Startpagina Veeteelt

Greenpeace analyseert eigen droomscenario’s rond Belgische veeteelt

De Université Catholique de Louvain (UCL) voerde in opdracht van Greenpeace onderzoek uit naar drie door de milieu-organisatie zelf gedefinieerde toekomstscenario’s rond de veeteelt in 2050. Op basis van die resultaten besluit Greenpeace, niet het onderzoeksteam, dat een vermindering van de veestapel met 83  % wenselijk is. Dat stuit op reactie bij landbouworganisaties en bij de Belgische landbouwminister Ducarme.

Leestijd : 7 min

Milieu-organisatie Greenpeace heeft acht criteria opgesteld voor wat zij beschouwt als ecologische veeteelt. Op basis daarvan fingeerde de Belgische tak van de multinationale ngo twee scenario’s voor de toekomst, waarin de Belgische veeteelt tegen 2050 aan haar acht criteria voldoet. De onderzoekers van de Université Catholique de Louvain (UCL) berekenden vervolgens de gevolgen voor de veestapel, de vleesconsumptie en het klimaat.

Het eerste overgangsscenario (T1) gaat uit van een veestapel die voor 30% biologisch is, en voor 70% extensief. Al het krachtvoer moet daarbij in België zijn geproduceerd. Het tweede scenario (T2) beoogt 100% biologische veeteelt, waarbij dieren enkel restproducten uit Europa bijgevoederd krijgen. Beide scenario’s veronderstellen het gebruik van dubbeldoelrassen voor zowel melk- als vleesproductie.

Professor Philippe Baret benadrukt: “Wij hebben het onderzoek uitgevoerd, Greenpeace heeft de resultaten geïnterpreteerd en gecommuniceerd.”
Professor Philippe Baret benadrukt: “Wij hebben het onderzoek uitgevoerd, Greenpeace heeft de resultaten geïnterpreteerd en gecommuniceerd.” - DC

Verder stelde het onderzoeksteam onder leiding van professor Philippe Baret nog een huidige stand van zaken op, en een business as usual scenario (BAU). Voor dat laatste trokken de onderzoekers de trends van de laatste tien jaar door tot in 2050.

T2-overgangsscenario

Het tweede overgangsscenario sluit het nauwst aan bij de visie van Greenpeace. Het onderzoeksteam kwam uit op een daling van 58% van de uitstoot van broeikasgassen in vergelijking met 2015. Tegelijk berekenden de onderzoekers dat de impact op de biodiversiteit met 76% zou dalen. Greenpeace voegt daar nog aan toe dat dankzij de totale omslag naar bio het dierenwelzijn zal verbeteren, en er geen zo door de organisatie gehate pesticiden meer zullen toegepast worden (behalve die toegestaan in bio, red.)

Maar om genoeg voedsel te kunnen produceren onder de voorwaarden van Greenpeace, moet de veestapel verminderd worden met maar liefst 83%. Elke Belg kan dan dagelijks 27g vlees eten. Greenpeace stelt voor de lagere vleesconsumptie op te vangen met een hogere consumptie van melkproducten. De productie van melk zou in dit scenario trouwens met 15% stijgen. Dat is niet vanzelfsprekend, met dubbeldoelkoeien en een beperkte veestapel.

T1-overgangsscenario

In het eerste overgangsscenario van Greenpeace mogen ook de veehouders met een gedifferentieerd, extensief landbouwmodel blijven, naast de geprojecteerde 30% biologische veehouders. De geproduceerde hoeveelheid vlees daalt in dit scenario met de helft, de melkproductie stijgt ook hier met 15%. De onderzoeksresultaten wezen op een daling van broeikasgasemissies met 48%, zoals steeds in vergelijking met 2015. De impact op biodiversiteit zou dalen met 57%, en het pesticideverbruik met 69%, schatten de onderzoekers nog.

De dagelijkse portie vlees per Belg bedraagt in dit scenario 64g, wat strookt met de gezondheidsaanbevelingen. Er zou zelfs nog vlees geëxporteerd kunnen worden, in beperkte mate. Onder meer door de grote hoeveelheid biologisch krachtvoer blijft er echter te weinig landbouwgrond over om voldoende granen voor humane voeding te produceren.

Gewoon verderdoen

De BAU in BAU-scenario staat voor business as usual, of gewoon verder doen zoals we bezig zijn. Volgens de onderzoekers neemt de vleesproductie nog licht toe, terwijl de consumptie daalt tot 70g per dag, wanneer we de trend van de laatste tien jaar volgen. Dat betekent volgens Greenpeace meer export, en een Belgische veestapel zo groot als die in 2015.

De onderzoekers voorspellen een afname van 13% wat uitstoot van broeikasgassen betreft. Dat verklaart Greenpeace door technologische vooruitgang, verhoogde productie-efficiëntie en een afname van het aantal runderen. Tegelijk daalt de impact op de biodiversiteit met 9% in vergelijking met 2015, berekende het UCL-team.

Huidige situatie

De onderzoekers van UCL herberekenden de uitstoot van de Belgische veeteeltsector in 2015 opnieuw. Anders dan de officiële cijfers, namen zij ook de uitstoot bij de productie van geïmporteerd veevoeder mee. Dat resulteerde in 13.850 kiloton CO2-equivalenten, bijna het dubbele van de officiële cijfers. De zuivel- en varkenssector zijn beide verantwoordelijk voor een derde daarvan, de rundveesector voor 23% en de pluimveesector voor een tiende.

Greenpeace wijst op de hoge zelfvoorzieningsgraad van de Belgische veehouderij. Die bedraagt 261% voor varkensvlees, 158% zowel voor rundvlees als kip en 135% voor zuivel. Tegelijk voerde België iets minder dan de helft van het krachtvoeder in. De milieu-organisatie betoogt dat de hoge import en export, gezien de hoge kost voor het klimaat en het gebrek aan rendabiliteit voor de boer, onzinnig zijn.

Greenpeace laat niet na in haar verslag op te merken dat conventioneel beter presteert wat de uitstoot van broeikasgassen per kilo vlees betreft. Ze beroept zich op de nadelige invloed op biodiversiteit en dierenwelzijn van conventioneel om het af te keuren.

Baret biedt kader

De studie is een gefundeerde gedachtenoefening rond vooraf vastgestelde scenario’s op maat van Greenpeace. Professor Philippe Baret, lid van het UCL-onderzoeksteam, legt duidelijk de scheiding van taken uit: “Wij hebben het onderzoek uitgevoerd, Greenpeace heeft de resultaten geïnterpreteerd en gecommuniceerd. We hebben samengewerkt met duidelijk afgebakende rollen: Greenpeace bepaalde de doelstelling en de scenario’s en houdt zich verder bezig met de communicatie, wij zijn verantwoordelijk voor de proefopzet, de dataverzameling, de wetenschappelijke analyse en het rapport. Dat is voor iedereen beschikbaar.”

Greenpeace besluit uit de resultaten dat het scenario waarin de Belgische veestapel afgebouwd wordt met 83%, elke Belg 27g vlees per dag eet en de Belgische export van veehouderijproducten ophoudt te bestaan, mogelijk en het meest wenselijk van de drie onderzochte scenario’s is. Er zijn natuurlijk ontelbare andere scenario’s mogelijk, die niet zijn onderzocht.

Wie eigen scenario’s wil laten onderzoeken, kan hiervoor bij professor Baret terecht. “Nu de proefopzet op punt staat, en de huidige situatie en het BAU-scenario al onderzocht zijn, kan dat voor minder dan wat Greenpeace ter beschikking heeft gesteld”, lacht hij. “Wat wij wilden was een kader creëren, om het debat met cijfers te kunnen voeren. Greenpeace is enkel geïnteresseerd in één bepaald gebied in dat kader. Daarom hebben zij daarin geïnvesteerd.”

Greenpeace vóór veeteelt

Waarom gaat Greenpeace zo ver in haar focus op veeteelt, dat de organisatie een wetenschappelijk rapport bestelt? Projectverantwoordelijke Sébastien Snoeck: “Greenpeace is sinds lang bezig met natuurbehoud, watervervuiling en klimaatverandering. De productie van vlees en dierlijke eiwitten stoot broeikasgas uit, neemt land in en heeft gevolgen voor natuur en water. Tegelijk consumeren mensen meer vlees dan gezond voor ze is. Dit is niet meer te verantwoorden.”

Sébastien Snoeck, projectverantwoordelijke voor Greenpeace.
Sébastien Snoeck, projectverantwoordelijke voor Greenpeace. - DC

Wereldwijd wil Greenpeace de productie en consumptie van vlees gehalveerd zien. Toch stelt de organisatie, bij monde van Snoeck, niet tegen het eten van vlees te zijn: “Dieren vervullen een belangrijke rol in de landbouw. Ze houden de bodemvruchtbaarheid op peil. We willen dat consumenten met trots een Belgische biefstuk kunnen eten, van een boer die ze kennen. De veeteeltsector vandaag werkt niet: niet voor het klimaat, niet voor het milieu, en niet voor de boer. De studie die we lieten uitvoeren heeft enkel nut als er een discussie van komt. We reiken een hand aan alle landbouwers die met ons rond de tafel willen zitten.”

Gemunt op veeteelt

Krantenkoppen als “Greenpeace wil veestapel 83% inkrimpen” geven toch een andere indruk. Het Algemeen Boerensyndicaat (ABS) en Boerenbond reageerden verveeld, en herhaalden dat het inkrimpen van de veestapel geen mirakeloplossing is. Beide verenigingen herinnerden aan cijfers die de veeteelt pas op de vijfde plaats van broeikasgasuitstoters plaatst, na mobiliteit, energie, huishoudens en industrie.

Het aanrekenen van de uitstoot die vrijkomt bij de productie van veevoeder vindt Boerenbond fout: “Dan telt bij mobiliteit ook de uitstoot die gepaard gaat met de productie van de wagens en van de brandstof mee. Dan zal opnieuw blijken dat veehouderij slechts een beperkt aandeel heeft in de uitstoot van broeikasgassen en dat een afbouw van de veestapel ook in dat geval slechts tot een minieme vermindering van de totale uitstoot leidt.”

Waarom viseert Greenpeace dan de veeteelt? “Klimaatverandering is ons grootste probleem. Globaal gezien is de energiesector, die gebruik maakt van fossiele brandstoffen, de grootste boosdoener. Daar hebben we campagne gevoerd. Op de tweede plaats staat transport, en ook daar voeren we campagne. Landbouw, tesamen met land use change, zoals het afbranden van bossen voor landbouwgrond, staat globaal op de derde plaats.”

Realisme zoek

Het belangrijkste argument van de landbouworganisaties is dat het inperken van de veestapel niet genoeg resultaat oplevert om de enorme socio-economische gevolgen ervan te verantwoorden. Bovendien zijn geen van de twee voorgestelde scenario’s realistisch: de studie negeert Europese en internationale handelsregels net zo makkelijk als technische beperkingen.

“Indien Greenpeace oprecht bekommerd is over het inkomen van onze Vlaamse veehouders, dan moet ze ophouden met het culpabiliseren en stigmatiseren van onze Vlaamse veehouders. Zij bewijzen wel degelijk dat zij in staat zijn om via technologie en innovatie hun klimaatimpact stelselmatig te verminderen”, stelt Boerenbond. Federaal landbouwminister Denis Ducarme wijst er net als Boerenbond op dat de sector tussen 1990 en 2016 al een vermindering in broeikasgasuitstoot van 20% realiseerde, en noemt de studie een extreem harde aanval op een veeteeltsector die door export ook voor jobs en een goede uitstraling naar de buitenlanden zorgt.

Er is veel mogelijk, maar een vermindering in uitstoot van 13% tegen 2050, zoals in het BAU-scenario, is te weinig. De sector verbond zich ertoe tegen 2030 de uitstoot met nog 26% te verminderen. Dat moet ze halen. Daarbij staat het haar vrij om haar eigen scenario te schrijven.

DC

Lees ook in Veeteelt

Michael Gore: “Als het zo doorgaat, glijden we opnieuw af naar een crisis in de vleesveesector”

Vleesvee Het aantal runderslachtingen staat op een historisch laag niveau. We produceren vandaag de dag minder rundvlees dan in 1970 en als je het aan Michael Gore, afgevaardigd bestuurder van de nationale beroepsvereniging voor slachthuizen, uitsnijderijen en groothandels (Febev), vraagt is de bodem nog niet in zicht. “We kunnen deze neerwaartse trend alleen stoppen bij de basis: de boer, alsook de tussenschakels in de vleesproductieketen, moeten een eerlijke prijs ontvangen voor hun product. Dat is de impuls die we nodig hebben om de hele keten draaiende te houden.”
Meer artikelen bekijken