Vleessector kijkt kritisch naar de toekomst

Tijdens het panelgesprek met v.l.n.r. Herman Diricks (FAVV), Joris Relaes (ILVO), Erik Lenaers (Weber Shandwick), Michel Vandenbosch (Gaia) en moderator Johny Vansevenant (VRT), werden enkele heikele thema’s opnieuw ter discussie gesteld.
Tijdens het panelgesprek met v.l.n.r. Herman Diricks (FAVV), Joris Relaes (ILVO), Erik Lenaers (Weber Shandwick), Michel Vandenbosch (Gaia) en moderator Johny Vansevenant (VRT), werden enkele heikele thema’s opnieuw ter discussie gesteld. - Foto: AV

Philippe Van Damme, voorzitter van Febev, stelde dat het thema ‘De vleessector anno 2030’ voor de jaarlijkse algemene vergadering niet zomaar was gekozen. “De maatschappij en dus ook de vleessector is immers in volle evolutie.”

Terugblik benadrukt aandachtspunten

“Thema’s als dierenwelzijn, voedselveiligheid en duurzaamheid vierden hoogtij in 2018”, herinnert Van Damme. “Ook voor de sector waren er enkele uitdagingen. Het incident bij Veviba zorgde ervoor dat de hele sector werd ondergedompeld in een spervuur van verdachtmakingen waarbij ons een gebrek aan transparantie werd verweten.

Extra controles bleken de oplossing om de sector te laten zien dat het de politiek menens is. Maar een probleem op een individueel bedrijf kan toch geen argument zijn om de werking van een hele sector in vraag te stellen? Toch is het zo gebeurd! Bij een van de sterkst gecontroleerde sectoren in de voedingsindustrie kwam er dus nog een extra laagje controle bovenop.”

Philippe Van Damme, voorzitter van Febev
Philippe Van Damme, voorzitter van Febev

Van Damme belichtte ook de impact van de Afrikaanse varkenspest. De uitbraak in september 2018 had/heeft immers een nefaste invloed op de export van Belgisch varkensvlees. Er volgt nog een moeizame weg van marktherstel. Febev hoopt dat de bevoegde overheden en politieke en diplomatieke instanties de sector hierbij een duwtje in de rug kunnen geven.

Dierenwelzijn en het klimaat waren de voorbije maanden ook niet weg te slaan uit de media. Van Damme toonde zich weliswaar not amused dat activisten zomaar binnendrongen in slachthuizen en stallen om ‘de beste’ beelden te bemachtigen. Hij benadrukte dat de sector hard heeft gewerkt aan dierenwelzijn. “Jammer genoeg is sensatie de enige drijfveer van bepaalde organisaties om steun te vinden voor hun daden.” Dat neemt niet weg dat de voorzitter vindt dat inbreuken afgestraft moeten worden.

Ook de aandacht voor de klimaatverandering vindt Van Damme terecht. Iedereen van waardige en evenwichtige voeding voorzien, wordt een uitdaging. Febev schuwt deze discussie niet. “Onderzoek in onze productieketen kan hierbij een hefboom zijn voor uitdagingen op wereldschaal, wat niet wil zeggen dat we binnen het Europees speelveld niet moeten zoeken naar nieuwe opportuniteiten.”

Vleesconsumptie zal nog stijgen

Joris Relaes, directeur-generaal van ILVO, bevestigt dat vlees een hot topic is. En dat zal nog wel even blijven duren. “Volgens de Europese commissie zal de globale vleesconsumptie, en dus ook de productie, tegen 2030 nog met 48 miljoen ton stijgen tot een totale productie van 367 miljoen ton. Dit is een enorm toename op tien jaar tijd, want dit surplus is gelijk aan de huidige Europese vleesproductie. Belangrijkste redenen hiervoor zijn de stijgende wereldpopulatie en stijgende welvaart.”

Initiatieven om plantaardige producten te promoten, zoals bijvoorbeeld ‘Donderdag, Veggiedag’, hebben op Europees niveau nog geen impact op het consumptiepatroon. “In Noordwest-Europa is er een lichte daling in vleesverbruik, maar dat wordt gecompenseerd door de Oost- en Centraal-Europese landen. Bij ons hebben vooral jongeren meer aandacht voor (plantaardige) alternatieven voor vlees. En ook de vleesverwerkende industrie is hier meer en meer bezig. Tegelijkertijd neemt het aantal vestigingen van Burger King en Kentucky Fried Chicken gestaag toe. Het zijn tegenstrijdige tendensen, die al dan niet door de media extra in de kijker worden gezet.”

Relaes overliep in vogelvlucht de ruime waaier aan ILVO-onderzoeksprojecten in kader van veehouderij en vleesproductie - gaande van antibioticareductie tot listeria, nieuwe productontwikkeling en natuurlijk ook dierenwelzijn – en het klimaat, met onder meer het onderzoek naar methaanreductie. “We krijgen veel vragen, ook vanuit de vleeswarensector, naar vegetarische producten en hybrideproducten waarbij plantaardige ingrediënten gecombineerd worden met dierlijke.

Uit testen blijkt evenwel dat smaak superbelangrijk blijft. Smaak valt niet te beconcurreren. Met plantaardige producten evenaren we vandaag nog lang niet de smaak van vlees.”

Relaes voert ook een missie om correct te communiceren: “Wij willen niet opiniëren maar wel de maatschappij een spiegel voorhouden. We moeten correct over onze sector praten, zodat een eerlijk en fair debat kan gevoerd worden.” Hij benadrukte ten slotte dat de vleessector meer moet inzetten op zijn troeven zoals we dit internationaal doen voor bier en chocolade.

Internationalisering speelt een rol

Herman Diricks, CEO van het FAVV, vindt het niet gemakkelijk om de toekomst van vlees in te schatten. “We hebben geen kristallen bol. Het is niet te voorspellen wat gaat gebeuren. De toekomst van vlees gaat de hele sector aan en moet sowieso bekeken worden op mondiaal vlak. Kijk maar hoe de handel in levensmiddelen gebruikt wordt om andere belangen te dienen in de relatie van Europa met Rusland.”

Diricks ging dan ook dieper in op de internationalisering van voedselstromen. Hij belichtte enkele extreme scenario’s voor de langere termijn (2050) op basis van een rapport van het Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek (JRC), de interne wetenschappelijke dienst van de Europese Commissie. “De realiteit wordt ongetwijfeld een mix van deze scenario’s. Dit betekent dat de overheid verschillende bordjes in de lucht zal moeten houden inzake internationale handel en lokale productie, rekening houdend met zeer complexe nieuwe producten die bijkomend in de markt gezet worden.

Op de kortere termijn (2030) verwacht Diricks onder meer een toename van export- en importcontroles (cfr. Brexit). Verder ziet hij nieuw opkomende risico’s door het veranderende klimaat. Nieuwe varianten van ziekten vormen ook een bedreiging voor de Belgische productie. Inzake novel foods in de vleessector denkt hij onmiddellijk aan vitro vlees, het zogenaamde kweekvlees. “Voor het FAVV en de overheid in het algemeen betekent dit de ontwikkeling van nieuwe methodes voor risicobepaling en controle, een vergaande digitalisering en aangepaste wetgeving en opleiding.”

Slachtvrij is de toekomst

De meest opvallende spreker was ongetwijfeld Michel Vandenbosch, voorzitter van dierenrechtenorganisatie Gaia: “Onze organisatie, maar ook de voedingssector, maakte sinds onze opstart in 1992 een hele evolutie door. Toen had ik nooit durven hopen om hier op deze algemene vergadering te mogen spreken.”

Vandenbosch volgde Relaes in zijn stelling dat de vleesproductie nog hele tijd verder zal stijgen, maar hij wees ineens ook op de nieuwe trends (zoals kweekvlees) en de uitdagingen voor de sector. Het was voor de toehoorders toch wel verrassend dat deze vegetariër pur sang de vleesproductie niet zomaar afbrak tijdens zijn betoog. De sector moet volgens hem weliswaar streven naar minder conventioneel geproduceerd vlees, naar beter vlees van dieren die diervriendelijker worden gehouden.

“Er moeten bijsturingen gebeuren om verdere industrialisering van de veehouderij te stoppen vermits de maatschappij dit meer en meer vraagt en zelfs eist.” Vandenbosch bevestigt dat er inspanningen gebeuren, maar vindt het – dan toch niet verrassend – onvoldoende, onder meer met een sneer naar de braadkippenhouderij. “De gevoeligheden over mistoestanden zullen nog toenemen, “ voorspelt hij. “We zien dat mensen zich ethisch identificeren met lijden.”

Michel Vandenbosch, voorzitter van Gaia, voelde zich in zijn nopjes omdat hij in het hol van de leeuw zijn verhaal mocht doen.
Michel Vandenbosch, voorzitter van Gaia, voelde zich in zijn nopjes omdat hij in het hol van de leeuw zijn verhaal mocht doen. - Foto: AV

Gaia staat wel volledig achter de evolutie naar kweekvlees, op basis van stamcellen. “Zo zou de sector zich kunnen ontdoen van ‘veel ambras’. De vleesindustrie mag deze trein niet missen als ze binnenkort nog wil meespelen.” Verder promoot hij een evolutie naar meer plantaardige vervangers. Maar Vandenbosch wees daarbij toch ook op het belang van smaak. “Mensen vinden de smaak en de textuur van vlees lekker. Daar moeten we ons geen illusies over maken. De eerste generatie vleesvervangers was dikwijls niet te vreten. Wil je dus een markt creëren voor vegetarische voeding, zal deze lekker moeten zijn en met de juiste textuur, lijkend op klassiek vlees. Bepaalde producenten zijn vandaag echt wel goed op weg om dat te realiseren.” Volgens de Gaia-voorzitter zullen vleesproducenten dan ook meer en meer voedingsproducenten worden en zich anders profileren.

Vertrouwensbreuk herstellen

Dat (goede) communicatie - zeker over vlees - belangrijk is, weet Erik Lenaers van communicatiebureau Weber Shandwick dat onder meer werkt in opdracht van VLAM, maar al te goed. Lenaers meent dat voeding vandaag een gevoeliger onderwerp is dan religie. “Bovendien verscheen nooit eerder zoveel informatie over voeding. Zelfverklaarde experten kunnen hun boodschap uitdragen, krijgen een draagvlak en zo wordt hun boodschap populair. Jongeren nemen bovendien gemakkelijk informatie over van wie ‘credibel’ is. Er wordt daardoor actief campagne gevoerd tegen vlees.”

Vlees is volgens Lenaers nochtans een sterk product, maar de kloof tussen product en consument is te groot geworden. “De burger is vergeten waar vlees vandaan komt en is zeker vervreemd van het slachtproces. Anderzijds is vlees een heel zuiver product, terwijl een recente test in Test-Aankoop aantoont dat veggieburgers niet beter, niet gezonder én ultrabewerkt zijn. Ook daar beginnen consumenten gelukkig naar te kijken.” Volgens de spreker bestaat trouwens voor elke trend een tegen-trend, en voor elk verhaal vóór iets vind je er ook eentje tégen.

Ook Lenaers meent dat mensen zeker vlees zullen blijven eten, maar de vertrouwensbreuk moet hersteld worden. “Dit kan alleen via transparante communicatie.” Hij had hiervoor enkele tips: “Bereid je voor op reactieve communicatie. Er komt immers een moment waarbij je in het oog van de storm kan staan.”

Werk samen, was een tweede eenvoudige tip. “De anti-campagnes gaan ook over ‘vlees’ in zijn algemeenheid. Werk als sector samen aan een goed imago. Communiceer bovendien proactief om meer begrip over de sector te initiëren. Een consument die begrijpt waar zijn product vandaan komt, heeft meer begrip voor bepaalde handelingen die moeten gebeuren, en kan die dan ook beter plaatsen.

Anne Vandenbosch

Vlees ter discussie

Tijdens het aansluitende panelgesprek werd voortgeborduurd op enkele van de aangehaalde thema’s. Het publiek kon daarbij zijn mening uiten door vragen te beantwoorden via een elektronische poll.

Voldoende controles

Zo waren de toehoorders niet gediend van nog bijkomende controles op hun bedrijf. Herman Diricks meent trouwens dat dit vandaag ook niet nodig is. Hij vindt het belangrijker om te focussen op meer controles bij diegenen die het vandaag minder goed doen. Michel Vandenbosch maakte de link met voorbije crisissen die het gevolg waren van situaties waar het ondanks controles in bepaalde slachthuizen toch mis ging.

Volgens Joris Relaes is de vleessector zo gemakkelijk de gebeten hond omdat voeding zo tastbaar is: “Iedereen komt er meermaals per dag mee in contact. Voeding heeft iets sacraals. Landbouw is de enige sector die werkt met levend materiaal, en dat levert ethische vraagstukken op in een geciviliseerde maatschappij.”

Ook rond (crisis-)communicatie werd gedebatteerd, al was het eerder brainstormen. Alle panelleden vinden immers dat dit beter kan en moet. Relaes : “We geven te weinig les. Er ontstaan te snel discussies zonder te kunnen duiden waarover het gaat. Omdat dit tijd vergt, lukt dat niet in een wereld die wordt beheerst door sociale media.” Vandenbosch mocht, in het hol van de leeuw, suggereren hoe de vleessector dit beter zou moeten aanpakken. “Minimaliseer een schandaal niet”, adviseert hij. “Beelden spreken voor zich en de kijkers zijn geen idioten. Geef je blunders toe. Dat moesten we trouwens onlangs ook zelf doen (cfr. incident met Poule et Poulette )! Probeer vervolgens een positief gevolg te geven.”

Herman Diricks kon dat alleen maar beamen. “We moeten in ‘vredestijd’ de tijd nemen om te communiceren en om ons voor te bereiden.”

Natuurproduct is moeilijk te overtreffen

Kweekvlees zal volgens Vandenbosch binnen 30 jaar op ons bord liggen. Lenaers betwijfelt dit: “Er zal wel ‘een’ publiek voor zijn maar het blijft een kunstmatig verhaal.” Ook Joris Relaes is ervan overtuigd dat je een natuurproduct als vlees moeilijk kan overtreffen. Hij ziet wel mogelijkheden binnen de vleesverwerking. 60% van de aanwezigen twijfelt trouwens dat vleesalternatieven in 2050 mainstream zullen zijn. De tijd zal dit uitwijzen.

Het is evenwel duidelijk dat er in de vleessector heel wat beweegt. Voorzitter Van Damme besloot dan ook met de stelling dat het de plicht is van allen in de sector om te zoeken naar opportuniteiten voor de uitdagingen van morgen!

AV

Meest recent

Meest recent