Spuitmachines bouwen

op vraag en op maat

Paul Vanlerberghe begon zijn beroepsloopbaan als landbouwloonwerker. Hij zag zich niet onmiddellijk als constructeur van spuitmachines, maar zijn nieuwsgierigheid en zijn kennis hebben hem al gauw gebracht aan het hoofd van een bedrijf dat, vijftig jaar later, nog steeds in handen is van zijn zoon Carlos en zijn kleinzoon Joachim en dat nu meer dan 60 personen tewerkstelt.

Van landbouwloonwerk naar constructie

Begin van de jaren zestig was Paul Vanlerberghe actief als landbouwloonwerker, maar de spuitmachines van die tijd beantwoordden niet helemaal aan zijn verwachtingen. Hij besloot daarom om zelf een machine te bouwen en legde zich vooral toe op de constructie van een stabiele geautomatiseerde spuitboom. Dit leidde tot de ontwikkeling van de zelfrijdende spuitmachine Safe-Trac, uitgerust met een pneumatische spuitboom van 20 meter, die nadien is geëvolueerd naar een hydraulische spuitboom. De spuitmachine was eveneens uitgerust met een houten spuittank van 1.000 tot 1.200 liter en een gesloten metalen cabine. Dit alles was gemonteerd op een Fordson Dexta.

Die machine oogstte veel succes en heel wat collega’s loonwerkers vroegen aan Paul Vanlerberghe om voor hen ook zo’n machine te bouwen. Hij aarzelde enige tijd, maar besloot uiteindelijk in 1964 om zijn loonwerkersbedrijf om te vormen in een constructiebedrijf. Hij bouwde in Hulste (deelgemeente van Harelbeke in West-Vlaanderen) een werkplaats om aan de vraag te kunnen voldoen.

In 1966 werd vervolgens de BVBA Delvano opgericht. Die naam is een samentrekking van de namen van twee belangrijke vlashandelaars uit de streek die mede voor de financiën voor de oprichting van het bedrijf zorgden en de naam Vanlerberghe. In de jaren tachtig werden de aandelen van de twee vlashandelaars overgekocht door de kinderen van Paul Vanlerberghe, waardoor het bedrijf een volledig familiaal karakter verkreeg. En, na tal van uitbreidingen, werd de BVBA uiteindelijk in 1987 omgevormd tot een naamloze vennootschap (NV Delvano).

Van de Safe tot de Hydro-Trac: vernieuwen en aanpassen

In de jaren tachtig, toen de elektronica meer en meer doordrong in de sector van de spuitmachines, was de firma één van de pioniers in de ontwikkeling van elektronische spuitmachines. Zo werd de Spraymatic ontwikkeld, een systeem waarvan de fabricatie en de commercialisering werden toevertrouwd aan de firma ACEC en nadien aan Velleman.

Daarnaast legde Delvano zich ook toe op de ontwikkeling van spuitmachines voor de tuinbouw, een sector die in de provincie van groot belang is.

In 1986 kwamen drie types van moderne hydrostatische zelfrijdende spuitmachines de spuitmachines vervangen die tot dan toe op tractoren waren gebouwd: de Hydro-Trac ST-F, bestemd voor landbouwers, de Hydro-Trac Super 3000, een tussenmodel en ten slotte de Hydro-Trac Super 3600, bestemd voor loonwerkers.

Aangezien de vraag steeds bleef groeien en om de leveringstijden binnen de perken te kunnen houden, werd in 1991 een nieuwe werkplaats gebouwd van 7.000 vierkante meter.

Later, meer bepaald in 2006, stelde de firma een nieuw type van gedragen spuitmachine voor, namelijk de HDV, waarvan de spuitboom in transportstand niet breder is dan de tractor waarop de machine is gemonteerd.

In antwoord op een vraag naar steeds bredere spuitbomen brengt de firma in 2007 ook haar eerste getrokken spuitmachine met een spuitboom van 52 meter op de markt. Een jaar later komt ook een zelfrijdende spuitmachine met dergelijke spuitboom op de markt.

De firma wil ook zoveel mogelijk beantwoorden aan de eisen van de landbouwers inzake volumes en bouwt in 2009 haar eerste getrokken spuitmachine met een tankinhoud van 7.000 liter.

Op dit ogenblik omvat het gamma van Delvano zelfrijdende spuitmachines met tankinhouden tussen 3.800 en 6.000 liter en getrokken spuitmachines met tanken van 2.700 tot 7.000 liter.

Nog steeds om te kunnen blijven evolueren wordt in 2008 een nieuwe loods van 3.800 m2 gebouwd, bestemd voor het uittesten van de gebouwde spuitmachines.

Echte Belgische constructeur

Vandaag is Delvano er trots op een echte Belgische constructeur van gedragen, getrokken en zelfrijdende spuitmachines te zijn. De firma verkoopt haar machines uiteraard in ons land, maar exporteert ook naar Nederland, Noord-Frankrijk en af en toe ook naar landen als Oekraïne, China of ook nog Senegal.

Voor de verkoop beschikt de firma over een netwerk van verdelers en haar commerciële dienst, maar het komt ook voor dat zij samenwerkt met collega-constructeurs, zoals bv. de firma AVR, gespecialiseerd in machines voor de aardappelsector. In dat geval worden ‘alles inbegrepen’ aankoopcontracten afgesloten met de landbouwers of loonwerkers.

Bijna de helft van de machines die gebouwd worden zijn zelfrijders. “Het zijn machines die hoofdzakelijk worden aangekocht door een cliënteel van gespecialiseerde aardappeltelers en loonwerkers”, zo legt Gaby De Coninck, commercieel directeur bij Delvano, uit. De overige machines zijn gedragen en getrokken spuitmachines, maar ook kleinere spuittoestellen bestemd voor de tuinbouw of de groenteteelt. “De kracht van ons bedrijf is dat wij machines op vraag en op maat kunnen produceren. We maken nooit twee identieke machines, behalve wanneer ze zo besteld worden door dezelfde klant. Wij maken er een erezaak van om te kunnen voldoen aan de vragen van onze klanten. Daarvoor beschikken we over een ploeg van ingenieurs en specialisten inzake onderzoek en ontwikkeling, die een oplossing zoeken voor elke gestelde vraag. Dat heeft uiteraard een weerslag op de leveringstermijn. Wanneer bij ons een machine besteld wordt, moet men niet verwachten dat deze twee weken nadien kan geleverd worden. Alles hangt af van de uitvoering, maar vanaf de bestelling tot en met de constructie van een zelfrijder moet men toch rekenen met een duur van 400 tot 600 uren”, aldus nog de commercieel directeur.

Weerslag van de crisis en van de publieke opinie?

Ondervraagd naar de weerslag van de opeenvolgende crisissen die de landbouwers ondergingen, stelt de heer De Coninck dat de landbouw weliswaar zijn ups en downs heeft. “Wij hebben nochtans het voordeel om te kunnen werken met tal van Vlaamse loonondernemers die hun diensten leveren aan de bedrijven uit de streek. Die ondernemers kunnen hun machine aankopen en afschrijven over een zekere periode. Dat geeft ons een zekere veiligheidsmarge.”

Ook in verband met de weerslag van de publieke opinie op het toepassen van chemische gewasbeschermingsmiddelen relativeert de heer De Coninck. “Wij werken heel hard aan systemen die toelaten om drift te vermijden of de toepassing van de spuitmiddelen te verbeteren. Dat op vraag van onze klanten en om te anticiperen op toekomstige wetgevingen. Maar, als constructeur zijn wij minder onderhevig aan de afschaffing van bepaalde producten dan de firma’s die ze op de markt brengen. Elke dag zijn er producten die worden verboden en die firma’s moeten steeds meer investeren om nieuwe producten te ontwikkelen en te laten erkennen. Toch zullen zij blijven alternatieve producten op de markt brengen en zal er steeds moeten gespoten worden, misschien zelfs meer als de producten niet meer zo efficiënt zijn.”

De firma Delvano blijft dus vol vertrouwen de toekomst tegemoet zien. Ook in die toekomst wil zij haar familiale structuur behouden en haar dienstverlening op maat laten voortduren nu de derde generatie Vanlerberghe klaarstaat om de fakkel over te nemen.

Tekst en foto’s naar D.J.

Meest recent

Meest recent