Startpagina Actueel

Hoe de onkruiden in de maïsteelt aanpakken in 2017 (deel 2)

Vorige week werd in een eerste deel uit de doeken gedaan hoe onkruiden aangepakt moeten worden in de maïsteelt dit jaar. Onder andere de vooropkomst werd besproken. In deel 2 wordt meer toegespitst op de naopkomst.

Leestijd : 9 min

N a een terugblik op het moeilijke jaar 2016, een overzicht van de beschikbare producten in 2017 en een bespreking over de vooropkomst, is het nu tijd voor informatie over onkruiden in naopkomst.

Naopkomst tegen eenjarige dicotylen zonder hanenpoot, naaldaar of vingergras

In aanwezigheid van eenjarige dicotylen (tabel 1) is een vroege behandeling (stadium 4 - 5 zichtbare bladeren) met Calaris 1 l samen met Dual Gold 0,7 l of Successor 1,2 l of Frontier Elite 0,75 l voldoende indien de klassieke grassen (duist, straatgras, windhalm,...) nog niet zijn uitgestoeld op het ogenblik van de behandeling.

Andere oplossingen zijn eveneens mogelijk. Callisto 0,7 l + Gardo Gold 2 l, Sulcogan 0,75 l of Zeus 0,75 l of Laudis 1,5 l - 1,6 l in combinatie met Aspect T aan 1,6 l - 1,5 l (afhankelijk van het onkruidstadium) bieden ook goede oplossingen. Akris aan 2 l kan bij deze drie combinaties nog zorgen voor extra bodemwerking. Indien courante grassen aanwezig zijn laat de toevoeging van Samson Extra 60 OD 0,4 tot 0,5 l/ha of van Accent 30 g/ha of Monsoon active 0,75 l/ha, toe om deze onkruiden te bestrijden. Bij de aanwezigheid van bingelkruid van meer dan 4 bladeren groot zijn deze producten ook nodig als versterking voor de mesotrione of sulcotrione.

In aanwezigheid van papegaaienkruid, zal men de voorkeur geven aan Callisto of Laudis boven Zeus of Sulcogan . Zeus, Sulcogan en Laudis (sulcotrione en tembotrione) zijn iets ‘zachter’ wanneer de planten een vertraagde groei hebben door kouder weer. Zeus mengt zich gemakkelijk met andere partners. Zijn werking is wel trager dan Callisto of Laudis die het voordeel hebben dat de onkruiden sneller vernietigd worden, wat belangrijk is als ze iets meer ontwikkeld zijn. De producten hebben vergelijkbare werkingsspectra wat betreft de klassieke éénjarige dicotylen. Laudis heeft de zwakste nawerking van de drie. In omstandigheden met voldoende vocht voor de bodemwerkende partner is dit echter geen probleem. Aan een dosis van 1,5 tot 1,6 l/ha komt Laudis wel iets duurder uit vergeleken met de producten op basis van mesotrione en sulcotrione.

Voor de landbouwers die kiezen voor schema’s zonder terbuthylazine, dient bij voorkeur iets vroeger behandeld te worden ( 3de-4de zichtbaar bladstadium) en moet men ook extra aandachtig zijn voor de aanwezige onkruidflora (tabel 2). Bij de aanwezigheid van duist, straatgras, windhalm, bingelkruid, varkensgras, zwaluwtong en kamille dient een geschikt product toegevoegd te worden aan het gekozen basismengsel (Tabel 3). Sommige mengsels dient men echter te vermijden omdat er risico’s op phytotoxiciteit aan verbonden zijn. Monsoon active 0,75 l en l Xinca 0,25 l kunnen bijvoorbeeld beter niet gemengd worden met Laudis OD.

onkruid1
onkruid2
onkruid3

Onkruidbestrijding in aanwezigheid van kamille

Kamille is voornamelijk moeilijk te bestrijden wanneer het werd verspreid door de grondbewerkingen (geval van niet ploegen of vals zaaibed). In naopkomst, wanneer de kamille minder dan 10 cm groot is, zijn de klassieke combinaties ( Calaris 1,25 l + Dual Gold 0,6 l of Laudis 1,75 l + Aspect T 1,75 l) zeer goed werkzaam.

In aanwezigheid van sterk ontwikkelde kamille (Tabel 4) hebben proeven van het CIPF aangetoond dat de beste resultaten bekomen worden door 0,25 l Xinca of 20 gram Peak toe te voegen aan de klassieke schema’s op basis van Callisto of Calaris . Xinca kan best niet gebruikt worden in combinaties met Laudis (risico van verbrandingen in ongunstige omstandigheden). Peak (75% prosulfuron) kan toegepast worden vanaf het 2de to 9de ZB. De werking van Peak is wel trager vergeleken met Xinca . In de aanwezigheid van grassen en kamille is 1l/ha Monsoon active een optie (in plaats van Samson extra 60OD) in een combinatie met een mesotrione of een sulcotrione.

onkruid4

Naopkomst in aanwezigheid van dicotylen, hanenpoot en naaldaar (geen vingergrassen)

I n omstandigheden waar men zowel éénjarige dicotylen als hanenpoot en/of naaldaar aantreft, heeft men verschillende opties (Tabel 5). Actieve stoffen zoals nicosulfuron ( Samson extra 60 OD of Accent ), thiencarbazone + foramsulfuron ( Monsoon active ) of tembotrione ( Laudis ) kunnen deze gierstgrassen de baas. Mesotrione of sulcotrione vormen met hun werkingsspectrum en hun nawerking de basis voor de bestrijding van de dicotylen in na-opkomst. Laudis kan deze rol ook op zich nemen door zijn werking op zowel dicotylen als op de gierstgrassen.

Zeus (of Sulcogan ) en Callisto (of Osorno of Starship ) zijn met name nuttig tegen ganzevoet en melde die minder goed bestreden worden door de bodemmiddelen (uitgezonderd pendimethaline). Bij gebruik van sulcotrione of mesotrione moeten de hanepoot en naaldaar via een contactwerkend anti-grassenmiddel (nicosulfuron of Monsoon active ) bestreden worden in na-opkomst. Hun werking is eerder traag, maar over het algemeen zeer goed tegen deze beide onkruiden. Men moet er vooral over waken om te behandelen wanneer de luchtvochtigheid voldoende hoog is (‘s morgens vroeg of ‘s avonds laat spuiten). Dit verdient nog meer dan gewoonlijk de aandacht wanneer er een lange droge periode aan de gang is. Gezien de geringe nawerking, moet men aan de behandeling 2 l Gardo Gold of 1,6 l Aspect T of 2 l Akris toevoegen in functie van het stadium van de maïs. Deze versterken de contactwerking door de aanbreng van terbuthylazine, en die bovendien een voldoende nawerking oplevert tegen de eenjarige grassen.

Het optimale stadium voor een efficiënte onkruidbestrijding die terbuthylazine bevat (vernietiging van de aanwezige onkruiden en voldoende nawerking) situeert zich tussen het 4de tot 5de bladstadium van de maïs (vroege naopkomst). De sterkst ontwikkelde hanenpoot en naaldaar hebben op dat ogenblik over het algemeen het stadium van 3 bladeren tot begin uitstoeling bereikt. Zonder terbuthylazine in het mengsel is het aangewezen om iets vroeger te gaan behandelen zodat de onkruiden kleiner zijn. De dosis bodemmiddelen kan verhoogd worden voor voldoende nawerking.

Accent kan gecombineerd worden met Callisto of Calaris en zal toegepast worden op hanenpoot in het stadium 1 blad tot begin uitstoeling en dit bij voldoende vochtigheid in de lucht en in de bodem.

Samson Extra 60 OD en Monsoon active kunnen in dezelfde omstandigheden gebruikt worden, maar ze zijn ook werkzaam op de iets grotere hanenpoot of naaldaar. Indien nodig, kunnen beide producten gebruikt worden op maïs tot in het 7de bladstadium. Op maïs die traag groeit door koude weersomstandigheden zal de combinatie Zeus (of Sulcogan ) + nicosulfuron verkozen worden boven de combinatie Callisto of Calaris + Samson Extra 60 OD.

Laudis 1,75-2 l + Aspect T 1,6 l, kunnen eveneens goede resultaten geven tegen een flora van éénjarige dicotylen gecombineerd met hanenpoot en naaldaar en dit tegen een prijs die vergelijkbaar is met een drievoudig mengsel. In de zeer droge omstandigheden van 2011 heeft Laudis zijn zeer betrouwbare werking getoond tegen hanenpoot die anders in die droge omstandigheden wel moeilijk te bestrijden is.

De aanbevolen schema’s zonder terbuthylazine uit tabel 6 kunnen aangevuld worden met de mengpartners uit tabel 3 bij de aanwezigheid van specifieke moeilijke onkruiden.

onkruid5
onkruid6

Vingergras: Laudis als enige oplossing !

De percelen waarop vingergrassen een probleem vormen, zijn weliswaar minder talrijk dan deze met hanenpoot en naaldaar, maar de percelen waarop vingergrassen voorkomen, worden van jaar tot jaar toch talrijker. De problemen doen zich het meest voor op de lichtere gronden in Vlaanderen, maar men vindt ook meer en meer glad vingergras en occasioneel ook bloedgierst terug op sommige percelen in het westen van Henegouwen, op de lichtere gronden in Brabant en op de zandgronden van de Jurasstreek. Hun opkomst is later dan deze van andere grassen.

Sinds het wegvallen van Clio Elite en Arietta is de combinatie van Laudis (tembotrione + isoxadifen-ethyl) + een antigrassenmiddel met nawerking ( Aspect T , Akris of Gardo Gold ) de referentie-oplossing tegen complexe flora van eenjarige grassen met glad vingergras, bloedgierst, kransnaaldaar, groene naaldaar en hanenpoot vanaf het 1ste ZB tot het begin van de uitstoeling.

Om een goede opruiming van het glad vingergras te garanderen is een vroege behandeling uitermate belangrijk. Men moet ten laatste bij de start van de uitstoeling behandelen. (Tabel 7)

onkruid7

Kale gierst en Zuid-Afrikaanse gierst: wat te doen

?

Deze “nieuwe” exoten vindt men voornamelijk terug in de Vlaamse zand en in de Kempen terug. De aangetaste regio’s breiden echter langzaam maar zeker uit. Men vindt de onkruiden lokaal al terug in de meeste andere streken van het land.

Een behandeling met Laudis 2,25 l + Aspect T 2 l of Akris 2 l heeft al enkele jaren zijn uitstekende werking tegen deze grassen bevestigd. In vochtige omstandigheden kan een totale controle in vooropkomst bekomen worden met Frontier Elite 1,4 l of Akris 2,25 l. Uit de CIPF proeven van 2016 is gebleken dat Adengo 0,33l in vooropkomst, gevolgd door Laudis WG 0,45 kg + Akris 2 l + Actirob B 1 l ( wanneer de grassen 1 tot 3 blaadjes hebben) eveneens een volledige afdoding kon opleveren van de aanwezige Zuid-Afrikaanse gierst.

Voor deze recent geïntroduceerde grassen is het zeer belangrijk om in een zeer vroeg stadium te gaan behandelen (maximum 2 tot 3 blaadjes tot 1 cm uitstoeling). Na dit stadium wordt een goede onkruidbeheersing zo goed als onmogelijk.

Overjarige planten: de oplossingen zijn voorhanden

Haagwinde

De voornaamste moeilijkheid voor de bestrijding van haagwinde zit in de gespreide opkomst van de haagwinde en het feit dat het wortelstelsel van het onkruid in de diepte moeilijk te vernietigen is.

Callam is een associatie met trisulfuron 12,5% en dicamba 60%. Het product is zeer effectief tegen haagwinde bij een dosis van 0,4 l/ha. Bij een grote aantasting geeft een opsplitsing van de dosis in 0,25 kg + 0,15 kg 10 dagen later de beste resultaten. Callam kan gemengd worden met de courante andere middelen.

Casper is een mengsel van dicamba 50% en prosulfuron 5%. De werking tegen haagwinde is eveneens goed: er is duidelijk veel minder opkomst van haagwinde in het volgende teeltjaar. Het product is toegelaten aan een dosis van 300 g/ha en dit in 1 of 2 toepassingen ( 200g gevolgd door 100g).

Banvel , toegepast aan een dosis van 0,4 l biedt een goed compromis tussen een aanvaardbare selectiviteit voor de maïs en voldoende werkzaamheid tegen het onkruid. Het product kan gecombineerd worden met andere gangbare actieve stoffen. Bij zeer sterke onkruiddruk kan de 0,4 l/ha indien nodig nog opgevolgd worden door een correctie met Peak 20 gram. Aan een dosis van 0,25 l/ha vernietigt Banvel zwaluwtong, kleefkruid en muur.

Kart (fluroxypyr 100 g/l + florasulam 1 g/l) kan eveneens ingezet worden ter bestrijding van haagwinde. De werking van dit product aan 0,7 l/ha is tamelijk vergelijkbaar met deze van Banvel. Ook hier kan bij sterke ontwikkeling van haagwinde een correctie 7 tot 10 dagen later, met Kart 0,5 l/ha, + Peak 10 g/ha nodig zijn om een vernietiging te bekomen van de later opgekomen haagwinde. De selectiviteit van deze behandelingen is zeer goed. Het product levert bovendien een complementaire werking tegen herderstasje, zwaluwtong, kruiskruid en vogelmuur.

Al deze producten kunnen goed gecombineerd worden met de andere mengproducten die in dit artikel aan bod gekomen zijn. (tabel 8)

onkruid8

Kweek en fioringras (Agrostis stolifera)

Een behandeling met glyfosaat vóór het ploegen of op een vals zaaibed is een goede oplossing indien de omstandigheden het toelaten. Bij behandeling na de zaai blijft Samson Extra 60 OD aan een dosis van 0,75 l het referentieproduct. In dit geval, zal men het best combineren met Zeus 0,75l en Gardo Gold 2l (of Aspect T 1,6l). Met de hoge dosis nicosulfuron behaalt men de beste garantie op een goed resultaat. In een erg gevarieerde flora zal een mengsel van Monsoon Active 1l met Callisto 0,75 l en Aspect T 1,6 l ( Gardo Gold 2 l) eveneens een goede bestrijding van de kweek verzekeren.

Opslag van aardappelen

Opslag van aardappelen kan goed bestreden worden in het stadium waarbij de sterkst ontwikkelde aardappelplanten 10 tot 15 cm meten, door een behandeling met Callisto 1-1,25l. Mengpartners moeten gekozen worden in functie van de andere aanwezige onkruidflora. Het mengsel Callisto 1 l + ( Starane Forte 0,4 l of Starane 0,7 l of Banvel 0,4l) + Aspect T 2 l is ook een mogelijkheid die de reeds aanwezig aardappelopslag goed de baas kan. De behandelingen zijn echter onvoldoende tegen later opkomende aardappelopslag.

Opslag van witloof en cichorei

Het groot probleem bij de bestrijding van deze opslag is het feit dat de opkomst zeer uitgespreid verloopt. Een gefractioneerde toepassing met Casper 0,2 kg gevolgd door Casper 0,1 kg + Trend 0,1% is een eerste goede oplossing voor deze opslag. Men bekomt een vergelijkbare werking met Banvel 0,4 l gevolgd door Peak 0,02 kg + Trend 0,1%. De vernietiging van het witloof is zeer efficiënt op de reeds aanwezige opslag, alsook op de later opkomende opslag.

Bufferzones: respecteer de minimum afmetingen!

Vanaf dit jaar zijn in Vlaanderen driftreducerende doppen met minimum 50% driftreductie verplicht. Daarnaast zijn er ook de nieuwe regels wat betreft bufferzones bij bespuitingen in de buurt van oppervlaktewater. De minimumafstand die gerespecteerd dient te worden is 1 meter. Voor een aantal producten met een groter gevaar voor de niet tot de

doelsoorten behorende geleedpotigen/insecten (NTA) en niet doelwitplanten (NTP) gelden strengere regels. Op de etiketten van de producten en op fytoweb.be kan u de nodige informatie terugvinden. Hoewel deze maatregelen opnieuw een inspanning vragen van de sector, passen ze wel in de evolutie naar een meer duurzame landbouw en zal de landbouw en het milieu er op lange termijn alleen maar beter bij varen.

G.Foucart

F.Renard

J.Depoorter

CIPF

Lees ook in Actueel

Milcobel kondigt reorganisatie aan

Bedrijfsnieuws Op een Bijzondere Ondernemingsraad kondigde zuivelcoöperatie Milcobel de intentie aan om haar organisatie de komende maanden te hervormen om het bedrijf efficiënter en weerbaarder te maken voor de toekomst.
Meer artikelen bekijken