Startpagina Archief

VPF schakelt naar hogere versnelling

De Vlaamse Piétrainfokkerij (VPF) is twee jaar oud. Deze maand worden de eerste fokwaarden van het nieuwe nakomelingenonderzoek gepubliceerd. Berenfokkers zullen meer en sneller informatie over hun topberen verkrijgen. Het doel: betere genetica voor iedere varkenshouder.

Leestijd : 3 min

Hoe staat het met de gegevensverzameling van de Vlaamse Piétrainfokkerij? “Er is nog niet één cijfer op een blaadje papier overgeschreven”, grijnst VPF-manager Chris Dhondt . Maar dat is goed nieuws: VPF zet volop in op digitalisering. De interpretatie en verwerking van de karrevracht aan geproduceerde gegevens gebeurt voortaan vanuit een nieuwe locatie: de gebouwen in Drongen waar DGZ tot september in huisde.

Einde Scheldewindeke

Ter gelegenheid van die nieuwe kantoorlocatie gaf Chris Dhondt een update over de VPF-fokkerij. Twee jaar geleden rijpten de ideeën over hoe het verder moest met de nieuwe Piétrainfokkerij en wat de prioriteiten zouden moeten zijn. De testwerking van de beren werd aan het onafhankelijke Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek (ILVO) toevertrouwd. Men wilde meer betrouwbare fokwaardes voor beren, afgenomen van meer dieren.

De huidige locatie in Scheldewindeke bleek niet meer geschikt voor de toekomst en ook niet meer te renoveren. Eind februari werden er de laatste varkens geladen en kwam er een einde aan een stuk fokkerijgeschiedenis. Voor het nakomelingenonderzoek wordt er nu samengewerkt met de familie Broeckx in Neeroeteren en de familie Aerts in Dilzen-Stokkem.

Snelle feedback

De nieuwe locaties, in combinatie met het behoud van de locatie in Rumbeke-Beitem (naast Inagro), laten toe om fors meer beren te testen. “Waar we vroeger 1.300 vleesvarkens konden aftesten, is dit nu gestegen naar 2.900 dieren”, maakte de heer Dhondt de vergelijking.

De eerste varkens volgens de nieuwe methode werden in januari geslacht. Later deze maand zullen die gegevens bekendgemaakt worden. “Dat duurt zo lang omdat we eerst voldoende basisgegevens moeten verzameld hebben om uitspraken te kunnen doen. Vanaf september willen we echter streven naar maandelijkse fokwaarden. Tussen het slachten en het bekendmaken van de fokwaarden zal dan maar 1 maand meer liggen.” Tot nu toe zat er soms 1 tot 2 maanden méér tussen.

Het verzamelen van de gegevens gebeurt zoals gezegd zoveel mogelijk digitaal. Voederconversie, groei en slachtkwaliteit van de nakomelingen bepalen de waardering. Daar zullen ook nieuwe fokwaarden aan toegevoegd worden, zoals uniformiteit, jeugdgroei en erfelijke gebreken. Vooral van die laatste waarden verwachten de 32 leden-fokkers veel.

Ondereind eruit

De regel is om alle VPF-beren die op een KI-station aangeboden worden af te testen. De bedoeling is dat beren die ondermaats scoren uit het KI-station afgevoerd worden en vervangen worden door een jonge beloftebeer. Chris Dhondt stelt dat dit in 80 tot 90 % van de gevallen ook gebeurt. “Diegene die blijven, zitten vaak op het statistisch randje, maar over het principe is iedereen het eens.”

Andere fokkerijorganisaties staan nog aarzelend ten opzichte van het VPF-nakomelingenonderzoek. De heer Dhondt heeft er echter vertrouwen in dat zij nog van mening kunnen veranderen. “Wij weten uit ervaring dat een theoretische fokwaardeschatting een schatting blijft. De gegevens uit nakomelingenonderzoek komen niet altijd overeen met wat een theoretische fokwaardeschatting vooropstelt. Een boer heeft niets aan het ondereind van een groep beren. Een fokwaarde haalt die evenwel niet snel boven water. In de verkoop bestaan vaak alleen maar goede beren, maar zo werkt het niet.”

Voor het nieuwe VPF zullen 3,5 fulltime equivalenten werken, waar dat er vroeger 7 waren. Zij zullen op de nieuwe locatie vergezeld worden door de stamboekorganisatie van de Kleine Herkauwers.

IDC

Actueel

Voir plus d'articles
Meest gelezen