Hendrik Vandamme (ABS) over GLB: ‘Veel aandacht besteden aan de generatiewissel’
“Veel aandacht in het Vlaamse GLB moet gaan naar het bevorderen van de generatiewissel. Jonge boeren zijn dé toekomst. Maar bovenaan staat nog altijd een eerlijk inkomen voor de landbouwer”, beklemtoont Hendrik Vandamme, voorzitter Algemeen Boerensyndicaat (ABS).
In zijn betoog focust Hendrik Vandamme vooreerst op de sterke daling van de Europese steun via het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid. “Het strategisch GLB-plan in Vlaanderen moet zich dan ook grondig focussen op wat er echt toe doet. Er is ook synergie nodig met andere beleidsdomeinen, ook budgettair.”
Vele uitdagingen
Er zijn op verschillende vlakken grote uitdagingen, onder meer de doelstellingen voor meer duurzaamheid. “Landbouwers hebben een duidelijk kader nodig om in te werken, want de maatschappij heeft heel veel vragen en verwachtingen.”
ABS stelt 9 kerndoelstellingen voorop als hoekstenen van een meer resultaatgericht beleid. Die zijn: vooreerst zorgen voor een eerlijk inkomen voor de landbouwers, het concurrentievermogen en productiviteit duurzaam vergroten, de positie van de landbouwer in de voedselvoorzieningsketen verbeteren, de klimaatverandering tegengaan, zorgen voor het milieu, water, lucht, bodem als koolstofopslag, landschappen en de biodiversiteit beschermen, de generatiewissel bevorderen, het platteland vitaal houden én de kwaliteit van onze voeding en onze gezondheid beschermen. “En om alles te kunnen doen zijn financiële middelen nodig, maar het EU-budget voor landbouw wordt alsmaar kleiner.”
Er is onder meer die duurzaamheid. “Daarin moeten de economie, de ecologie en het sociaal aspect op elkaar zijn afgestemd. Het een kan niet zonder het ander. GLB-steun is de essentiële inkomensfactor voor de landbouwer én de basis voor inspanningen op het vlak van duurzaamheid.” Verder vraagt Hendrik Vandamme veel aandacht voor de Vlaamse échte landbouwer, extra aandacht voor de instroom door jongeren en ‘nieuwe’ landbouwers, voor vorming en kennisopbouw, voor innovatie (op het vlak van technologie en samenwerkingsverbanden), investeringssteun op maat van en voor iedere echte landbouwer, vergroening en voor ecoregelingen.
Wat die vergroening en ecoregelingen betreft, moet dat op maat van Vlaanderen gebeuren. “Deels verplicht (vergroening), deels vrijwillig (ecoregelingen 20 à 30 %). Er moet naar een synergie worden gezocht tussen de eerste en tweede pijler van het GLB-beleid.”
Economie en ecologie
Verder vraagt ABS voldoende aandacht voor het samenspel tussen economische realiteit en ecologische wensen. “Het is bijvoorbeeld niet verstandig om eenzijdig te beslissen om de zoogkoeienpremie af te bouwen. Er is vandaag weinig alternatief voor de veehouder. Die gekoppelde steun is een vorm van extensiveringspremie die aangehouden wordt, ook in functie van de blijvende graslanden. Die zoogkoeien zijn ook heel belangrijk in duurzame en lokale vleesproductie”, aldus Hendrik Vandamme.
Ten slotte is de klimaat- en ecoslimme landbouwer voor hem de spil in het Vlaams Strategisch GLB-Plan. “De economische speler op het platteland, die een inkomen wil uit zijn activiteit met aandacht voor klimaatadaptatie en -migitatie, koolstofbehoud en -opbouw bodem, broeikasgasreductie, biodiversiteit, waterkwantiteit en -kwaliteit en landschapsbeheer. En dat bovenal tegen marktconforme vergoedingen voor eco-inspanningen.”
