en waarvoor ze zorgt. Eén zorggast komt al zo’n 12 à 13 jaar naar het bedrijf: een man van 60 jaar met een mentale beperking en die in een opvangtehuis met 10-11 man samen woont. “Die komt hier het langst, en ken ik dus heel goed. Hij is mijn beste maatje op de boerderij, altijd goedgezind en hij maakt me altijd blij. Een andere man op de boerderij heeft een burn-out, volgens mij door zijn perfectionisme. Ik vermoed dat er wat meer aan de hand is, misschien in zijn jeugd. Maar och, we weten niet alles van ons gasten. Ik vind dat ze zelf erover moeten vertellen als ze er nood toe hebben. Ik ga niet vragen wat er gebeurd is. Dat is niet onze taak en voor mij speelt het geen rol.” Daarnaast werkt Rita samen met het Centrum voor leerlingenbegeleiding (CLB), en ook met het OPZ Geel, een psychiatrisch centrum. Naast die volwassen mannen, zijn het vooral jongeren die op hun boerderij terecht komen. “Momenteel 2 jongeren van het CLB. En dan komt er nog iemand van Ferm thuiszorg.”

De oudste gast op de boerderij verzorgt de dieren.
De oudste gast op de boerderij verzorgt de dieren. - Foto: VeeteeltVlees

Rita werkt met hen altijd één op één. Ze laat ze nooit alleen werken, tenzij uitdrukkelijk gevraagd. “Het gaat dan vooral om mensen die zelfstandig moeten leren werken. Ik laat hen dan het pad borstelen of bij de kalfjes strooien, maar kom later wel af om te helpen.” Er is genoeg te doen op het bedrijf, wat de zorggasten wel wat afwisseling bezorgt. “Maar ik kijk ook wel wat bij wie past. Als iemand niet bij kalfjes durft, laat ik hen dat ook niet doen. Ik kijk ook naar wat ze kunnen. Het gebeurt dat iemand gewoon met mij meeloopt en enkel kijkt en af en toe een kruiwagen wegdoet... Voor mij is het belangrijkste dat ze graag komen, en dat ze genieten op de boerderij. Van hen word ik zelf ook goed gezind.”

Boodschap aan mijn zorggasten: "Alles komt goed! Geloof erin dat we mekaar snel terug zien. Ik zou je graag een dikke knuffel willen geven, want ik mis jullie."

Corona en het leven erna

Vanaf maandag 18 mei mocht de zorgboerderij stilaan terug opstarten. “De man met de burn-out kan komen. Die weet heel goed wat er gaande is, en zal zich gemakkelijk aan de regels kunnen houden. Met de anderen is het nog afwachten omdat ze in een instelling verblijven of omdat het waarschijnlijk niet lukt om bijvoorbeeld 1,5 m afstand te bewaren.” Tijdens de coronacrisis was het voor Rita dus best aanpassen. “Door volledig te stoppen met de activiteit, moest ik alles alleen doen. Maar ik moet zeggen dat de zin er niet altijd meer was.”

Bij het terug opstarten zal ook niet alles hetzelfde zijn, en zullen er strenge voorwaarden gelden. De zorggasten mogen bijvoorbeeld niet meer in de privévertrekken komen. “Voor corona hadden we echter de gewoonte ’s morgens eerst een tas koffie te drinken voor we starten. We dronken later ook nog wat samen, en ik gaf hen wel eens wat eten, voornamelijk fruit. Dat kan allemaal niet meer. Ze moeten zelf alles meebrengen. Op het terras hoop ik wel samen te zitten op 1,5 m van elkaar. Bij slecht weer kruipen we wel in de nieuwe kalverstal. Plaats genoeg daar”, lacht ze. Ondertussen heeft ze zich goed kunnen voorbereiden op de terugkomst, maar beseft ze dat de coronacrisis extra werk met zich meebrengt. “We zullen alles moeten ontsmetten, voor het gebruik van bijvoorbeeld een schop of kruiwagen, maar erna dus ook. Maar we zullen wel zien hoe het loopt. Ik heb alles al in huis: handgels, wegwerpdoekjes, handdoeken, ontsmetting voor het gerief en ik heb extra plaatsen voorzien om handen dikwijls te kunnen wassen... ik hoop dat dit voldoende is.” Ze is blij dat Steunpunt Groene Zorg haar goed heeft ingelicht. “We kregen een goede communicatie over wat kon en wat niet. Ik probeer de regels dan ook zo goed mogelijk na te leven.”

E-mailgroep ‘boerderij’

Tijdens de coronacrisis zorgde Rita er wel voor dat de communicatie met de zorggasten niet verwaterde. “Ik heb een e-mail groep aangemaakt 'boerderij', met e-mailadressen van zo’n 10 personen. Dit was een goed idee van Steunpunt Groene Zorg. Zo schreef ik één keer per week over wat er gebeurt op de boerderij, bijvoorbeeld als er een kalfje was geboren, en hoe het gaat met ons. Soms met foto’s of filmpjes, want niet iedereen kan lezen. Ik gaf hen tips over wat ze konden doen, beluisteren of bekijken en vroeg ook of ze mij wat tips konden geven. Ik kreeg wel wat reactie en dat doet deugd.” Ze merkte wel dat ze vooral in het begin reacties kreeg, en dat dat verminderde naar het einde toe. “Naar mijn gevoel reageren net degene die het moeilijk hebben het minst.” Pasen was dan weer een speciale dag. Rita stuurde iedereen kaartjes, en gaf eitjes waar ze kon. “Met de coronacrisis mocht ik spijtig genoeg niet overal naartoe.” Ze hoopt dat alles snel terug normaal wordt. “Mijn man en zoon werken vooral op de boerderij, maar de zorg, dat is mijn job. Daar leef ik echt voor.”

Marlies Vleugels

Lees ook in Covid 19

Meer artikelen bekijken