Startpagina Maïs

Resultaten van de post-inscriptierassenproeven korrelmaïs in 2022

Na de bespreking van de kuilmaïsrassen, snijden we in dit artikel de rassenkeuze voor de korrelmaïsrassen aan.

Leestijd : 9 min

Een goed rendement, gecombineerd met een laag vochtgehalte van de korrel, vormt het basiscriterium om rassen te kiezen voor de korrelmaïsteelt. Andere parameters, zoals gevoeligheid voor stengelrot, builenbrand en legervastheid, zijn echter ook van belang, samen met een stabiele opbrengst over meerdere jaren.

Opbrengst en vochtgehalte

Een hoge korrelopbrengst is voor elk korrelmaïsras uiteraard van groot belang. Voor CCM en de verkoop voor bio-ethanol blijft dit de belangrijkste parameter. Dit is wel in de veronderstelling dat het als korrelmaïsras onder normale omstandigheden een vochtgehalte van 30-35% moet behalen.

Voor te drogen graan zou het vochtgehalte in het ideale geval lager dan 30% moeten zijn bij de oogst. In de droge omstandigheden van 2022 startte de afrijping vroeger dan gewoonlijk. De vochtgehaltes van de korrel daalden aan een hoog tempo tot lage waarden. In het geval van een toepassing als droog graan, kiest men het best voor vroegrijpe korrelmaïsrassen. Op deze manier beperkt men de droogkosten en heeft men ook meer garanties op een tijdige oogst.

Voor te drogen graan zou het vochtgehalte bij de oogst in het ideale geval lager dan 30% moeten zijn.
Voor te drogen graan zou het vochtgehalte bij de oogst in het ideale geval lager dan 30% moeten zijn. - Foto: AV

Een vroeg oogsttijdstip zal in de toekomst waarschijnlijk een grotere factor worden als de deadlines van de overheid voor het oogsttijdstip verder vervroegd worden. Voor een toepassing als vochtig graan speelt de vroegrijpheid minder en is de belangrijkste parameter de korrelopbrengst.

De afgelopen 3 teeltjaren kenden wisselende weersomstandigheden, elk met hun specifieke uitdagingen: een droog en warm 2020, een nat en koud 2021, gevolgd door een droog 2022. In de meerjarige synthese zien we voor een aantal rassen grote schommelingen in de resultaten van jaar tot jaar.

02-3378-KORREL-2-web

Dat toont eens te meer aan dat regelmatige resultaten in wisselende teeltomstandigheden een sterke troef zijn voor een ras. Door het beperkt aantal locaties in de synthese en de wisselende resultaten van een aantal rassen afhankelijk van het bodemtype, raden we aan om de nodige voorzichtigheid aan de dag te leggen bij het hanteren van de tabellen van 2022 (tabel 1 en 2). Daarom dat men het best naar de resultaten over meerdere jaren heen kijkt bij de rassenkeuze (tabel 3).

Legervastheid en stengelbreuk

Gezien korrelmaïs tot in een verge-vorderd rijpheidsstadium op het veld moet blijven staan, is een goede legervastheid belangrijker dan voor kuilmaïs. In 2022 kon men op een aantal geoogste locaties grote rasverschillen voor stengelbreuk observeren. Legering (vanaf de voet van de plant) kwam in 2022 eveneens voor op een beperkt aantal locaties. Ook in de praktijk vielen de nodige problemen te noteren.

Gevoeligheid voor stengelrot veroorzaakt door fusarium

De gevoeligheid voor stengelrot blijft een belangrijk criterium bij de rassenkeuze voor korrelmaïs. Jaarlijks stellen we tussen de geteste variëteiten verschillen vast in de aantastingsgraad met fusarium. Bij sommige gevoelige rassen komt de ziekte slechts in een laat stadium tot uiting. Bij deze rassen voorziet men het best een vroege oogst (bijvoorbeeld als CCM).

Als men na korrelmaïs, tarwe wil inzaaien, moet men zeker kiezen voor de tolerantere rassen. Ook moet dan de nodige aandacht besteed worden aan het onderwerken van de gewasresten.

Figuur 1: Korrelmaïsopbrengsten aan 15% vochtgehalte, bekeken volgens relatieve waarde. Zie tabel 2 voor de verwijzing naar de variëteitnaam.
Figuur 1: Korrelmaïsopbrengsten aan 15% vochtgehalte, bekeken volgens relatieve waarde. Zie tabel 2 voor de verwijzing naar de variëteitnaam. - Bron: Varmabel - Normaal netwerk 2022.

Gevoeligheid voor builenbrand

2022 was een jaar met een eerder gemiddelde aanwezigheid van builenbrand. Builenbrand ontwikkelde zich voornamelijk op de stengels. Doorgaans bleef de aantasting op de proefpercelen beperkt tot enkele procenten van het aantal planten, maar in de praktijk kwam de aantasting soms wel op grote schaal voor bij gevoeligere rassen.

Er zijn duidelijk verschillen tussen rassen voor het ontwikkelen van builenbrand op voornamelijk kolf of stengel. Het is evident dat bij korrelmaïs vooral builenbrand op de kolf voor opbrengstverliezen en problemen zorgt. Bij de tellingen op korrelmaïsrassen wordt enkel naar de aantasting op kolven gekeken.

Opbouw van het proefveldnetwerk

In het kader van het Varmabel-netwerk, werden – net zoals voor kuilmaïs – door het CIPF en LCV samen de postinscriptierassenproeven van het normale netwerk korrelmaïs aangelegd. De coördinatie van het netwerk en het synthetiseren van de resultaten gebeurt door het CIPF.

In het normale netwerk worden de betere korrelmaïsrassen van de afgelopen jaren uitgezaaid, samen met de koplopers van het CIPF voorlopig netwerk van 2021. Daarbij komen nog de recent op de Belgische rassencatalogus ingeschreven hybriden en ten slotte nog een aantal goed presterende rassen die in 2021 hun eerste jaar meeliepen in de officiële rassenproeven. De proefvelden voor dit netwerk worden aangelegd op 9 locaties in Laag- en Midden-België (6 CIPF, 3 LCV). Hierbij wordt gestreefd naar een evenwichtige vertegenwoordiging van alle landbouwstreken.

01-3378-KORREL-1-web

Alle korrelmaïsrassen worden gerangschikt op basis van opbrengst per ha (aan 15% vocht van de korrel). Op de website van het Centre Indépendant de Promotion Fourragère (CIPF) en Landbouwcentrum voor Voedergewassen (LCV) kan je ook een sortering op basis van financiële opbrengst in Euro/ha terugvinden. De financiële opbrengst geeft de verkoopprijs van het graan weer met de droogkosten (berekend volgens de Fegra/Synagra-normen) in rekening gebracht.

Eliminaties

In het normale netwerk van 2022 werden 57 korrelmaïsrassen getest. Van de 9 uitgezaaide locaties in de verschillende landbouwstreken in Laag- en Midden-België werden er 5 geoogst. In de loop van het seizoen werden een aantal locaties geëlimineerd door vogelschade of heterogene ontwikkeling van de proef. Na statistische verwerking bleken nog 2 locaties niet geschikt voor opname in de jaarsynthese.

Finaal werden de oogstgegevens gesynthetiseerd van de volgende proeflocaties: Saint Géry, Tongerlo en Wayaux (3x CIPF). De verschillende rassen werden vergeleken ten opzichte van 4 standaardrassen (Digital, Figaro, LG 31238 en Prestol). De standaardrassen zijn rassen die reeds meerdere jaren getest zijn en die worden gekozen omwille van hun regelmatige en bevredigende eigenschappen voor de belangrijkste rascriteria.

De gemiddelde korrelopbrengst van de verschillende proeven varieerde van 8,9 tot 13,5 ton/ha (bij 15% vocht) en bij gemiddelde vochtgehaltes bij de oogst gaande van 23,9% tot 27,8%.

01-3378-KORREL-3-web

Bevestigende rassen

Als we ons de vraag stellen welke variëteiten we kunnen zaaien in 2023, komen we eerst bij de bevestigende rassen uit: Digital, Farmoritz, Bismark, P8834, EC Gisella, Farmueller, KWS Camillo, Kokuna, Privat, RGT Maxxatac, RGT Bernaxx, RGT Alyxx en KWS Gulio.

Digital Dit ras werd een derde jaar getest in het normale netwerk en bevestigt opnieuw zijn uitstekend resultaat, met de eerste plaats in de rangschikking voor de korrelopbrengst aan 15% vocht. Met een vochtgehalte bij de oogst dat op het niveau zit van de standaardrassen, behaalt het ras nog steeds een uitstekende financiële opbrengst. Het ras moet wel enkele rassen met een lager vochtgehalte laten voorgaan in de klassering van de financiële opbrengst. Als we de resultaten van de afgelopen 3 jaar bekijken, dan is Digital duidelijk een heel goede keuze wat betreft financiële opbrengst.

Farmoritz Dit ras behaalde in zijn vierde testjaar in het normale netwerk opnieuw een uitstekende korrelopbrengst. Bij de rassen die 3 jaar of meer in proef staan, behaalt het ras de beste gemiddelde opbrengst over de laatste 3 jaar. Ondanks vochtgehaltes die bij de oogst hoger liggen dan gemiddeld, behaalt het ras nog steeds een goede financiële opbrengst.

Bismark en P8834 Dit zijn nog 2 uitstekende rassen in de top van het klassement voor korrelopbrengst. Bismark herbevestigt de uitstekende resultaten van 2021, waar het op de eerste plaats stond in de klassering van korrelopbrengst. Bij de oogst hebben beide rassen wel een vrij hoog vochtgehalte, waardoor deze 2 rassen vooral geschikt zijn als vochtig graan.

EC Gisella en Farmueller Deze rassen hebben een vergelijkbaar laatrijp profiel met een zeer goede korrelopbrengst, gekoppeld aan vrij hoge vochtgehaltes bij de oogst. Beide krijgen dus een aanbeveling bij een oogst als vochtig graan zoals CCM. Een bijkomende troef van beide rassen is hun stabiliteit van opbrengsten over meerdere jaren heen: in de wisselende en uitdagende weersomstandigheden van de afgelopen 3 jaar waren de opbrengsten steeds goed.

Een hoge opbrengst, gecombineerd met een laag vochtgehalte, is belangrijk bij  een korrelmaïsras.
Een hoge opbrengst, gecombineerd met een laag vochtgehalte, is belangrijk bij een korrelmaïsras. - Foto: TD

KWS Camillo, Kokuna en Privat Net onder de brede top van het klassement van de korrelopbrengst vinden we een groep van 4 rassen die allemaal beschikken over zeer goede opbrengsten: KWS Camillo, Kokuna, Privat en RGT Maxxatac. Deze rassen hebben als bijkomende troef een stabiele opbrengst van jaar tot jaar. Door een wat hoger vochtgehalte bij de oogst zijn ze vergelijkbaar met de standaardrassen wat betreft hun potentieel als te drogen korrelmaïs.

RGT Maxxatac Dat ras had in 2021 een moeilijk jaar wat betreft korrelopbrengst, maar staat er weer in 2022, met zowel een goede korrelopbrengst als een laag vochtgehalte bij de oogst. Met deze combinatie van uitstekende eigenschappen stijgt het ras in het klassement voor financiële opbrengst.

RGT Bernaxx en RGT Alyxx Deze rassen behalen beide een gemiddelde korrelopbrengst bij de oogst. Hun sterkte ligt voornamelijk in hun vroegrijpheid: door het lage vochtgehalte behalen ze een uitstekende financiële opbrengst. RGT Alyxx beschikt bovendien over stabiele opbrengsten van jaar tot jaar.

KWS Giulio Dit ras heeft een eerder matige korrelopbrengst. Het staat nog steeds meer dan zijn mannetje als korrelmaïs bestemd om te drogen, want dankzij een zeer laag vochtgehalte katapulteert het ras zich naar de derde plaats in de rangschikking van het financieel resultaat na drogen. Dit illustreert het belang van een laag vochtgehalte bij de oogst.

Figuur 2: Korrelmaïsopbrengsten weergegeven volgens financiële opbrengst, uitgedrukt volgens de relatieve waarde. Zie tabel 2 voor de verwijzing naar de variëteitnaam.
Figuur 2: Korrelmaïsopbrengsten weergegeven volgens financiële opbrengst, uitgedrukt volgens de relatieve waarde. Zie tabel 2 voor de verwijzing naar de variëteitnaam. - Bron: Varmabel - Normaal netwerk 2022.

Interessante nieuwigheden

Na de bevestigende rassen komen we ook uit bij de interessante nieuwigheden: Limagold (LG 31325), Icare, LG 32257, LID2210C, Farmactos, Plutor, Almondo, Wesley, DKC3400, Beppo en KWS Emporio.

De proefresultaten tonen aan dat heel wat rassen die al enkele jaren meelopen zich nog goed kunnen meten met de nieuwkomers in het normale netwerk. Toch zien we elk jaar opnieuw genetische vooruitgang bij de nieuwe inschrijvingen in het Varmabel-netwerk. Meestal gaat het dan om rassen die al een eerste succesvol testjaar in het voorlopig netwerk achter de rug hebben.

Als we de evoluties van de meerjarige resultaten van de afgelopen 10 jaren analyseren, dan stellen we vast dat het proefgemiddelde van het normale netwerk korrelmaïs gemiddeld met 1,6% per jaar toeneemt voor de parameter opbrengst aan 15% vocht. Dit komt neer op een stijging van ongeveer 200 kg droog graan/ha. Het is dus geen verrassing dat 6 rassen van de top 10 van het normale netwerk in 2022 nieuwe rassen zijn.

Door de steeds uitdagender wordende teeltomstandigheden als gevolg van de toename van abiotische stress blijft de parameter stabiliteit over meerdere jaren wel belangrijk. We kunnen de rassen dus pas helemaal op hun kwaliteiten beoordelen in een tweede of derde testjaar.

Limagold (LG 31325) en Icare Deze rassen komen als nieuwkomers meteen in de top3 binnen van het klassement van 2022 voor de korrelopbrengst. Het gemiddelde vochtgehalte van beide rassen bij de oogst is wel vrij hoog, zodat zowel Limagold als Icare zakken in het klassement voor financiële opbrengst. Hun hoog opbrengstpotentieel is zeker een uitstekende troef, maar door het uitgesproken laatrijp karakter spelen ze deze eigenschap pas ten volle uit bij een toepassing als vochtig graan (CCM).

LG 32257 en LID2210C Deze rassen vervolledigen de top 5 van het normale netwerk wat betreft korrelopbrengst. Qua vroegrijpheid scoren deze 2 nieuwkomers beduidend beter dan Limagold en Icare, waardoor ze uitermate geschikt worden als te drogen korrelmaïs: LG 32257 en LID2210C prijken bovenaan het klassement van financiële opbrengst. Beide rassen bevestigen hun goede prestaties van het voorlopige netwerk van 2021, waar ze respectievelijk de 1ste en 2de plaats bekleden in het klassement van de korrelopbrengst.

Farmactos en Plutor Deze rassen beschikken allebei over een uitstekende graanopbrengst bij een laag vochtgehalte bij de oogst, wat resulteert in een uitstekende financiële opbrengst. Farmactos profiteert van een nog wat lager vochtgehalte dan Plutor.

Almondo Dit ras heeft een zeer goede graanopbrengst. Het zit qua korrelopbrengst gemiddeld iets lager dan de vorige 2, maar compenseert dit door een iets lager vochtgehalte bij de oogst. Daardoor haalt het ras gelijkwaardige uitstekende resultaten als te drogen korrelmaïsras.

Wesley en DKC3400 Deze rassen beschikken allebei over een goed opbrengstpotentieel. Wesley krijgt de lichte voorkeur bij een oogst als te drogen graan wegens een lager vochtgehalte bij de oogst.

Beppo en KWS Emporio Deze rassen hebben een opbrengstpotentieel op het niveau van de standaard-rassen, maar beschikken over een uitstekend financieel rendement. Ondanks de gemiddelde korrelopbrengst slagen beide rassen er omwille van lage droogkosten in om een financieel resultaat neer te zetten dat hen in de top van dat klassement positioneert.

Een aantal van de beschreven korrelmaïsrassen behalen bij een oogst als voedermaïs eveneens een goed opbrengstresultaat: LG 32257, Wesley, Micheleen en Beppo (4 zeer vroege rassen ), alsook Kws Editio (halfvroeg als voedermaïs) zijn interessante keuzes als zogenaamd dubbeldoelras.

Omwille van het beperkt aantal locaties in het netwerk korrelmaïs van 2022 is er maar een beperkt beeld van de ziektegevoeligheden bij de geteste rassen.
Omwille van het beperkt aantal locaties in het netwerk korrelmaïs van 2022 is er maar een beperkt beeld van de ziektegevoeligheden bij de geteste rassen. - Foto: LBL

Ziektegevoeligheid

Omwille van het beperkt aantal locaties in het netwerk korrelmaïs van 2022 beschikken we maar over een beperkt beeld van de ziektegevoeligheden bij de geteste rassen. In 2022 werden in de praktijk toch wel wat problemen vastgesteld wat betreft legering (door stengelrot) en stengelbreuk.

In het proefnetwerk was de informatie beperkt tot 2 locaties per criterium, wat zeer weinig is om er conclusies uit te kunnen nemen. Wat betreft stengelrot zien we redelijk veel rassen met een verhoogde gevoeligheid. Hierbij moet wel de kanttekening gemaakt worden dat het vaak gaat om de meest vroegrijpe korrelmaïsrassen die sterk verdroogd op het veld stonden bij de oogst.

Jurgen Depoorter, Michaël Mary en Guy Foucart (CIPF); Geert Haesaert, Joos Latré, Sofie Landschoot en Gert Van de Ven (LCV)

Lees ook in Maïs

Correct rekenen met dierlijke mest

Maïs Op heel wat percelen in Vlaanderen wordt een groot deel van de bemesting ingevuld met dierlijke mest. Gebruik van dierlijke mest vraagt een beredeneerde aanpak. Hoe kies ik de juiste mestsoort? Hoeveel dien ik wanneer toe? Op welke manier? De variabele samenstelling van dierlijke mest en inschatten hoeveel of wanneer de aanwezige nutriënten vrijkomen, zijn belangrijke aandachtspunten.
Meer artikelen bekijken