In het project werden drie praktijkbedrijven uitgebreid doorgelicht. Op basis van de specifieke bedrijfssituatie werd een strategisch plan van aanpak uitgetekend, in samenspraak met verschillende erfbetreders (bedrijfsdierenarts, voeradviseur…). Ook bij de implementatie en opvolging van het plan werden de bedrijven ondersteund en opgevolgd.
Jongvee-opfok optimaliseren
Jongvee kost geld. Daarnaast produceert het jongvee mest en methaan en gaat er een aanzienlijk deel van de beschikbare arbeid naartoe. Bovenal is het jongvee de toekomst van de melkveestapel op het bedrijf. Veel redenen dus om voldoende aandacht aan jongvee-opfok te besteden.
Vaarzen die op een gemiddelde leeftijd van 24 maanden voldoende uitgegroeid kunnen afkalven, zorgen voor een duurzamere bedrijfsvoering. Ze produceren minder mest en methaan, vragen minder arbeid en ruwvoeder en zijn een stuk goedkoper in opfokkost. Daarbovenop hebben jongere vaarzen minder problemen bij de start van de eerste lactatie en gaan ze gemiddeld langer mee.
Lagere afkalfleeftijd loont
Voor een bedrijf van 100 koeien dat de afkalfleeftijd verlaagt van 27 maanden naar 24 maanden, betekent dit een besparing van 1,5 ha grond voor ruwvoederproductie en mestafzet. De methaanproductie per gekalfde vaars ligt dan ook 13 % lager.
Hoe een lagere afkalfleeftijd kan worden gerealiseerd, is voor veel melkveehouders minder duidelijk. Toch is vooral een volgehouden correct management, met aandacht voor de gekende basisprincipes, de belangrijkste pijler voor een succesvolle opfok. Grote investeringen of speciale ingrepen zijn zelden nodig om tot betere resultaten te komen. Zo vormt de huisvesting al een eerste belangrijke stap tot succes. Gescheiden opfok tot 6 weken in propere hokjes met propere drink- en voerbakken lijkt evident. Toch gaat het er in de praktijk vaak anders aan toe. Tijdsdruk en andere prioriteiten leiden vaak tot afwijkingen van de gewenste gang van zaken.
Biest en kalverhokjes
Het verstrekken van voldoende biest van goede kwaliteit is een ander aandachtspunt. De 4 V’s van de biestverstrekking, ‘veel’, ‘vlug’, ‘vaak’ en ‘vers’, zijn alom gekend. Toch gaat het ook hier in de praktijk vaak net iets anders. Een duidelijke en doordachte werkwijze kan ook op dit vlak de resultaten gevoelig verbeteren.
Door de fouten en tekortkomingen in de huidige bedrijfsvoering te identificeren en gericht aan te pakken kan ook hier vooruitgang geboekt worden. In het project werden de praktijkbedrijven verder ook ondersteund in het uitdenken van een vaccinatie- en bioveiligheidsplan, samenstellen van geschikte opfokrantsoenen…
Langleefbaarheid loont
Als melkkoeien langer meegaan, moeten er minder vervangen worden. Ook dit levert een reductie van methaanuitstoot en mestproductie, en een arbeidsbesparing. Voor een bedrijf van 100 melkkoeien levert de verlaging van het vervangingspercentage van 34 % naar 27 % een be