Reforme koeien wegen op de prijzen

Vooral in Duitsland worden er opmerkelijk veel slachtingen van vrouwelijke dieren uitgevoerd. Over de vier weken van september ging het aantal geslachte koeien tegenover dezelfde periode vorig jaar met 11% fors omhoog. De vaarzen volgen dezelfde tendens.

De vraag concenteert zich vooral voor het vlees van jonge dieren en ook steeds meer op bepaalde deelstukken. Het vlees van koeien is dus minder populair, wat leidt tot een netto onevenwicht tussen het aanbod en de vraag. De prijzen aan het slachthuis staan in Duitsland dus onder druk. De noteringen van de koeien in categorie O en P zijn met 14 cent in één maand naar beneden gegaan om einde september respectievelijk op 2,58 € (-6 % ten opzichte van 2015) en 1,98  € (-3 % ten opzichte van 2015) per kg karkasgewicht terecht te komen. Tezelfdertijd is de notering van de koeien in de R-klasse met 9 centiem naar beneden gegaan, tot 2,88 €/kg eind september (-5 % in vergelijking met 2015).

Het aanbod stijgt in Polen

In Polen zijn 51.900 koeien geslacht in augustus (+14 % ten opzichte van 2015), en ook 23.000 vaarzen (+13 %). Ondanks het overvloedige aanbod op de nationale en Europese markt behouden de prijzen hun niveau, al is het op een lager niveau dan het Europees gemiddelde. De kloof met de prijzen in andere lidstaten wordt evenwel kleiner, wat getuigt van de instroom van Pools vlees op de West-Europese markten, met name voor de delen voor op de grill.

Meer bepaald dalen de prijzen van de voorkwartieren van de koeien in het kielzog van de Europese prijzen (tot 1,53 €/kg eind september; -11 % ten opzichte van 2015). Maar de noteringen uit het slachthuis van de achterstukken is gestegen van 3,41 €/kg begin januari tot 3,93 €/kg eind september (+4 % in vergelijking met 2015 en +20 % in vergelijking met 2014).

Het Pools vlees heeft zich blijkbaar bewezen en baant momenteel zijn weg op de Europese markt. In het eerste semester heeft Polen 132.000 ton aan gekoelde karkasequivalenten uitgevoerd naar het vroegere Europa van de 15 (+5 % in vergelijking met 2015).

Meer slachtingen in Nederland

In Nederland neemt het aantal slachtingen sterk toe sedert de lente en dat zou zich nog moeten intensifiëren voor het einde van het jaar. Nederland zit immers nog ver van de verplichte hoeveelheid koeien waarmee de veestapel moet inkrimpen. Die krimp is noodzakelijk om te voldoen aan de nieuwe fosfaatregelgeving die normaal begin 2017 van kracht zou worden.

Het aantal Nederlandse melkkoeien is echter nog altijd heel groot. Een onderzoek in juni telde 1,74 miljoen dieren; in vergelijking met 2015 een stijging van 121.000 stuks of 7 %. In vergelijking met 2014 gaat het zelfs om 171.000 dieren of 11 % méér.

Ook al groeide het aantal slachtingen van koeien aan in de eerste 7 maanden van het jaar (+13 % in vergelijking met 2015), toch was dit nog onvoldoende om de stijgende curve te keren. Zeker wanneer het grote aantal vaarzen dat in productie komt in rekening wordt gebracht. Het aantal slachtingen van koeien zal dus wellicht blijven stijgen tot het einde van het jaar.

FrieslandCampina - Nederlands grootste melkophaler - moedigt zijn leveraars trouwens aan om hun melkleveringen te verlagen via een premie van 10 cent per niet geleverde liter. Deze komt bovenop de Europese steun van 14 cent per liter.

De groei van het aantal slachtingen zet de prijzen van de koeien onder druk.

Ook stijging in Ierland

In Ierland hebben heel wat melkveehouders zich ingeschreven op de vrijwillige Europese melkproductiebeperking. In juni was de melkveestapel nog altijd in volle groei (+8 % of + 102.000 koeien). De Ieren moeten dus momenteel sterk op de rem gaan staan, en zich richten op reforme koeien. Op deze manier gaat het aantal slachtingen naar omhoog. Het aantal slachtingen ging voor september in vergelijking met 2015 naar omhoog met maar liefst 35 %.

Het aantal koeien in lactatie ging in juni sterk omhoog, tot 1,104 miljoen dieren (+2,6 % in vergelijking met 2015). Dat was een trendbreuk met de dalende trend van de twee jaren voorheen. Het totale aantal melkkoeien blijft op 1,39 miljoen dieren.

De markt van de koeien ondergaat de druk van het aanbod, terwijl deze van de vaarzen en stieren lijden op de Brise markt door de depreciatie van het Britse pond ten opzichte van de euro. De notering van koeien in de O-klasse bedroeg eind september 2,87 €/kg karkasgewicht (-15 % ten opzichte van 2015), en koeien in de R-klasse verwisselden voor 3,11 €/kg van eigenaar (-12 %). Bij vaarzen (R-klasse) bedroeg de notering 3,75 €/kg (-6 %) en bij stieren (R-klasse) 3,46 €/kg (-6 %).

Vertrouwen ondanks de Bexit

In het Verenigd Koninkrijk, heeft het vooruitzicht op de Brexit het Britse Pond 14 % van zijn waarde in euro laten verliezen tussen september 2015 en september 2016. De import is dus vertraagd terwijl de export profiteert van een betere competiviteit.

De aankondiging van de Brexit heeft het moraal van de consumenten niet geschaad. Het consumentenvertrouwen, dat eind juni fors naar beneden was gevallen, flakkerde snel weer op in augustus. De aankopen van vers én ingevroren rundvlees door de gezinnen in de 3 maanden voor 11 september gingen met 1,5 % omhoog in vergelijking met 2015.

De daling van de import brengt de grootdistributie ertoe om hun bevoorrading te hernationaliseren. De markt van de stieren en de vaarzen onder lastenboek staat dus zelfs wat onder spanning.

Europese prijzen neerwaart gericht

De Europese quotering voor koeien klasse O blijft onder een grote druk op 2,66 €/kg einde september (-8 % in vergelijking met 2015; -7 % in vergelijking met 2014).

Naar: Tendances Lait

et viande (Idèle)