Mondiale landbouwprijzen de komende 10 jaar stabiel tot wat lager

De FAO is de wereldvoedselorganisatie van de VN. De OESO is een economisch gericht samenwerkingsverband van vooral rijkere landen. De twee organisaties hebben voor alle belangrijke agrarische grondstoffen inclusief vis nationale en internationale ramingen verzameld. Het rapport komt met een omvangrijke disclaimer: handelsspanningen, ziektedruk, het klimaat en regulering laten zich moeilijk voorspellen. Het is dus een rapport ‘met de beste kennis die nu beschikbaar is.’

Productiviteit neemt toe

In het rapport staat dat opbrengsten per hectare toenemen door technologische innovatie, zoals nieuwe veredelingstechnieken of doorbraken in de fokkerij, terwijl het landgebruik ongeveer constant blijft. De wereldwijde productie neemt daardoor toe. De directe uitstoot van broeikasgassen vanuit de landbouw neemt naar verwachting de komende 10 jaar met een half procent per jaar toe. De groei van de uitstoot neemt daarmee af, want in de afgelopen 10 jaar lag de groei nog op 0,7 procent per jaar.

Wereldwijd zal het verbruik van granen voor voedsel het komende decennium toenemen met 150 miljoen ton, oftewel 13%. Verreweg de meeste groei wordt opgetekend voor rijst en tarwe. De belangrijkste reden dat de vraag naar dit hoofdbestanddeel van een maaltijd ligt in de snelle bevolkingsgroei in Afrika ten zuiden van de Sahara en Zuid-Azië. Nu al importeren landen in Afrika en het Midden-Oosten veel tarwe, waarbij met name Frankrijk en Rusland hofleverancier zijn.

De rapporteurs schrijven dat de wereld vooral meer suiker en plantaardige olie zal consumeren, een teken dat de trend richting verwerkt en houdbaar voedsel doorzet. De trend is vooral zichtbaar in de snel verstedelijkende lage- en middeninkomen-landen. Gezondheids- en welzijnsproblemen zorgen er tegelijk voor dat consumenten in rijkere landen minder rood vlees consumeren, en plantaardige olie verruilen voor boter. De zuivelvraag blijft mondiaal groeien, net als de vraag naar vlees. Binnen het vleessegment is de groei voor pluimveevlees het sterkst.

De vraag naar voedergewassen zal volgens de projecties de dierlijke productie voorblijven in landen waar de veehouderij opschuift van traditionele naar commerciële productiesystemen. Het gebruik van landbouwgrondstoffen als brandstof voor auto’s lijkt vooral in ontwikkelingslanden te blijven groeien.

Langzame inkomensgroei

Honger neemt af, maar het gaat langzaam. “Helaas, voor de meest behoeftige regio’s wordt langzame inkomensgroei verwacht en daardoor slechts beperkte vooruitgang in hun voedingssituatie”, zegt economisch en sociaal specialist Máximo Torero van de FAO. “De bevindingen wijzen naar een algemene afname van ondervoeding; en toch, in het huidige tempo van vooruitgang, blijven we ver verwijderd van het ‘Nul Honger’-doel voor 2030.”

OESO-directeur voor handel en landbouw Ken Ash stelt ook dat de vooruitblik overduidelijk maakt hoe belangrijk handel is voor de wereldwijde voedselzekerheid. “Regio’s die snelle bevolkingsgroei realiseren zijn niet noodzakelijk de landen waar voedselproductie op een duurzame manier kan worden vergroot, dus is het essentieel dat alle regeringen open, transparante en voorspelbare agro-food markten ondersteunen.”

De handel in landbouw- en visserijproducten zal de komende 10 jaar jaarlijks toenemen met 1,3%. In het afgelopen decennium lag dit percentage met 3,3% nog veel hoger. De oorzaak ligt volgens FAO en OESO in een afnemende importvraag. Latijns Amerika en Europa zullen volgens de ramingen meer gaan exporteren naar de rest van de wereld. De Europese landbouw wordt dus eerder meer op de buitenwereld gericht, dan minder - ondanks een verschuiving naar lokale producten in het supermarktschap.

Jan Cees Bron

Meest recent

Meest recent