Startpagina Varkens

“We weten niet welke afslag we moeten nemen”

“We draaien rondjes op een rotonde en we weten op dit moment niet welke afslag we moeten nemen.” Het is de conclusie van varkenshouders Mieke Verniest en Luc De Reu van de Zwalmbeekhoeve, die dankzij hard werk en dankzij de korte keten de crisisjaren in de sector overleefd hebben. Heel graag geven ze hun bedrijf door aan de volgende generatie, maar net zo goed vertrekt in 2026 hun laatste varken naar het slachthuis.

Leestijd : 8 min

Mieke en Luc zijn in 2006 gestart met hun varkenshouderij. Ze komen beiden uit landbouwmilieus, maar hadden geen ouderlijke of familiale hoeve om over te nemen. “In Zwalm vonden we een bescheiden varkenshouderij voor 150 zeugen en later kochten we in Herzele nog een vestiging voor 750 vleesvarkens bij”, vertelt Mieke.

De zaken draaiden lang goed en zelfs de voorbije crisisjaren zijn ze met weinig kleerscheuren doorgekomen. Luc is verantwoordelijk voor de vleesvarkens en voor de eigen akkerbouw op zowat 60 ha cultuurpachtgronden. Die zorgen voor gerst, tarwe, maïs en veldbonen. Hij installeerde een eigen voermenginstallatie. Mieke ontfermt zich over de zeugen en de biggen. “Het werk is mooi verdeeld. Ieder doet waar hij het beste in is. De kinderen helpen al eens mee als het nodig is”, zegt Mieke.

Algen en zeewier

“In 2017 zijn we ingestapt in een Beneo-project van de Tiense Suikerraffinaderij om te kijken of algen en zeewier konden ingezet worden als varkensvoer, om de smaak van het vlees nog te verbeteren”, vertelt Luc. De biggen krijgen kleikorrels met algen en zeewier in verwerkt en de oudere dieren krijgen gedroogde algen en zeewier, dat via de lokale voederleverancier uit Scandinavië wordt geïmporteerd. “Daar worden die ook aan melkvee gegeven. De algen en het zeewier zijn goed voor de darmflora van de biggen. De resultaten zijn heel goed, maar algen en zeewier zijn relatief duur en niet in zo’n grote hoeveelheden beschikbaar dat we die aan al onze varkens kunnen geven.”

“We speelden al eerder met het idee om te beginnen met een eigen varkensras. Dat kruisen van rassen interesseerde mij wel. Ons Vlaamse Ardennen-varken is een kruising van een Britse Duroc-beer en een Deense zeug. Dat levert mooi vlees op: meer dooraderd, sappiger en smaakvoller dan het klassieke varkensvlees en toch niet zo vet als zuiver Duroc-vlees. De algen en het zeewier zorgen ervoor dat dit varkensvlees rijk is aan Omega 3, wat je in die percentages doorgaans enkel in vis vindt”, duidt het koppel.

Sterk beenwerk

“Onze Vlaamse Ardennen-varkens hebben uiterlijk een sterker beenwerk en dieper geworteld haar. Ze gaan niet mee met de ‘gewone’ varkens op de vrachtwagen naar het slachthuis, maar we voeren ze zelf naar een kleine slachterij in Eeklo. Ze groeien iets trager en als het goed weer is, mogen ze al eens buiten lopen.

We werken met een vierwekensysteem waarbij telkens 30 zeugen geïnsemineerd worden, waarvan telkens 3 met sperma van Duroc-beer Jerom. In het begin mocht die nog zelf dekken, maar nu hij meer dan 400 kg weegt, is dat uitgesloten.”

Om inteelt te vermijden zou er een nieuwe Britse beer moeten komen, maar door de Brexit is dat een bijzonder moeilijk verhaal geworden. Luc en Mieke bekijken of ze van een collega-varkenshouder met een zuivere Duroc-zeug een beertje kunnen kopen.

Korte keten staat los van varkensboerderij

“We zitten nu al 6 jaar in de korte keten en momenteel ligt ons volume aan verwerkte Vlaamse Ardennen-varkens op 8 per week. Het versnijden en verwerken gebeurt op de boerderij. Daarvoor startte ik een vennootschap met Els Desmet. Die activiteit staat los van de varkensboerderij”, vertelt Mieke.

“We begonnen met enkel pakketten, dan kwam de winkel en daarna de charcuterie. We leveren van het Vlaamse Ardennen-varken vers vlees, zoals koteletjes, ribben en brochettes aan een aantal restaurants en we hebben een grote groep van trouwe klanten voor gekookte en gezouten ham, droge worstjes, panchetta....

Ik won de verkiezing van de Schoonste Boerin en wat later startten we met de Zwalmbeekhoeve in de korte keten. Die verkiezing heeft onze korteketenverkoop van bij de start een boost gegeven. We deden ook al mee aan tv-programma’s als Komen Eten en Boerenjaar. En ik stel vast dat al die klanten blijven terugkomen. Het moet dus wel zijn dat ze tevreden zijn”, stelt Mieke.

“Ik ben een varkensboerin in hart en nieren. Ik haal heel veel voldoening uit de reacties van klanten. We hebben grofweg 2 groepen van klanten. Enerzijds de wat oudere klanten die uit nostalgie komen voor ambachtelijke producten als kop, boudins of bloedworsten. De andere groep zijn de jongere klanten, die heel bewust kiezen voor duurzaam en lekker vers vlees en bereidingen. Zwalm is niet het centrum van de wereld, maar wij ontvangen hier klanten die zelfs speciaal voor onze producten van Ant-werpen of Brussel komen.

Persoonlijk ben ik het meest fier op onze koteletjes. Ik eet ze het liefste zonder saus, met een bruingebakken strookje vet aan.”

Door de crisis geloodst

“De korte keten heeft onze boerderij door de crisis geloodst, maar ik besef ook dat dat niet voor elke varkenshouder weggelegd is. Er komt zoveel bij kijken, administratief, qua vergunningen en afspraken… Er kruipt veel tijd in. Het is alsof je er een tweede fulltimejob bij neemt. Uit de rust van de dagen dat ik geen klanten zie, haal ik dan een andere soort energie, voor mijn gezin”, zegt Mieke.

“Onze vergunning loopt evenwel af in 2026. Zoals het er nu voor staat, moeten we bij een nieuwe vergunningsaanvraag misschien het aantal dieren met 30 tot wel 60% verminderen, omdat we bij een bos in VEN-gebied gevestigd zijn. Dat is ook een van de redenen dat we ons plan voor een nieuw te bouwen vrijloopkraamstal met luchtwassers uitgesteld hebben. Die investering is financieel niet mogelijk als we daarna minder varkens mogen houden”, zegt Luc.

“Als je onze situatie overzet naar bijvoorbeeld een bakker, dan wordt het duidelijk voor iemand van buiten de landbouw. Het is alsof je tegen een bakker zegt dat hij zijn oven moet afbreken en vervangen door een nieuwe, en dat hij daarna maar de helft zoveel brood mag verkopen. Dan zeggen ze meteen dat dat financieel niet kan kloppen”, aldus Luc en Mieke.

“Als ondernemer en als gezin doen wij meer inspanningen inzake duurzaamheid dan gemiddeld, en ook nog eens inzake dierenwelzijn. We plaatsten bijvoorbeeld zonnepanelen en gebruiken regenwater voor het reinigen van de stallen en voor het koelen van de staldaken in de zomer. Al die kleine inspanningen samen zijn echter blijkbaar van geen enkel belang van zodra het over stikstof gaat. Dan tellen enkel de koude cijfertjes”, zegt Mieke.

Wat kan nog na 2026?

“We zijn er nog niet uit hoe het na 2026 verder moet met de boerderij en de korteketenwinkel. Een van de opties is om enkel met de Vlaamse Ardennen-varkens en de winkel verder te doen, maar ook die varkens hebben een nieuwe emissievrije stal en dus zware investeringen nodig. Misschien kunnen we die aantallen nog een beetje opdrijven, maar in de korte keten is dat moeilijk en duurt dat lang. We gingen al bij de bank voor advies, maar uiteindelijk zijn het wij, als boeren, die moeten beslissen. Het is moeilijk om iets op te geven waar je zo hard voor gewerkt hebt”, geeft Luc mee.

“Onze 3 dochters zijn opgegroeid op en met deze boerderij en zij zouden graag hebben dat die blijft bestaan. De 2 oudste zijn graag met de tractor en op de akkers bezig. Voor de jongste dochter, Leonie, is het haar droom dat zij de varkensboerderij kan overnemen. We gunnen het haar zeker dat die droom kan uitkomen, maar ze beseft ook al dat de keuze niet enkel door ons gemaakt zal worden”, vertelt Mieke.

Leonie en haar droom werden zelfs verfilmd in de kortfilm Leonie, Skeet en de biggen van de Nederlandse Jip Heijenga voor Ketnet. Daarin wordt de stikstofproblematiek verteld vanuit het standpunt van een kind en wordt de boodschap gericht aan andere kinderen. “Dat was de eerste keer dat het stikstofprobleem op die manier verteld werd. En dat is ook nodig”, vindt Mieke. Het gaat in dat opzicht niet enkel over wat volwassenen willen, het gaat ook over het afnemen van kinderdromen.

Fictie of niet?

De kortfilm is een soort van gespeelde documentaire, met een mix van fictie en non-fictie. “In de kortfilm eindigt het verhaal met het sluiten van de varkensboerderij en met Leonie die kiest voor een opleiding als slager als nieuwe droom. Dat sluiten van het bedrijf is voorlopig nog ‘fictie’, maar straks is het misschien toch ‘non-fictie’. Voor de opleiding tot slager zijn de eerste stappen al gezet. Als het toch lukt om de varkensboerderij voort te zetten, zal ze alles wat ze moet weten al wel zelf opgestoken hebben door te kijken en te helpen.” Je kan de kortfilm bekijken via deze link.

Op die film kreeg het landbouwersgezin uit Zwalm heel wat positieve reacties. “Je voelt dat de mentaliteit bij het publiek toch aan het keren is. Het besef groeit dat we niet alle landbouw moeten opofferen aan natuur. Steeds meer mensen vragen zich af wanneer we eindelijk eens ‘genoeg’ zullen gedaan hebben voor de natuur.

De stem van het platteland en van de landbouw klinkt steeds luider. Dat mis ik soms nog bij mijn collega’s uit de varkenssector. Als ze in een hoekje gedrumd worden, zullen ze maar zelden hun mond opendoen. Met zwijgen en voortdoen ga je het publiek niet aan je kant krijgen. In onze winkel gebeurt meer dan de financiële transactie van het verkopen. Ik praat over onze producten, ik vertel hoe we werken en waarom, ik toon wat onze situatie is en leg uit voor welke uitdagingen we staan… Ik raad alle Vlaamse boeren aan om hetzelfde te doen, bijvoorbeeld op sociale media”, stelt Mieke.

Een nieuwe vrijloopkraamstal komt er voorlopig niet op de Zwalmbeekhoeve. Wel zijn ze in een nieuw wetenschappelijk project gestapt. Een oude kraamstal werd gestript en daar worden 4 vrijloopkraamhokken getest met evenveel verschillende varkensrassen en verschillende voederbakken en valbeugels om te volgen of het ras invloed heeft op het omgaan met de vrijloopkraamhokken.

Niet opgeven

Mieke en Luc geven zich nog niet gewonnen. “We hopen dat er op onze rotonde toch nog een afslag aangelegd wordt die ervoor zorgt dat de Zwalmbeekhoeve kan blijven bestaan. Er zit immers nog heel wat evolutie in het stikstofdebat, zeker als je kijkt naar Nederland, waar ze in ongeveer dezelfde situatie zitten en waar de stem van het platteland steeds luider klinkt tegen de ivoren torens van de hoofdstad. Maar wat is een politiek akkoord of een vergunning vandaag nog waard als je dat afzet tegenover de afbetalingstermijn van 20 of 30 jaar voor een nieuwe emissievrije stal? Wachten op – politiek – betere tijden is voor ons niet echt een optie. Als we de lening niet willen doorschuiven naar de volgende generatie, moeten we stilaan de knoop doorhakken.”

Filip Van der Linden

Lees ook in Varkens

Mobiele buitenstal verhoogt dierenwelzijn bij biologische varkens

Varkens Mobiele buitenstallen zien we in Vlaanderen doorgaans vooral voor vlees- of legkippen. Dankzij een nieuw stalsysteem kunnen nu ook zeugen met hun biggen buiten op de weide rondlopen. De biologische varkenshouderij De Vleterbeek uit Poperinge is volgens BioForum de eerste met zo’n mobiele buitenstal.
Meer artikelen bekijken