Zo konden we op de jaarvergadering van BCZ, de Belgische Confederatie van de Zuivelindustrie, ook enkele van dergelijke redeneringen optekenen. Wat als de Russische markt niet dichtgegaan was, zou de melkprijs dan beter geweest zijn? En wat als de melkprijzen in 2013-2014 minder goed geweest waren, zouden er dan even veel productie-uitbreidingen gepland zijn? En zou de melkprijs dan nu beter zijn?
Denkoefeningen over het verleden, maar ze kunnen ook voor de toekomst gebruikt worden. Interventie is er één van. “Als de prijs voor magermelkpoeder of zuivel tot een bepaald niveau zakt, dan zullen we ingrijpen”, is de Europese redenering. Het bizarre is, dat dergelijke redeneringen vaak waarheid worden. De interventieprijs zorgt voor een prijsbodem in de markt, waar aan- en verkopers vrijwillig niet onder gaan.
Markten mogen nog zo transparant zijn, en nog zoveel marktdata produceren, toch blijven ze emotioneel. Was de uitzonderlijke Chinese vraag uit 2013-2014 een emotionele bevlieging, of is de huidige/afgelopen vraagval uit dat land een ongegronde paniekreactie? Niemand die het écht weet.
In de huidige melkcrisis wordt vaak met een beschuldigende vinger naar de melkveehouders gewezen. Boeren hadden maar niet zoveel moeten groeien. Maar men kan boeren moeilijk verwijten op de vraag van de markt te willen inspelen. Met de afschaffing van het quotum, wilde men net dat bereiken. Alleen heeft de harde datum van het afschaffen van het melkquotum, de emotionaliteit van de markt onvoldoende ondervangen. Als boeren en politici dat toen hadden beseft..., dan waren er nu minder alsdan-redeneringen.
