D
e Gemeenschappelijke Marktordening (GMO) Groenten en Fruit is voor de tuinbouwsector heel belangrijk geweest. “Het betekende een boost voor de professionalisering van de individuele teler, de afzetstructuren en de duurzaamheid van de productie”, aldus Koen Carels, secretaris van SALV. Er wordt aangemoedigd het aanbod te concentreren en de krachten te bundelen, om zo een sterke tuinbouwsector te ontwikkelen.
Voor het motto ‘Samen Sterk’ heeft SALV ook zijn inspiratie gehaald bij Michael Porter, en zijn eigen model, over regionale economische interacties en samenwerkingsverbanden van bedrijven en de verschillende schakels van de keten. Als blijkt dat in een regio niet alleen tuinbouwbedrijven zijn, maar ook gerelateerde bedrijven en diensten, kan men spreken over een tuinbouwcluster. Dit zorgt volgens ‘Porter voor competitieve voordelen. Dit is in Hoogstraten zeker van toepassing.
Macrozone Hoogstraten
Tinne Rombouts, burgemeester van Hoogstraten en Vlaams volksvertegenwoordiger is realistisch: “De verwachting is dat de wereldbevolking stijgt van 7 miljard naar 9 miljard mensen in 2050. De uitdaging is dan ook immens om voor al die monden voldoende kwaliteitsvol en duurzaam voedsel te kunnen produceren.
Vlaanderen telt zo’n 24.000 land- en tuinbouwbedrijven en 15 % daarvan ligt in de provincie Antwerpen. 31,5 % van het gebied gaat op aan cultuurgrond. Ook het landschap van Hoogstraten wordt voor een groot deel gekenmerkt door land- en tuinbouw. Het evenement rond ‘Samen sterk’ wordt dan ook terecht in Hoogstraten georganiseerd: de hele keten is aanwezig om sterk te kunnen staan en dat zijn onze troeven. Naast de coöperatie Hoogstraten en telers is er namelijk ook een tuinbouwschool, een proefcentrum, verschillende bedrijven en niet te vergeten de consument.” De regio wordt dus niet voor niets macrozone Hoogstraten genoemd.
Ze gaf ook aan volledig te geloven in het SALV: “Ik merk dat als het SALV advies geeft dat dat zeker zijn impact heeft in het parlement, en ook naar regelgeving en besluitvorming toe.”
Coöperatie Hoogstraten
Ondertussen bestaat Coöperatie Hoogstraten cv meer dan 80 jaar, en ondanks de leeftijd werkt alles nog zeer goed. Het is zelfs een grote speler op de Europese groente- en fruitmarkt: in 2016 bedroef de productomzet 222 miljoen euro. 220 producenten werken er samen om duurzame producten op de markt te brengen. Flexibiliteit, efficiëntie en kwaliteit zijn dan ook belangrijke focuspunten.
“Het geheel is gebaseerd op de ICA-principes. Allereerst is lidmaatschap open en vrijwillig. Toetreden betekent dus dat men rechten heeft, maar ook plichten. Verder is er een democratisch bestuur en is er een duidelijke economische betrokkenheid tussen de leden. Een ander punt is dat de coöperatie onafhankelijk is. Ook geven ze vorming, opleiding en informatie aan de leden. Onderlinge samenwerking tussen en over de leden is een principe waarmee rekening wordt gehouden. Ten slotte wordt verantwoordelijkheid tegenover de gemeenschap aangehaald”, aldus Koen Carels.
... met aardbei, tomaat, paprika
Aardbeien zijn het belangrijkste product, want die staat in voor 50 % van de omzet. Tomaten staan op een mooie tweede plaats, door de uitbreiding van het assortiment met de ‘specials’ in 2015. Het zijn tomaatjes en paprika’s met een ‘speciale’ leuke vorm die op een unieke manier wordt aangeboden. Paprika, het derde belangrijke element kan ook niet vergeten worden. Samen met aardbeien en tomaat zorgen ze namelijk voor 97 % van de omzet. Duurzaam telen is duidelijk een must. Daarvoor word je dan ook beloond met keurmerken zoals Hoogstraten of Flandria.
... vooral voor buitenland
Productvermarkting is voor de producent nog steeds de belangrijkste dienstverlening. De producten van de coöperatie hebben een goede reputatie, met als gevolg dat ze gegeerd zijn in Europa en zelfs daarbuiten. 70 % is bedoeld voor export. Aardbeien gaan voornamelijk naar Frankrijk en Scandinavië, terwijl groenten naar Duitsland en Oost-Europa gaan. Eén derde van de totale afzet is echter voor België. Ongeveer 150.000 ton wordt per jaar verhandeld, en dat liefst tegen de beste prijs. De klok blijft daarom het belangrijkste verkoopinstrument, met een transparante en marktconforme prijszetting. Alle aardbeien worden via de klok verkocht. Voor groenten is dat maar voor een deel, een ander deel wil de klant indekken tegen een vaste prijs. Dat gebeurt via bemiddeling door LAVA. Bemiddeling kan ook voor de ‘specials’, en daar wordt het eigen team voor ingezet, met weekprijzen en langetermijncontracten.
Toekomstplannen
Schaalvergroting en professionalisering is aan de orde van de dag bij de telers. In het algemeen zien we dat het aantal leden afneemt en het volume stijgt. De bedrijven worden dus groter en zoeken ook naar nieuwe technieken. Verder moet ook naar nieuwe organisatievormen worden gezocht, zoals clusters van producenten waar expertise gedeeld kan worden. Een derde punt is de zoektocht naar nieuwe productietechnieken, bijvoorbeeld belichte teelt in tomaat en aardbei. Ook diversificatie naar nieuwe producten is een optie en een stijgende tendens bij leden. Het is dus duidelijk dat telers op zoek zijn naar opportuniteiten en stabiliteit, en dus willen blijven groeien. Gebrek aan ruimte en een moeilijke toegang tot de geldmarkt zijn echter pijnpunten die de groei bemoeilijken.
Op dit moment is de relatie tussen de sector en overheid nog goed. Beiden hebben het gevoel dat ze verantwoordelijk zijn voor het goed verloop in de tuinbouwsector. Daarbij hoort natuurlijk overleg inzake GMO, VLIF-innovatiesteun. Verder is de sterkte van de sector gebaat bij de bundeling van het aanbod om een sterke sector uit te bouwen.
Proefcentrum Hoogstraten
Ook proefcentrum Hoogstraten speelt een belangrijke rol in de ontwikkeling en uitbouw van de tuinbouw in de regio, samen met Coöperatie Hoogstraten en VITO Hoogstraten. Het proefcentrum oefent een ondersteunende rol uit via onderzoek, voorlichting en dienstverlening.
Komt er een vraag uit de praktijk, dan worden samen met andere onderzoeksinstellingen de problemen projectmatig aangepakt. Ook telers hebben hier een actieve inbreng via werkgroepen. Zo worden ze ook op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen.
Voorlichting is ook een stokpaardje. Ongeveer 200 aardbeibedrijven worden zo op een professionele manier begeleid in binnen- en buitenland. Door wetenschappelijk onderzoek blijven de adviezen gefundeerd en actueel.
Huidig onderzoek
Aardbei, tomaat en paprika zijn de teelten waarin het proefcentrum is gespecialiseerd. Elk jaar worden er zo’n 160 proeven uitgevoerd onder glas en in open lucht. Zo wordt onderzoek gedaan naar rassenverschillen, innovatieve teelttechnieken, duurzame productiemiddelen,... Nu zijn belangrijke onderzoekstopics: biologische gewasbescherming, duurzaam watergebruik in productieteelten en opkweekvelden (trayvelden aardbei), optimalisatie bij opkweek in aardbeiteelt en optimalisatie van belichting bij de jaarrondproductie van tomaten en aardbeien.
M.V.
Glastuinbouw in Antwerpen
Glastuinbouw is voor de provincie Antwerpen een economisch zeer belangrijke sector. 50 % van de glastuinbouwoppervlakte bevindt zich namelijk in de provincie. Het bevat zelfs bijna 60 % voor het Vlaamse areaal groenten onder glas. De voorbije 10 jaar is het areaal glastuinbouw in de provincie Antwerpen constant gebleven. Telers doen aan schaalvergroting of/en kiezen voor diversificatie en nichemarkten. Uitdagingen zijn vooral het gebrek aan ruimte en energie, en de hoge kosten die eraan verbonden zijn. Daar wordt echter al goed over nagedacht. Zo schakelden al velen om van petroleum naar aardgas.
Provincie Antwerpen wil nu vooral het glastuinbouwareaal behouden en verduurzamen. De dienst landbouw- en plattelandsbeleid werkt daarom aan een glastuinbouwbeleid met vier pijlers. Allereerst wordt er ingezet op een actief ruimtelijk beleid. Zo werd in het provinciaal ruimtelijk structuurplan macrozones toegewezen als concentratiegebieden voor serrebouw, waarin vestiging van nieuwe starters wordt gestimuleerd. Het gaat over de drie macrozones Hoogstraten, Boechout-Ranst en Sint-Katelijne-Waver. Een tweede pijler is het stimulerings- en ontwikkelingsbeleid, die realisaties moet ondersteunen en ontwikkelingen mogelijk maken. De derde pijler streeft naar duurzaamheid. Zo zal provincie Antwerpen bijvoorbeeld zoeken naar duurzame energiebronnen. Ten slotte wordt gezocht naar nieuwe teelten onder glas en wil men glastuinbouwbedrijven integreren in het landschap. Het plattelandsproject ‘Mooi graslandschap’ zal bijdragen tot het uitvoeren van deze laatste pijler.