Startpagina Actueel

Bedrag van uitgereikte GSC- en WKC-certificaten voor mestverwerking bleef jongste jaren stabiel

De voorbije 5 jaar werden gemiddeld 464.343 groenestroomcertificaten (GSC) en gemiddeld 699.073 warmtekrachtcertificaten (WKC) aan mestverwerkingsbedrijven uitgereikt. Dat is jaarlijks goed voor een gemiddeld bedrag van 47 miljoen euro (GSC) en ruim 20 miljoen euro (WKC).

Leestijd : 4 min

Biogasinstallaties waarbij mest wordt toegevoerd aan een vergistingsinstallatie doen aan mestverwerking. Bij benadering werd aangenomen dat dit de installaties zijn met biogas uit vergisting van hoofdzakelijk mest- en/of land- en tuinbouwgerelateerde stromen, waarbij naast mest ook vaak energiegewassen en organisch-biologische afvalstoffen (OBA) worden vergist.

GSC en WKC

Chris Steenwegen, Vlaams parlementslid voor Groen, vroeg aan Vlaams minister Zuhal Demir (N-VA) hoeveel groenestroom- en warmtekrachtcertificaten en subsidies de voorbije jaren aan de mestverwerkingssector werden toegewezen.

Vanuit het energiebeleid kunnen deze biogasinstallaties aanspraak maken op groene stroomcertificaten (GSC) voor de netto-elektriciteitsproductie op basis van biogas als hernieuwbare energiebron. Wanneer deze installaties ook als een kwalitatieve warmtekrachtinstallatie kunnen worden beschouwd en de geproduceerde warmte nuttig wordt gebruikt (meestal voor de indroging van digestaat en voor de werking van de vergistingsinstallatie), kan ook aanspraak worden gemaakt op warmtekrachtcertificaten. In bepaalde gevallen maken deze installaties naast biogas ook gebruik van aardgas.

“Voor de berekening van de geschatte steun kan ervan uit worden gegaan dat alle certificaten aan minimumprijs werden verkocht aan de netbeheerder”, antwoordt Vlaams minister Zuhal Demir. “De minimumprijs kan verschillen per type installatie. Voor de betrokken installaties voor GSC varieert deze tussen 93 euro en 110 euro per certificaat, voor WKC tussen 27 euro en 31 euro per certificaat. Er wordt dan ook telkens een minimum- en maximumschatting opgegeven, de werkelijke waarde bevindt zich daartussen”, aldus Vlaams minister Zuhal Demir.

35-3311-CERTIFICATEN

Pocketvergisters

Specifiek voor de pocketvergisters (kleinschalige biogas-WKK-installaties met een vermogen kleiner dan 10 kW, waarbij het biogas voor 100% afkomstig is van mest) kan voor installaties met een startdatum vanaf 1 januari 2018 een premie worden aangevraagd, in plaats van certificatensteun. “Sinds de start van dit systeem is er voor 5 installaties telkens een premie van 45.590 euro toegekend. Pocketvergisters omvatten qua vermogen maar een verwaarloosbaar aandeel van de hoger vermelde vergistingsinstallaties”, aldus minister Demir.

Vanuit het beleidsdomein energie ontvangen mestverwerkingsbedrijven enkel de certificatensteun en de premie voor pocketvergisters.

“Zoals bekend is mestverwerking fraudegevoelig”, gaat minister Demir verder. “Het Mestrapport toont dat aan op basis van de gevoerde controles door de Mestbank.” Hoe verlopen nu die controles? Door de dienst Handhaving van de Mestbank (Vlaamse Landmaatschappij) worden zowel omgevingscontroles als meststaalnames uitgevoerd bij bewerkings- en verwerkingsinstallaties.

Staat opvangbekkens

“Zo wordt bij de omgevingscontroles de staat van de opvangbekkens nagekeken en wordt het risico op overlopen, scheuren of verzakken van de verschillende opslagen beoordeeld. Daarnaast wordt ook nagegaan of er voldoende voorzorgsmaatregelen op het bedrijf aanwezig zijn om het overlopen van de opslagbekkens te voorkomen.”

Er wordt gecontroleerd of er geen effluent gelekt wordt via drainagebuizen. “Er mag nooit een lozing kunnen ontstaan op het bewerkings- en verwerkingsbedrijf. Ook worden er, indien er transporten plaatsvinden, stalen genomen van de aanwezige effluent of digestaat.” Het analyseresultaat van deze controlestaalnames wordt nadien getoetst met de waarden die de bewerker of verwerker opgeeft.

Controles en overtredingen

Het aantal omgevingscontroles is de voorbije jaren gevoelig gestegen: van 26 in 2016 naar 38 in 2020. Er worden ook veel meer staalafnames genomen: van 159 in 2016 naar 226 in 2020. Meer controles betekent ook meer overtredingen: voor de omgevingscontrole van 9 in 2016 naar 14 in 2020. Ook het aantal overtredingen van meststaalnames met afwijking van de inhoudswaarde van stikstof en fosfor neemt toe. Voor een afwijking van +20%: van 139 in 2016 naar 175 in 2020, voor een afwijking van +60%: van 95 in 2016 naar 103 in 2020.

Bij vastgestelde overtredingen bij de omgevingscontroles wordt er een aanmaning opgemaakt bij de lichtere overtredingen of een proces-verbaal bij ernstige overtredingen of een herhaling van een overtreding. “Ernstige overtredingen hebben vaak betrekking op een lozing op het bedrijf”, aldus minister Demir.

Bij een ernstige afwijking tussen het analyseresultaat bekomen uit de controlestaalname en deze gebruikt op het vervoersdocument van de bewerkings- en verwerkingseenheid wordt het vervoersdocument aangepast. Deze methode werd tot en met 2019 toegepast.

“Vanaf 2020 wordt er strikter opgetreden op sterke afwijkingen”, zegt minister Demir. “Er worden maatregelen opgelegd naargelang de aard van de inbreuk en het betrokken bedrijf. Dit kan gaan over een verplichting tot transport met geldige analyses, een verplichting tot transport met de door de Mestbank gemeten analysewaarde, een aanpassing van trans-portdocumenten met de door de Mestbank gemeten analysewaarde, een inkorting van de geldigheidstermijn van mestanalyse, een voormeldingsplicht bij staalname en een administratieve geldboete voor afvoer met een niet-geldige analyse.” Als gevolg hiervan verhoogt de impact van de controles staalnames van de dienst Handhaving van de Mestbank. Nog dit: bewerkings- en verwerkingsbedrijven zijn geen landbouwbedrijven en ontvangen bijgevolg geen inkomenssteun.

Andere subsidies

Mestverwerkende bedrijven vallen onder de NACE-code 38.213 ‘Behandeling en verwijdering van ongevaarlijk afval, met uitzondering van slib en vloeibare afvalstoffen’. Dat begrip is dus veel ruimer dan enkel mestverwerking.

“Vanuit de bevoegdheid landbouw werd aan bedrijven met NACE-code 38.213 in de periode 2011-2020 460.026 euro steun toegekend”, geeft Vlaams landbouwminister Hilde Crevits nog mee. Er wordt aan die specifieke bedrijven ook steun verleend vanuit het Agentschap Innoveren & Ondernemen (VLAIO). Voor de voorbije 10 jaar ging het in totaal om bijna 20 miljoen euro.

“Het departement Landbouw & Visserij voert de verplichte administratieve controles uit op alle dossiers. De door de Europese regelgeving opgelegde percentages aan controles ter plaatse worden tevens uitgevoerd. De resultaten van al deze controles zijn doorgerekend in de steuntoekenning. Het departement Landbouw & Visserij heeft geen steun verleend voor mestverwerking”, zegt minister Hilde Crevits. De toegekende steun van het VLAIO wordt gecontroleerd op basis van risicoanalyses.

Lieven Vancoillie

Lees ook in Actueel

Meer artikelen bekijken