Startpagina Akkerbouw

Haal meer uit je gras!

Gras is bij uitstek de belangrijkste teelt in Vlaanderen. Desondanks kan de teelttechniek nog veel verbeterd worden.

Leestijd : 5 min

De oppervlakte permanent en tijdelijk grasland in Vlaanderen bedraagt maar liefst 220.000 ha. Verder liggen er nog 20.000 ha grasklaver aan en ook 1.880 ha kruidenrijk grasland.

Ondanks dit enorme belang van gras in ons landbouwareaal, verdwijnt de aandacht voor de teeltechniek en uitbating van grasland in het niets tegenover de aandacht die gewassen zoals maïs, tarwe en aardappel krijgen. Nochtans is er ook bij grasland nog heel wat opbrengst en efficiëntiewinst te boeken.

Genetica is essentieel

Of het nu om gemaaid of begraasd grasland gaat, bij de aanleg van nieuw grasland is de keuze van de genetica essentieel. Deze keuze bestaat uit 3 niveaus.

Welk mengsel? Een enkelvoudig mengsel dat voor 100% uit Engels raaigras bestaat, of een complex mengsel met ook andere grassoorten, klavers of kruiden.

Welke soort? In mengsels voor blijvende weides kan je gaan van Engels raaigras, timothee tot rietzwenkgras. Bij tijdelijke mengsels zal het gaan om Italiaans raaigras of om hybride raaigrassen. Festulolium is dan weer een kruising die afhankelijk van de kruising eerder aanleunt bij raaigras dan bij rietzwenkgras. Ook binnen de klavers is er een belangrijke keuze te maken. De eigenschappen van witte klaver zijn immers anders dan deze van rode klaver.

Welk ras? Binnen bijvoorbeeld Engels raaigras is er veel verschil. Gaat het om een diploïd of een tetraploïd ras? Een vroeg of een laat doorschietend type? Het loont om de rassenlijsten te raadplegen om inzicht te krijgen in deze types en in de eigenschappen van de rassen. Naast opbrengst zijn ook roestresistentie en persistentie zeker van belang. Ook van timothee, rietzwenkgras, witte en rode klaver vind je belangrijke informatie terug in deze lijsten.

Eens het grasland gevestigd is, bepalen voornamelijk de bemesting en het maaibeheer de hoeveelheid en kwaliteit van het geoogste gras.

Aan de hand van 2 actuele thema’s – droogte en kostprijs van N – illustreren we het belang van deze keuzes.

Impact van de droogte

Tijdens de droogte van deze zomer heeft heel wat grasland zwaar afgezien. Daardoor zijn er vaak slechts 2 betekenisvolle snedes gemaaid. Na de regen van de laatste weken is het duidelijk dat veel graszodes er toch weer bovenop komen. Bij het overwegen of herzaai nodig is, kan je het best eerst eens op je perceel gaan kijken. In veel gevallen zal graslandvernieuwing toch niet noodzakelijk blijken. Graslandvernieuwing houdt dan ook extra kosten in en een productieverlies tijdens het eerste jaar na zaai.

Ook grasklaver en kruidenrijk grasland hebben geleden onder het watertekort. Toch leken deze percelen vaak groener dan bij grasmonocultuur. Dit kunnen we toeschrijven aan de klavers en kruiden die beter bestand zijn tegen de droogte. Dit soort graslanden hebben dan ook meer variatie aan worteltypes. Soorten zoals rode klaver en luzerne, met hun diepwortelende penwortel, zijn zeer droogtetolerant. Ook smalle weegbree en cichorei zijn beter bestand tegen de droogte dan gras.

Ook de inmenging van andere grassoorten kan de droogtetolerantie verhogen. Zo is rietzwenkgras bijvoorbeeld beter bestand tegen de droogte. Het wortelstelsel van rietzwenkgras kan dan ook tot wel 90 cm diepte reiken, terwijl Engels raaigras meestal maar 40 cm haalt. Rietzwenkgras haalt gemiddeld ook hogere opbrengsten per jaar dan Engels raaigras. Een meeropbrengst van 20% in vergelijking met Engels raaigras is tijdens een gemiddeld jaar haalbaar en kan bij droogte stijgen tot 28% en zelfs tot 65% bij extreme droogte.

Nadelen van rietzwenkgras zijn de tragere ontwikkeling en de lagere verteerbaarheid. Bij latere zaai kan er het eerste jaar een opbrengstverlies van 10% tegenover Engels raaigras worden waargenomen. De verteerbaarheid is soms tot 7% lager dan bij Engels raaigras, maar kan worden opgetrokken. Kiezen voor een beter verteerbaar ras of voor frequentere maaibeurten op een maaihoogte van 8 cm maken veel goed. Combineren met witte klaver in het grasmengsel kan de verteerbaarheid verder opkrikken.

Kostprijs stikstofbemesting

Net als bij een kleinere waterinput zorgt een kleinere kunstmestinput al snel voor een lagere opbrengst bij onze graslanden. Bij grasklaver is dit weer minder het geval. Vlinderbloemigen, zoals klavers, kunnen zelf stikstof (N) fixeren. Het advies is om minder stikstof te geven. Een te hoge N-bemesting kan zelfs nadelig werken op het aandeel klaver.

Dat besparing op kunstmest mogelijk is, werd al vaker bevestigd, zoals ook bij een onderzoek van de UGent (2014). Uit dat onderzoek bleek dat grasklavermengsels, bestaande uit verschillende verhoudingen Engels raaigras en rietzwenkgras met witte klaver, jaarlijks 142 tot zelfs 258 kg N per ha konden fixeren. Bij een bemesting met 135 kg N minder per ha waren de opbrengsten bij grasklaver nog steeds vergelijkbaar met of hoger dan het pure gras. Zo gaf tetraploïd Engels raaigras met witte klaver een gemiddelde jaaropbrengst van 12,8 ton/ha met een ruweiwitgehalte van 16,2%, terwijl dit voor hetzelfde pure Engels raaigras 12,0 ton/ha en 12,8% bedroeg. Omgerekend kon er dus 540 kg ruw eiwit per jaar meer worden geoogst bij grasklaver. Omgerekend naar uitsparing op ruw eiwit uit soja, komt dit neer op een 660 euro. Stel dat er ook nog 140 kg N (+/- 520 kg KAS) minder kunstmest op de grasklaver gebracht moet worden, dan scheelt dit aan de huidige prijzen nog een slordige 440 euro/ha.

Ondanks de hoge kunstmestprijzen, is het nog steeds zinvol om kunstmest aan te brengen op een standaardgrasland met gezonde zode. Zo kan er bespaard worden op de aankoop van extra kg eiwit in de vorm van soja, door meer eiwit van eigen grasland te halen.

Een kanttekening bij de bemesting van grasklaver is dat er wel rekening gehouden moet worden met de kali-voorziening. Deze blijft cruciaal voor een goede grasklaverteelt. De stikstofbemesting wordt overigens het best toegepast in het voorjaar, wanneer de N-fixatie nog laag is.

Ecoregelingen

Kruidenrijk grasland is al meer bekend in Nederland, maar in Vlaanderen blijft dit slechts een beperkt areaal. Kruidenrijk grasland werd al opgenomen binnen de pre-ecoregelingen. Ook volgend jaar zullen graskruidenmengsels in aanmerking komen voor de agromilieuklimaatmaatregelen (AMKM) rond inzaai van meerjarige milieu- en biodiversiteitsvriendelijke of klimaatbestendige teelten. Om aan de voorwaarden te voldoen moet het mengsel minstens 2 soorten grassen bevatten, en tezamen 5 kruiden en vlinderbloemigen, waarvan minstens 2 kruiden en 1 vlinderbloemige.

Ook grasklaver zal binnen deze AMKM worden opgenomen. Wanneer er enkel witte klaver in het mengsel zit, moet er minimaal 3 kg klaverzaad per ha worden voorzien om aan de voorwaarden te voldoen. Bij een mengsel met enkel rode klaver of een mengsel met beide soorten wordt 6 kg per ha aangehouden.

Lees ook in Akkerbouw

Doordacht maaibeheer: waar let ik op?

Akkerbouw Er zijn dit jaar grote verschillen in grasstand waar te nemen tussen verschillende percelen. Dat is niet verwonderlijk, gezien de grote verschillen in beheer, waartoe we gedwongen werden door deze zeer natte winter en door de natte voorjaarsperiode.
Meer artikelen bekijken