Het is van belang de juiste voorzorgen te nemen om contaminatie van oppervlaktewater en milieu te vermijden door in de buitenrijen systematisch anti-driftdoppen te hanteren, correcte dosissen te gebruiken en de laatste meter niet te behandelen. Deze minimale afstand tot het oppervlaktewater is de bufferzone die moet worden gerespecteerd bij bespuitingen. Deze bedraagt 1 m voor volleveldspuiten. Voor een groot aantal producten geldt echter een grotere bufferzone. De specifieke bufferzonebreedte staat vermeld op het productetiket en kan teruggevonden worden op www.fytoweb.fgov.be. Bij het gebruik van erkende driftreducerende technieken - een combinatie van type spuittoestel en specifieke spuitdoppen – wordt de bufferzone smaller. Hoeveel precies, hangt af van de bereikte driftreductie (50%, 75%, 90% of 99%). Meer informatie hierover is eveneens te vinden op www.fytoweb.be en op www.spuithulp.be. Het correcte onderhoud van deze laatste meter vormt de uitdaging voor de komende jaren.