Inagro zet proefveldhouders in de bloemetjes
Onderzoekscentrum Inagro voert momenteel ongeveer 400 proeven uit in meer dan zeventig teelten. Dat gebeurt op eigen velden, maar ook samen met zo’n 100 proefveldhouders, op percelen verspreid over de hele provincie en daarbuiten. Op zondag 25 augustus bedankte Inagro de proefveldhouders onder meer met een rondleiding op de site in Beitem.
Dankzij de samenwerking met proefveldhouders kan Inagro onderzoek doen in verschillende omstandigheden. “Bovendien krijgen we meteen feedback uit de praktijk. Het is een living lab avant la lettre”, klinkt het.
Van oudsher doet het onderzoekscentrum Inagro in Beitem onderzoek naar betere teelttechnieken via proeven op praktijkschaal. Anno 2019 betekent dat jaarlijks meer dan 400 verschillende proeven in maar liefst zeventig teelten. “Onze wetenschappelijke en operationele medewerkers voeren een uitgebreid praktijkgericht onderzoeksprogramma uit”, vertelt afgevaardigd bestuurder Mia Demeulemeester. “Het is dan ook belangrijk om gewassen te kunnen evalueren in diverse praktijkomstandigheden. Denk bijvoorbeeld aan de invloed van het bodemtype, het klimaat of de plaagdruk op de groei van een gewas.”
Lange traditie over generaties heen
Om de proeven in praktijkomstandigheden uit te voeren, werkt Inagro samen met proefveldhouders in heel West-Vlaanderen en daarbuiten. Zij zakten op zondag 25 augustus massaal af naar Beitem voor de driejaarlijkse proefveldhouderslunch. Zo wil Inagro hen bedanken voor de waardevolle samenwerking. “Met het netwerk van proefveldhouders kunnen we wederzijds kennis uitwisselen en pionieren”, vertelt Sofie Darwich, onderzoeker in openluchtteelten. “De landbouwer stelt een perceel ter beschikking en staat in voor de algemene teeltzorg volgens de gemaakte afspraken. We kunnen dan ook rekenen op zijn grote betrokkenheid en loyaliteit.”
De samenwerkingsovereenkomst wordt telkens voor een jaar vastgelegd. Toch zijn de medewerkers van Inagro op heel wat landbouwbedrijven kind aan huis. “Met heel wat proefveldhouders wordt al jarenlang samengewerkt, soms zelfs van vader op zoon”, vult operationeel medewerker Marc Vanheule aan. “Dat jarenlange vertrouwen zorgt voor wederzijdse feedback. Zo brengen we elkaar op de hoogte van de omstandigheden op het veld of beantwoorden we elkaars vragen.” Via proefveldbezoeken informeert Inagro ook andere landbouwers uit de streek over de resultaten van de proeven. "Wat landbouwers leren op het perceel van een collega blijft langer bij", klinkt het bij Inagro.
Ook nieuwe concepten van samenwerking populair
De succesvolle samenwerking met landbouwers beperkt zich niet tot de proefveldwerking. Nieuwe concepten - zoals studieclubs, kenniscoöperaties en netwerken - winnen aan populariteit. Kleine groepjes varkenshouders vormen kenniscoöperaties, melkveehouders steken de koppen bijeen in studieclubs, landbouwers ontmoeten elkaar in de waterkwaliteitsgroepen van CVBB en hoeveproducenten verenigen zich in de vzw West-Vlaamse hoeveproducten. “Via dergelijke initiatieven brengen we landbouwers met een gelijkaardige bedrijfsvoering of met gelijkaardige uitdagingen samen om kennis en ervaring uit te wisselen”, gaat Mia Demeulemeester verder.
De bijeenkomsten zorgen voor nieuwe contacten tussen landbouwers, maar vormen ook een interessante voedingsbodem voor verder onderzoek. “De deelnemers leren van elkaar en ontwikkelen een kritische visie over hun bedrijfsvoering. Ervaringen van anderen zorgen er ook voor dat landbouwers met meer zelfvertrouwen acties ondernemen”, klinkt het. “Bovendien pikken adviseurs zo snel specifieke vragen uit de praktijk op, die het onderwerp kunnen vormen van nieuw onderzoek.”
