Startpagina Veeteelt

Prof Nadine Buys : ‘Dierenwelzijn en economische rentabiliteit zijn geen tegenpolen’

“We hebben dieren nodig als we dierlijke producten willen eten. Laten we ze dan tijdens hun leven ook verder zo goed mogelijk behandelen. Die dierlijke producten zijn vandaag echter te goedkoop. Wie het dierenwelzijn als burger belangrijk vindt, moet als consument meer willen betalen.” Dat zegt prof. dr. Nadine Buys (KU Leuven), die de gangmaker is van de nieuwe ‘Leerstoel’ Dierenwelzijn en -Ethiek.

Leestijd : 10 min

De voorbije jaren hebben we op het vlak van dierenwelzijn in Vlaanderen grote stappen voorwaarts gezet. Dat is ook de mening van prof. dr. Nadine Buys (KU Leuven), die al jaren baanbrekend onderzoekswerk levert en ondervoorzitter is van de Vlaamse raad voor Dierenwelzijn. Het is op initiatief van die raad dat Ben Weyts (N-VA), Vlaams minister voor Dierenwelzijn, een nieuwe leerstoel op universiteitsniveau financiert. Dit beklemtoont dat het belang van dierenwelzijn in de maatschappij en in wetenschappelijk onderzoek toeneemt.

Minister Ben Weyts ondernam al heel wat initiatieven, waarmee hij benadrukt en ook in de praktijk brengt dat Vlaanderen op het vlak van dierenwelzijn een voorloper in Europa is en wil blijven. Landbouworganisaties vragen daarover dringend én vooral meer overleg.

Maar wat is dierenwelzijn?

Dierenwelzijn wordt getoetst aan 5 vrijheden waaraan moet worden voldaan opdat de dieren een goed welzijn zouden kennen: vrijheid van dorst en honger, van ongemak, van pijn, kwetsuren en ziekte, van angst en stress en de vrijheid om zoveel mogelijk het natuurlijk gedrag te kunnen uitoefenen. Het lijkt simpeler dan het in werkelijkheid is: het welzijn van het dier vooropstellen in een welbepaalde context. Het afslachten van varkens bij een grote uitbraak van een virus komt het dierenwelzijn van die varkens niet ten goede. We leven echter in een maatschappij die zo’n ziekte wil vermijden, wat die handeling dus wél verantwoord maakt. Dan krijgt het dierenwelzijn in dit concrete geval een totaal andere invulling: als varkens toch moeten worden geslacht, laat het dan op een dierwaardige manier gebeuren.

Wat zijn vandaag pijnpunten?

De castratie van biggen is een voorbeeld. Er bestaan alternatieven, maar het is vooral een kwestie van de handel op de internationale markt. België is nu eenmaal een grote uitvoerder van varkens. Om die handel niet te verstoren, kan het probleem alleen op wereldschaal worden aangepakt. Dan zou een groot deel zijn opgelost. Er was een tijd geleden bijvoorbeeld een probleem bij een retailer rond een promotieactie van konijnenvlees. Hij importeerde vlees van niet-parkkonijnen. Na een opmerking van onze raad voor Dierenwelzijn volgde overleg. Nu ligt enkel nog – in de reguliere verkoop én bij promoties – het vlees van parkkonijnen op het winkelschap. Het kan dus duidelijk wel.

De maatschappij lust promoties aan dumpingprijzen.

Als je het dierenwelzijn in onze maatschappij belangrijk vindt, dan moet je er ook meer willen voor betalen. Alle dierlijke producten zijn vandaag té goedkoop. Er is een shift, een omslag bij de consument bezig. Men vindt klimaat belangrijk, men vindt minder vlees eten belangrijk, men vindt duurzamer produceren belangrijk. Dierenwelzijn is net een aspect van duurzaamheid! We moeten evolueren – ook voor een beter inkomen voor de boer – naar een maatschappij die meer betaalt voor dierlijke producten. Zo komt er ook meer dierenwelzijn: minder dieren op dezelfde oppervlakte, extra investeringen die nodig zijn...

De burger wil dat, de consument minder.

Als ik een kip koop, is dat een kip die trager is gegroeid. Ik vind dat gewoon lekkerder en het staat ook voor een beter dierenwelzijn. Oké, ik kan die duurdere kip betalen, dat klopt. Ik begrijp dat niet iedereen dat kan. Het moet ergens betaalbaar blijven. Anderzijds ben ik ervan overtuigd dat we met minder vlees kunnen dan wat we nu eten. Maar laat ons dan duurder vlees van betere kwaliteit consumeren. Dat geldt voor smaak én dierenwelzijn. Wat voor een leven heeft dat dier gehad? Ook dat is geld waard!

U kookt nog vaak zelf, maar velen kopen bereide gerechten.

Dat is waar, ja. Nochtans wordt de smaak van zo’n gerecht niet zozeer bepaald door het dierlijk product dat erin zit. Dat is soms eerder bijzaak. Eigenlijk is het dan de saus, de bereiding, die smaak geeft.

Op vraag van minister Ben Weyts maakte Piet Vanthemsche, ex-voorzitter van Boerenbond, hierover een studie. Maar die ligt ergens op het kabinet. Zonder bijsturing komt die maar niet aan uitvoering.

Ik weet niet wat het probleem is. Ik heb die studie zelf niet gezien. Feit is dat we elkaar in Vlaanderen nog beter moeten vinden. Zolang men dierenwelzijn en economische rentabiliteit als tegenstellingen ziet, gaat het niet lukken. Dierenwelzijn zou een label moeten zijn voor een duurzaam, economisch model. We hopen dat het er binnen enkele jaren komt. Het is belangrijk om te belonen, niet om te straffen. Zo bestaat in Nederland het label ‘Beter Leven’. Zoiets moet ook bij ons perfect kunnen.

Het is intussen bewezen dat het bijvoorbeeld rendabeler is om – zonder extra vergoeding – melkkoeien op stal te houden dan in weidegang te laten grazen. En die weidegang zou toch diervriendelijker zijn. Waar loopt het dan fout?

In sommige discussies blijft men hameren op dezelfde argumenten en komt men geen millimeter dichter. Wie de Amerikaanse cijfers blijft gebruiken om aan te tonen hoe vervuilend de kweek van vleesvee is, staat bijvoorbeeld ver af van de Belgische situatie. Dan baseer je je gewoon op foute cijfers. We moeten van elkaar erkennen dat we niet allemaal veganisten zijn. Dierlijke producten maken nog altijd deel uit van een evenwichtige voeding, al kan en moet het beperkter. Maar laten we elkaar op basis van wetenschappelijke argumenten vinden, en niet op basis van dogma’s en emoties.

Dat laatste doen ook dierenrechtenorganisaties maar al te vaak .

Van alle kanten wordt de veehouder belaagd. Het overgrote deel is zo gepassioneerd bezig, met passie voor de veestapel. Ik denk dat je je als veehouder ook niet goed voelt als je je dieren niet goed zou behandelen. Maar de kans zal altijd bestaan dat eens iemand met een verborgen camera een verwaarloosd dier filmt. Dat wordt dan vervolgens in de media sterk uitvergroot. Dat is zo erg voor die veehouders die dag en nacht hard werken om hun dieren wel goed te behandelen. De boeren kunnen alleen maar proberen te voorkomen dat die ene slechterik er nog tussenzit. Iedereen doet veel moeite, dat merk je ook bij alle jongere boeren.

Zijn er nog aandachtspunten?

De keizersnede bij het Belgisch wit-blauw, onze grote trots in het vleesvee. Dat is een hele moeilijke. Een rund dat kalft met een keizersnede kan niet zoveel drachten aan als een rund dat op een natuurlijke manier kalft. Het kan dus een probleem zijn qua langleefbaarheid. Het gaat dan over de ‘integriteit’ van een dier: is het verantwoord om een dier in stand te houden dat zich enkel op een niet-natuurlijk manier kan voortplanten? Dat is de basisvraag.

De vraag stellen, is die beantwoorden.

Voor alle duidelijkheid: ik spreek nu als professor huisdiergenetica. Ik denk dat er voldoende genetische diversiteit binnen het Belgisch wit-blauw is om weer te gaan selecteren in de richting van weer een breder bekken en meer natuurlijke kalvingen. Maar wat je niét mag doen, is dat natuurlijk kalven verplicht opleggen vanaf een bepaalde datum. Er gaan jaren over om dat te doen. Elk probleem moet je van alle kanten bekijken. Vanuit de sector is er de wil om te gaan kijken of er voldoende genetische variatie is en of het kan worden meegenomen in de fokkerij. Een Belgisch witblauw vaderdier in kruisingen doet het bijvoorbeeld ook heel goed.

Wat met fipronil, vogelgriep, dolle koeienziekte, varkenspest...

Een risico of ziekte gaat altijd voor in een maatschappij. Dat moet je te alle tijde vermijden, door onder meer vaccinatie. En bij de uitbraak van een crisis is het verantwoord om verdachte dierenstapels op te ruimen, maar dat moet op een humane manier gebeuren, of met zo weinig mogelijk dierenleed. Dat dierenwelzijn blijft echter een moeilijke zaak als de consument voor dierlijke producten niet meer wenst te betalen. En de retail? Die wil uiteraard een zo goedkoop mogelijk product. Maar ook daar zien we een omslag: met labels met lastenboeken, en zo. Er is al veel beterschap. Nu nog dat label.

One Health, One Welfare. Hoe zit dat elders in de wereld?

In Vlaanderen zetten we grote stappen vooruit en ook in Europa. Als de consument meer wil betalen, dan heb je een meerwaarde van het product dat in Europa wordt geproduceerd met aandacht voor dierenwelzijn. Als de consument niet meer wenst te betalen, dan blijven we goedkoop vlees uit andere landen importeren. Die nemen het misschien minder nauw met het dierenwelzijn. Amerika, Brazilië, China... het kan zijn dat men ook daar in positieve zin evolueert, maar daar heb ik geen zicht op. Ik sta minder met mijn 2 voeten in de praktijk dan vroeger. Kijk, vroeger zei men altijd: een dier dat goed groeit, heeft het goed. Groei was een parameter voor welzijn. We komen daar gelukkig van terug. Het klopt natuurlijk wel dat een dier dat ziek is, ook niet gaat groeien, maar we kunnen wel selecteren op vlugge groei en veel vlees. Er zijn echter dieren (in pluimvee, bijvoorbeeld) die dermate geselecteerd zijn dat hun gezondheid eronder lijdt.

Het blijft een moeilijke evenwichtsoefening.

Ja, een kip met vrije uitloop kan meer haar natuurlijk gedrag vertonen dan een kip in een verrijkte kooi, maar een kip in vrije uitloop komt meer in contact met eigen mest en kan zo gevoeliger zijn voor ziektes dan kippen in een verrijkte kooi. Het is echter zeker niet bevorderlijk voor de poten als kippen in een kooi op een draadrooster worden gehouden.

Runderen: binnen of buiten?

Buiten, economisch gezien misschien binnen. Iedereen, zeker kinderen, ziet ook graag koeien in de weide staan. Buitenloop is niet alleen goed voor de runderen zelf, het is vaak nog het enige contact dat mensen hebben met landbouwdieren. Laat de koeien in de weide staan, ja. Weides zijn hun natuurlijke habitat. Dat die keuze niet altijd de meest economische is, dat weet ik ook.

Kunnen dieren gelukkig zijn?

Dieren kunnen zich goed voelen, ja. Kunnen ze gelukkig zijn? Ik denk van wel. Je merkt dat vlugger bij gezelschaps- dan bij landbouwdieren. Maar ook hier weer: dat hangt af van de situatie. Ik zou bijvoorbeeld geen varken willen zijn dat een heel leven in een stal zit. Dat zeg ik in de wetenschap met wat ik nu weet, en dat zeg ik als mens. Dan projecteer ik mijn mens-zijn op dat varken.

Wat kiest u: boswachter of jager?

Zeker boswachter. Ik loop graag in de natuur rond. Dat zijn ook velden en weides. Als onderdeel van een natuurlijk landschap. Jager? Zelf een dier als hobby gaan schieten, zal ik nooit doen. Thuis heb ik, zoals velen, wel eens een kip helpen doden. Wie niet van mijn generatie? Maar om nu als hobby op jacht te gaan, nee. Ik zal geen everzwijn schieten, maar als dat aangewezen is om de populatie in te dijken, is dat nodig.

Wie is Nadine Buys?

Nadine Buys is professor huisdierengenetica (animal genomics) en verbonden aan de faculteit Bio-ingenieurwetenschappen van de KU Leuven (Dier & Mens, animal to human health engineering). Na haar opleiding (doctoraat over uierontsteking bij schapen, post-doctoraat over kippen) werkte ze jaren als onderzoekmanager voor het varkensselectiebedrijf Seghers Genetics. “Ik werkte meer dan 10 jaar als research-manager in de industrie. Die managerjob kwam me later goed van pas in mijn functie als decaan.”

In 2002 kwam een deeltijdse functie professor moleculaire genetica van dieren vacant aan KU Leuven. Toen in 2007 professor Walter Vandepitte op emeriraat trok, werd Nadine Buys voltijds professor en was ze van 2013 tot 2019 decaan. “Indien ik nog eens 4 jaar decaan zou zijn, zou ik te dicht bij mijn emeriraat komen om nog iets anders op te bouwen. Ik wilde graag nog aan onderzoek doen.”

Haar specialiteit is de genetica van huisdieren: kenmerken van dieren, erfelijke selectie van dieren... “Ik geef nog vrij veel uren les: algemene dierkunde aan bio-ingenieurs, en daarnaast nog algemene en huisdierengenetica.” Maar ook varkens komen vaak in haar onderzoekswerk terug. Nadine Buys zetelt ook als ondervoorzitter in de Vlaamse raad voor Dierenwelzijn. Dirk Lips is voorzitter van die raad.

Leerstoel Dierenwelzijn -en Ethiek

Een doctoraat en een lessenreeks waarin de rol van het dier in de maatschappij centraal staat. Dat zijn de 2 doelen van de nieuwe ‘Leerstoel’ Dierenwelzijn en -Ethiek, die door KU Leuven en UGent wordt geïnstalleerd. Het interdisciplinair karakter is de grote sterkte, zegt gangmaker prof dr. Nadine Buys.

Aan de Universiteit Antwerpen bestaat sinds verleden jaar een Leerstoel Dier & Recht, dat onderdak heeft bij de faculteit Rechten en focust op dierenrechten. “One Health, One Welfare: dat is de koepelidee bij ons. Geen dieren- zonder mensenwelzijn. Want je kan aan het welzijn van de dieren op een landbouwbedrijf ook afleiden of het goed gaat met de mensen zelf. One Welfare dient om de verbindingen tussen het welzijn van dieren, welzijn van de mens en het milieu te benadrukken. Het bevordert interdisciplinaire samenwerking om het welzijn van mens en dier internationaal te verbeteren.

Wij willen met onze ‘Leerstoel’ Dierenwelzijn en -Ethiek mensen op hoog niveau opleiden naar dierenwelzijn toe. Niet alleen studenten die al interesse hebben, maar elke geïnteresseerde student. Dierenwelzijn spreekt een veel bredere populatie aan en vaak bekijkt men dit thema veel te eng. We bekijken alles vanuit het dier zelf. Het interdisciplinair karakter wordt onze grote sterkte.” In totaal zijn 5 professoren van 4 verschillende faculteiten betrokken, verdeeld over de KU Leuven (Bio-ingenieurswetenschappen) en UGent (Diergeneeskunde). “Die samenwerking over de verschillende faculteiten maakt het al uniek. Praktisch wordt nog een student gezocht om een doctoraat te maken over de rol van het dier in de maatschappij en dat One Welfare-principe.”

Daarbovenop komt er nog een lessenreeks, die het volgend academiejaar 2021-2022 van start gaat. “Dat vak zien we veel breder dan dat doctoraat met die 5 promotoren. Voor die lessenreeks gaan we een beroep doen op alle expertise die in Vlaanderen aanwezig is. En desnoods, ook uit het buitenland. De lessenreeks valt in KU Leuven ook onder de faculteit Bio-ingenieurswetenschappen, in UGent onder de faculteit Diergeneeskunde. Enerzijds een verplicht vak in de opleiding, anderzijds ook een keuzevak voor andere studenten. De toegankelijkheid van deze lessenreeks voor elke student is heel belangrijk.” De leerstoel wordt voor 5 jaar gefinancierd. “Het is onze bedoeling om er iets duurzaams van te maken. Die lessenreeks loopt daarna nog verder, met nieuwe aspecten in een alsmaar wijzigende context.”

Lieven Vancoillie

Lees ook in Veeteelt

Meer artikelen bekijken