Startpagina Akkerbouw

Voorlopig 29% P2-houders in orde voor verlenging in november 2021

Volgens de wet is het verplicht om over een fytolicentie te beschikken als je professionele gewasbeschermingsmiddelen wil aankopen en gebruiken voor beroepsactiviteiten. Landbouwers hebben doorgaans een P2-fytolicentie nodig. Uit cijfers van midden juni blijkt dat momenteel slechts 29% van de P2-houders in orde is voor verlenging van de fytolicentie in 2021.

Leestijd : 3 min

Het aantal P1- en P2-licentiehouders die reeds in orde zijn voor een verlenging van de fytolicentie in 2021, is opmerkelijk laag te noemen. P2-houders zijn professionele gebruikers, waarbij onder andere landbouwers en tuinaannemers horen. Assistenten hebben een P1 nodig. Slechts 11% van de Vlaamse P1-houders en 29% van de Vlaamse P2-houders van wie de fytolicentie vervalt in november dit jaar zijn momenteel in orde. Opmerkelijk is dat al 61% van de P3-houders – voorlichters en verdelers – voor 2021 al wel in orde is.

Er is toch ook wel een lichtpunt: de overgrote meerderheid van de fytolicenties vervalt in november 2022: van deze groep heeft eeds meer dan 55% van de Vlaamse P2-fytolicentiehiuders de minimaal vereiste 4 vervolgopleidingen gevolgd, waarbij deze dus automatisch wordt verlengd.

Bron: FOD Volksgezondheid
Bron: FOD Volksgezondheid

Daarnaast heeft een groot aandeel van die licentiehouders nog geen enkele vorming kunnen volgen. Dan gaat het om 43% van de P2-houders en zelfs 70% van de P1-houders. Dat is een groot aantal dat Mathias Abts, sectoradviseur bij het departement Landbouw en Visserij, niet meteen kan verklaren. “Er kunnen veel redenen zijn en veel factoren die meespelen. Een deel zal de fytolicentie ook niet meer nodig hebben en dus bewust laten vervallen.”

Het niet in orde zijn met de fytolicentie kan echter wel belangrijke gevolgen met zich meedragen. Mathias Abts: “Indien een landbouwer zijn fytolicentie vervalt, kan hij geen gewasbeschermingsmiddelen meer aankopen, maar ook niet meer toepassen en gebruiken. Voor een fytolokaal dient steeds een verantwoordelijke aangesteld te zijn die in het bezit is van een P2- of P3- fytolicentie.” Vervalt de licentie, dan mag er zelfs geen fytolokaal aanwezig zijn. Er kan gecontroleerd worden of de licentiehouders wel degelijk hun activiteiten omtrent gewasbescherming stop hebben gezet, of of ze hun producten bewaren.

Voldoende vormingen

Dat tijdens het coronajaar veel fytolicentiehouders niet in orde waren, was deels te wijten aan het coronajaar. Veel vormingen werden geannuleerd en veel professionelen kwamen niet aan het verplicht aantal te volgen vormingen. Zo moeten P1-houders 3 vormingen gevolgd hebben, P2-houders 4 en P3-houders 6 opleidingen.

Dat werd gecounterd door een inhaalbeweging van de sector. Zowel vormingscentra, praktijkcentra, het departement Landbouw en Visserij, toeleveringsbedrijven als andere bedrijven organiseerden webinars om de fysieke activiteiten op het veld te vervangen. “Er was een mooi aanbod aan webinars beschikbaar. Daarnaast zien we dat er ook terug fysieke vergaderingen/proefveldbezoeken worden georganiseerd indien uiteraard de coronaregels worden gerespecteerd. Bovendien worden er al sinds 2015 vervolgopleidingen georganiseerd. Elke fytolicentiehouder heeft dus reeds 7 jaar de tijd gehad om aan de nodige vervolgopleidingen te geraken”, geeft Abts mee.

Soepele regeling?

De fytolicentie kan na het vervallen niet meer gereactiveerd worden. Er moet dus een nieuwe licentie worden aangevraagd. Als je de P2-licentie terug wil aanvragen, maar men heeft maar 3 vormingen gevolgd, moet men het nodige aantal vormingen nog volgen (in dit geval nog 1). Daarna kan men een nieuwe fytolicentie, met een nieuw nummer, aanvragen die weer geldig is voor de volgende 6 jaar. In die 6 jaar is het weer nodig om 4 vormingen te volgen.

Een vorming kan een online vergadering – een webinar – zijn die minstens 2 uur duurt. Een fysieke vergadering moet minstens3 uur duren. Voor beide moet er 2 uur gespendeerd worden aan onderwerpen die gerelateerd zijn aan gewasbescherming en/of IPM. Vanuit de landbouwgemeenschap klinken er echter geluiden dat vormingen van die duur vaak moeilijk haalbaar zijn. “Landbouwers hebben een druk werkleven, en de administratie wordt ook alsmaar meer. Een vorming van soms 3 uur, meestal na de werkuren, is soms echt te veel”, is een klacht die bij onze redactie gekend is.

Mathias Abts gaf echter eerder al mee dat er meermaals overleg is tussen het departement Landbouw en Visserij en de beroepsorganisaties, de sector, de vormingscentra en FOD Volksgezondheid omtrent de fytolicentie. “Tijdens deze vergaderingen worden al deze bekommernissen zeker meegenomen en besproken.”

Marlies Vleugels

Lees ook in Akkerbouw

Doordacht maaibeheer: waar let ik op?

Akkerbouw Er zijn dit jaar grote verschillen in grasstand waar te nemen tussen verschillende percelen. Dat is niet verwonderlijk, gezien de grote verschillen in beheer, waartoe we gedwongen werden door deze zeer natte winter en door de natte voorjaarsperiode.
Meer artikelen bekijken