Grote baas
Franz Grimme heeft als eigenaar van de firma de 500 km tussen zijn woning vlakbij het hoofdkantoor in Damme afgelegd. Hij kent een groot aantal mensen en beweegt in voetbaltermen niet als de trainer maar als een teamcaptain door de aanwezige Grimme-gelederen. De 72-jarige topman noemt België een strategisch belangrijke markt voor Grimme. “Niet alleen omdat de aardappelteelt meer dan 90.000 hectare beslaat, maar ook omdat juist hier op zeer hoog niveau landbouw wordt bedreven. Het zijn dit soort boeren die onze producten begrijpen en kopen. Ze zijn veeleisend en dat maakt dat we zelf steeds beter moeten werken.”
Roeselare is volgens de heer Grimme niet alleen handig omdat het dichtbij zoveel klanten ligt. De plek is volgens hem ook inspirerend. “Er is zoveel in beweging en er zijn zoveel landbouw technische bedrijven. Formeel wordt niet samengewerkt, maar als veel mensen op één plaats bezig zijn met bepaalde materie, wordt altijd van elkaar geleerd. We zijn echt graag onderdeel van het succesverhaal dat deze regio is. We blijven investeren in de traditionele aardappelregio’s. Onlangs openden we een nieuwe productievestiging in de Chinese stad Tianjin, want bij de groei moeten we zijn, maar de aardappelwereld blijft nog wel even rond Europa draaien.”
Grimme werkt al 47 jaar binnen het familiebedrijf. In deze periode groeide het bedrijf van 250 werknemers naar 2.500 werknemers. Hij noemt de “techniekverliefdheid” van Duitsers een sterkte van de hele agrarische machinebouw in Duitsland. “Het kan niet ontkend worden dat wij Duitsers een beetje serieus zijn, maar tegelijk is het precies daarom dat zoveel technische topbedrijven hun oorsprong in Duitsland hebben. Niet alleen Grimme, maar ook Lemken, Horsch, Amazone en Fendt bijvoorbeeld. Belgische boeren zijn een beetje chauvinistisch maar ook pragmatisch; ze kiezen toenemend voor ons.”
Familiaal karakter
Grimme profiteert van het familiale karakter van de onderneming, legt Franz uit. “Een familiebedrijf kan de blik op de lange termijn richten; we hoeven niet elke maand of kwartaal of zelfs jaar onszelf groeidoelstellingen op te leggen. We zijn altijd in functie van de noden van de sector gegroeid – en met een blik op wat de klant nodig heeft. “Het is die klantgerichtheid… niet verkopen aan maar met de boer werken, die ons sterk maakt. Ik heb me laten vertellen dat die saamhorigheid en die gezamenlijke liefde voor wat de aarde kan opbrengen ook deze Vlaamse regio in belangrijke mate tekent.”
Ook haalde Grimme naar eigen zeggen nooit te veel geld naar de familie. “De winsten zijn altijd voor het overgrote deel in het bedrijf gebleven, zodat we niet steeds naar de bank hoefden. Het is misschien conservatief, maar ons is nooit een rentecrisis overkomen.” Zijn belangrijkste strategische keuze was het full-linerschap. “Daar hebben we zeer lang over nagedacht, maar uiteindelijk hebben we de stap gewaagd. Het heeft ons technisch en commercieel een sterkere positie verschaft. Daarnaast: internationalisering, en daar lokaal wortelen. Onze investering in Roeselare is een product van die visie.”
Zijn zonen zijn nu 30 en 28 en zullen het stokje binnen afzienbare termijn overpakken. “Ik was niet zo jong toen ik een gezin stichtte, en nu moet ik daarom even wat langer doorgaan”, lacht Grimme. “Maar niet zo heel lang meer.”