Niet dat het nu slecht gaat met de paardensector in Vlaanderen. De bijeenkomst werd georganiseerd bij het toonaangevende transportbedrijf European Horse Services (EHS) in Meetkerke, niet ver van Brugge. De onderneming werd in 1992 opgericht door Filip Vande Cappelle, die, na vele jaren te hebben gewerkt in transport van verse producten, zich wilde toeleggen op zijn jeugdliefde voor paarden. Twee jaar geleden nog zette de onderneming een gloednieuw complex neer waarmee het aantal stallen verdubbelde tot 100. De export van paarden is zeer gespecialiseerd werk. Het logistieke proces zelf is complex, maar dat geldt ook voor de behandeling van paarden.
EHS werkt met alle soorten paarden; van sportpaarden tot boerenpaarden. De stallen zijn hermetisch van elkaar afgesloten, omdat de sanitaire eisen van elk land verschillen. Zo komen de paarden voor bestemming Cairo niet in contact met paarden die zullen landen in Beijing. De sterke groei die EHS doormaakte, is exemplarisch voor de groei die de sector als geheel heeft doorgemaakt, verklaarde Henk Mahieu als directeur internationale zaken van het kabinet van vicepremier Kris Peeters bij de aftrap van de dialoogdag.
Mahieu, die optrad namens Peeters, merkte op dat nergens zoveel paarden per capita te vinden zijn als in Vlaanderen (0.046%, volgens cijfers van de paardensector zelf). De exportwaarde is, volgens cijfers die Mahieu citeerde toegenomen van 36 miljoen euro in 2010 tot 63 miljoen euro in 2016. De sector had in 2014 – recentere cijfers zijn er niet- een omzet van 800 miljoen en biedt 2.700 mensen voltijds werk.
Internationale top
Het publiek bevestigde het internationale karakter van de sector, met fokkers en trainers die zaken doen van de VS tot Zuid-Korea, en van Argentinië tot Japan. De grote groeimarkt – zo bleek het algemene gevoel - is China. Het reusachtige en economisch sterk opkomende land kent nauwelijks een paardencultuur, waardoor sommige exporteurs er hun paarden met enige aarzeling brengen. De dieren zijn bij de nouveau riche een statussymbool. Het land was lang voor Belgische paarden gesloten.
In 2013 werd de markt opengesteld, mede door ingrijpen van Peeters, die op dat moment formeel niet over het dossier ging. De Belgische regering bokste een handelsprotocol voor elkaar en sindsdien staan de quarantaineplaatsen bij bedrijven als EHS vol met paarden met bestemming China. Vande Cappelle schat dat momenteel zeker 250 tot 300 paarden uit België in China staan. “Ik ben ervan overtuigd dat ons nog een exportexplosie te wachten staat.”
Maar of de Vlaamse paardenhouderij hier optimaal van kan profiteren, is volgens Vande Cappelle de vraag. Het zint de hippische sector niet dat in België voor paarden het reguliere btw-tarief van 21% wordt toegepast. Alle buurlanden kennen een verlaagd tarief voor de paardenhouderij.
“Vroeger kwamen de paarden vanuit het buitenland naar hier. België was het land waar niks mag maar alles kan. Nu is het net andersom. De Belgische paardenhouderij kent problemen waar ze in Nederland, Frankrijk en Duitsland geen weet van hebben.” Vande Cappelle noemt de hoge invoerrechten op paarden. “In bijvoorbeeld Nederland geeft men onmiddellijk vrijstelling van invoerrechten mits voorlegging van een stamboekverklaring die slechts 95 euro kost. In België moet men 11,5 % invoerrechten betalen, die men weliswaar terugkrijgt van de douane, doch dit pas na een periode die kan oplopen tot één jaar en mits betaling van een veel hogere administratieve kost van 300 tot 500 euro.
De Belgen werken zo met een zeer groot concurrentienadeel ten opzichte van Nederland en ook andere Europese landen waar dergelijke taks volgens Vande Cappelle onbestaande is of veel lager ligt. De aanwezige handelaren, fokkers en beleidsmedewerkers zagen ook mogelijkheden om de striktheid van sanitaire controles te handhaven maar toch wat efficiënter te laten verlopen. Verschillende paardenhouders ondervinden problemen op het vlak van ruimtelijke ordening. Vaak vallen dergelijke problemen toe te schrijven aan het feit dat paardenhouderij – in tegenstelling tot in de meeste andere EU-lidstaten – niet als een landbouwactiviteit wordt aangemerkt.
