D e 43-jarige Trey Hill is nu de ‘leading man’ is in Harborview Farms, maar de geschiedenis van de boerderij gaat terug tot iets na 1900. Herman E. Hill, Trey’s grootvader, begon het landbouwbedrijf al in 1940. Het bedrijf kende een enorme groei en uiteindelijk trad Trey Hill ook toe tot het bedrijf. Ze gaven de boerderij de naam Harborview Farms. Er werkt momenteel een 12-koppig team, waarvan de leden elk hun eigen verantwoordelijkheden hebben, zoals het rijden met de tractors. “We werken niet met immigranten, en we hebben veel gemechaniseerd ook”, vertelt Trey.
Nu is het bedrijf uitgegroeid tot een oppervlakte van 5.260 hectare waar hij maïs, soja en tarwe verbouwt. Hij werkt in een gebied waar niet genoeg mais of soja wordt geteeld. Rond de 70 % van Maryland wordt immer gebruikt voor groenbedekkers. “Maïs wordt daarom geïmporteerd van het Middenwesten.” Bonen komen dan weer van Zuid-Amerika. Zijn tarwe gaat naar Pennsylvania voor verwerking tot bijvoorbeeld bakbloem.
“De manier waarop wij aan landbouw doen is onconventioneel, maar niet uniek. Ik beschouw het bedrijf als duurzaam, maar we gebruiken voorlopig nog normale chemicaliën”, lacht hij. Zoals we het horen lijkt Harborview Farms hét voorbeeld dat onconventioneel wel kan helpen.
Groenbedekkers voor een stabiele grond
Harborview Farms wil de ecologie van de Eastern Shore-regio verbeteren door intensief groenbedekkers te gebruiken. Al 20 jaar plant Trey ze, op al zijn velden. De voordelen ervan zijn ook in België gekend: de bodem wordt er beter van, er is minder erosie en minder stikstofuitspoeling naar de rivieren. “En dat heeft geloond want ondertussen is de Chesapeake baai veel properder. Alle landbouwers moeten een nutriënt management plan hebben. Naast de inspanningen van boeren zal de verbetering ook wel iets te maken hebben met het feit dat bepaalde stedelijke problemen worden aangepakt”, voegt hij toe.
Het gebruik van groenbedekkers zorgt in ieder geval voor een goede opbouw van organisch materiaal in de bodem door de werking van de aardwormen. “We laten het organische materiaal liggen, de aardwormen brengen het naar de bodem. Ze kunnen er zijn omdat we niet ploegen, en er dus geen compactie is. Wij krijgen er een stabiele grond met een aggregaatstructuur mee.” Hij voegt de daad bij het woord en voelt aan de grond. “Een goede bodemgezondheid heb je als je je handen niet vuil maakt bij het kneden ervan.” Dat hij werkt aan het organische stofgehalte in zijn bodem is bovendien nodig, want van nature is in hun regio - dicht bij de kust - weinig organisch materiaal aanwezig.
Verder zijn er nog voordelen aan het langer laten staan van de groenbedekkers: het voorkomt dat het onkruid ontkiemt tijdens het seizoen, de bodem houdt beter vocht vast en maakt het zo meer droogteresistent. “Daarnaast wordt een hoop koolstof opgeslagen in de bodem, wat een van de oplossingen is voor klimaatverandering”, vertelt hij.
Eigen aanpak van zaaien en oogsten
Na de herfstoogst worden de groenbedekkers zo snel mogelijk gezaaid, zodat ze nog goed kunnen groeien voor ze dormant worden in de winter. Dat inzaaien gebeurt via een zaaimachine of ze zaaien met het vliegtuig. “Dat zaaien is echt duur, maar de staat Maryland financiert hierin gelukkig alles. Ze voorzien hier een gunstig programma voor landbouwers.”
In het voorjaar is het wel nodig om te scouten om de onkruid- en ongediertedruk in het oog te houden en op tijd op te treden moest dat nodig zijn. “Omdat we zo lang graanrogge op onze velden hebben geplant, zien we voor het eerst sinds jaren terug legerwormen in de velden.” Omdat ze niet willen ploegen, zijn ze nog afhankelijk van chemicaliën voor de onkruidbeheersing, zoals glyfosaat. Ook tegen legerwormen zijn insecticiden nodig. “Het gebruik van chemicalïën zie ik als een goedkope optie, maar we proberen de hoeveelheid elk jaar toch wat af te bouwen”, klinkt het nog. “Hoe we dat gaan doen, hangt van veld tot veld af, want elk veld vraagt een andere benadering.”
In het voorjaar kiezen de meeste boeren in de buurt ervoor vier weken voor het zaaien de groenbedekkers af te doden. Trey laat echter de gewassen nog doorgroeien: ze zaaien de maïs en soja vaak terwijl de dekgewassen nog leven en wachten vaak tot twee weken nadat het gewas is geplant om ze te doden met herbicide. “Door de groenbedekkers langer te laten staan gaan de wortels dieper om voedingsstoffen uit de bodem te halen. Zo heeft de soja en maïs zeker voldoende voedingsstoffen tijdens het groeiseizoen”, klinkt het.
Het planten van de soja en de mäis gebeurt in de groenbedekkers al 10 jaar. “Maar het was wel een trial and error proces. De planter moest ook worden aangepast en ons nutriëntenmanagement moest ook anders. We moesten zoeken naar een methode om het zaad wat stikstof te geven.” Daarnaast merken ze dat met deze methode het langer duurt eer de jonge maïsplantjes opkomen. “Of het meer opbrengst geeft dan de normale methode, dat weten we nog niet zeker, maar daarom werken we ook met onderzoekers om dat mee uit te zoeken.”
Meer soorten maakt de bodem weerbaar
Als groenbedekkers gebruikt hij ook mixen. “Door verschillende soorten te gebruiken maak je de bodem een pak weerbaarder, maar je moet nadenken welke soorten je gebruikt. Roggegras en maïswortels gaan bijvoorbeeld absoluut niet samen want dan zal maïs niet opbrengen”, vertelt hij. “Je moet een omgeving creëren die dicht staat bij de natuurlijke wereld”, concludeert hij. In zijn mixen gebruikt hij radijs, klaver, mosterd, maar ook graansoorten als rogge en gerst. “Koolzaad gebruiken we ook om bijen aan te trekken. Het is een soort die hier niet veel wordt gebruikt, maar we proberen mixen samen te stellen die goed zijn voor pollinators”, klinkt het.
Verder weet Trey te vertellen dat er ook onderzoek naar groenbedekkers wordt verricht op zijn boerderij. In samenwerking met de universiteit van Maryland wordt bijvoorbeeld de efficiëntie van verschillende zaaimethoden vergeleken. Daarnaast doet ook het Sustainable Agricultural Systems Laboratory van het USDA er onderzoek. Doel is hier dat boeren kunnen beslissen welke groenbedekker ze nodig hebben, in welke dosis en wanneer ze geplant moeten worden.
Zonne-energie
Verder is duurzame energie belangrijk voor hem. Op een perceel van 0,4 hectare staan namelijk twee zonnepanelen. Ze kunnen jaarlijks voor bijna 390.0000 kWh energie produceren. Hiermee kunnen meer dan 400 huizen in de staat Maryland van energie worden voorzien, gebaseerd op informatie van de Energy Information Administration (EIA). Trey heeft er in ieder geval voldoende elektriciteit mee, voor het hele graansysteem, maar ook voor de kantoorruimtes.
Dat is toch een mooi begin voor Maryland, waar 90% van de energie nog niet hernieuwbaar is. Ze blijven echter nog steeds aangesloten op alle stroomtransmissievoorzieningen die hen normaal gesproken van stroom voorziet.
Nieuwe graandroger
Om graan voor een langere periode te bewaren, moet het op het juiste vochtgehalte worden gedroogd. Dat gebeurt met de twee graandrogers. Normaal wordt propaan gebruikt om het drogen te doen slagen. Echter, het Kathleen A.P. Mathias Agriculture Energy Efficiency Program stelde de familie in staat een vervuilende graandroger te vervangen door een elektrische variant. Jaarlijks bespaart het hen 3.200 kWh elektriciteit en rond de 121.000 liter propaan.
Efficiënt waterbeheer
Ten slotte beseft de boerenzoon ook dat water een erg belangrijke hulpbron is. Op de Harborview Farm probeert de familie dan ook het water en de waterkwaliteit te behouden. Ze installeerden een regenvat met een capacteit van rond de 41.000 liter. Dat vangt het water op dat de chemische mengsels moet verdunnen tot de juiste concentraties.
Puntbronvervuiling en chronische vervuiling worden ook zoveel mogelijk vermeden. Om puntbronvervuiling tegen te gaan, zorgde de familie voor een 15 cm stoeprand rond de omtrek van de chemische loods, maar ook voor brandstof/wasmatten en olieopslagplaatsen om morsingen op te vangen die vervolgens kunnen worden verwijderd. Ten slotte moet een hellende vloer water met afvalstoffen naar de afvoerleidingen voeren. Dit water wordt gefilterd en kan erna hergebruikt worden. Een volgende stap is een bioreactor, klinkt het, om het water zeker proper en veilig terug in het agrosysteem te brengen.
Precisielandbouw
Zo innovatief de familie werkt in het veld, zo innovatief zijn ze ook op management-gebied. “Het is ook nodig. Door de slechte prijzen voor onder andere soja, moeten we 20 % besparen op onze uitgaven.” Door in te zetten op technologie, precisielandbouw en satellietdata heeft Trey de ambitie een game changer te zijn. Management software gericht op de boerderij stelt hen in staat om verschillende activiteiten en zaken bij te houden, zoals plant- en oogstschema's, voedingsstoftoepassingen, inputkosten en inventarisatie. Het maakt het ook mogelijk om taken toe te wijzen en de voortgang ervan bij te houden. Zo kunnen de inspanningen van al de medewerkers gesynchroniseerd worden, en verlopen de activiteiten vlot. Scouting notities en foto’s kunnen ook worden geüpload, waardoor managementbeslissingen makkelijker worden.
Verder wordt op de zaaimachines, sproei- en bemestingsapparatuur GPS-technologie aangesloten, die nog verbeterd wordt door het gebruik van satellietbeelden van Encirca, een product van Pioneer. Op die manier kan bijvoorbeeld op de juiste plaats net zoveel stikstof toegediend worden als de plant nodig heeft, waardoor verlies van voedingsstoffen wordt beperkt. Tijdens het planten worden verschillen in bodemkwaliteit binnen elk veld opgevangen door producten van Precision Planting zoals DeltaForce om de diepte van het zaad te controleren en e-set aandrijvingen die de zaadhoeveelheden nauwkeurig meten, afhankelijk van het bodemtype, de temperatuur en het vochtgehalte. De combinatie verbetert de plantnauwkeurigheid, kiemkracht en uiteindelijk de opbrengst.
Encirca
Encirca geeft ook dagelijks beelden en rapporten over de gezondheid van het gewas, en laat bovendien toe dat gewassen op meterniveau beheerd kunnen worden. De beelden helpen hen ook beter te focussen op een goede scouting. “We hebben ook vele andere middelen om de variabiliteit en omstandigheden in het veld te meten, zoals Trimble's GreenSeeker gewasdetectiesysteem, dat infrarood licht gebruikt om de variabiliteit in real time te meten en te kwantificeren. Na de meting wordt een plan van aanpak opgesteld om de variabiliteit van het gewas te behandelen. Onze systemen registreren ook nauwkeurige veldkaarten en opbrengstkaarten om ons te helpen bij het nemen van toekomstige beslissingen op het gebied van landbouwbeheer. Door de Case-IH's AFS (Advanced Farming Systems) Connect, synchroniseren onze meters automatisch en hebben we direct toegang tot alles, van opbrengstkaarten tot motordiagnosesystemen. Zo kunnen we ons beter aanpassen aan veranderende omstandigheden en onvoorziene uitdagingen.”
ForwardFarming van Bayer
Omdat het milieu hoog in het vaandel wordt gedragen bij Harborview Farms, kwam Bayer snel bij hen uit met de vraag ForwardFarming te presenteren in Amerika. Met al de moeite die hij deed naar energie, de bodem en minder vervuiling, vond Bayer Harborview Farms een perfecte uitvalsbasis voor rondleidingen. “Ik heb met hen een contract dat ze vier keer per jaar hier een tour mogen organiseren. Dan komen er ook experten praten over bijvoorbeeld bodemgezondheid en technologie”, legt hij uit. “Het fijne is dat ik ook niet verplicht ben al hun producten te gebruiken. Enkele van hun fungiciden gebruik ik, maar daarnaast blijven toch de producten van bijvoorbeeld Syngenta staan. Bayer heeft daar gelukkig geen probleem mee”, lacht hij.
Wat hij van plan is in de toekomst, zal Bayer waarschijnlijk ook wel graag horen. “Ik wil nog zo’n 10 à 15 % groeien in capaciteit en verder inzetten op duurzaamheid. Dat doe ik ook om verder de kosten te drukken. Meer land gebruiken is geen optie.” Als je weet dat de competitie om land hoog is, is zijn keuze wel logisch. “Wil je een acre (0,4 hectare, red) kopen, dan betaal je gemakkelijk 10.000 dollar.”
MV
