Startpagina Actueel

Nieuwe pachtprijscoëfficiënten voor 2020-2022 zijn bekend

De pachtprijzencommissie bereikte op 9 december een akkoord over de nieuwe pachtprijscoëfficiënten voor gronden en gebouwen. Deze coëfficiënten zijn geldig voor de periode 2020 tot en met 2022. Finaal werd door de betrokken partijen een akkoord gevonden waarbij de pachtprijscoëfficiënten nergens op een negatieve wijze worden bijgestuurd.

Leestijd : 3 min

De pachtwetgeving voorziet in een driejaarlijkse onderhandeling tussen de pachters en de verpachters om de maximale pachtprijzen vast te leggen voor de volgende 3 jaar. In het verleden werden de pachtprijzen onderhandeld op provinciaal niveau. Ze werden nu voor de tweede maal op Vlaams niveau onderhandeld.

De delegatie van landbouwers stuurde aan op een negatieve bijsturing van de pachtprijzen. In de laatste jaren was dit immers ook al het geval in Wallonië, Frankrijk (2016: 109,59; 2019: 104,76) en Nederland (periode 2017-2019: -24%). Daarbij werd systematisch verwezen naar de dalende rentabiliteit van de landbouwbedrijven in Vlaanderen. De rentabiliteit moet volgens de wet op de maximale pachtprijzen in rekening gebracht worden bij het vaststellen van de pachtprijscoëfficiënten. Probleem daarbij is dat de rentabiliteit een maatstaf is voor het algemeen succes van een landbouwbedrijf en niets zegt over de vruchtbaarheid van de grond.

De delegatie van eigenaars/verpachters stuurde eerder aan op een stijging van de pachtprijs waarbij rekening gehouden zou worden met de stijgende grondprijs en minimaal met de inflatiecijfers. Een negatieve pachtprijscoëfficient was daarbij uit den boze.

Landbouwstreken

De pachtprijzen werden in het verleden per provincie en per landbouwstreek vastgelegd. Hierdoor zijn historisch soms grote verschillen ontstaan in de pachtprijscoëfficiënten van eenzelfde landbouwstreek.

Maximale pachtprijs

De berekening van de maximale pachtprijs vertrekt vanuit het basis kadastraal inkomen of het niet-geïndexeerde kadastraal inkomen. Dit is het niet-geïndexeerde kadastraal wordt vermenigvuldigd met de pachtprijscoëfficiënt:

Pachtprijsmax = KIniet_geïndexeerd x PPC, waarbij KI = kadastraal inkomen en PPC = pachtprijscoëfficiënt.

De wet voorziet eveneens dat de aldus vastgestelde maximumpachtprijs in bepaalde gevallen kan verhoogd worden:

Pachtprijscoëfficiënten 2020-2022

Volgens Boerenbond, ABS en Landelijk Vlaanderen werd een akkoord gevonden waarbij de pachtprijscoëfficiënten nergens op een negatieve wijze worden bijgestuurd (zie tabel).

Voor de gronden: waar de rentabiliteit sterk zakt werden de pachtprijzen niet aangepast, elders zijn de verhogingen tot maximaal 10,5%. In bepaalde streken blijft de coëfficiënt op een status quo (de zandleemsteek in Oost-Vlaanderen en in Vlaams-Brabant en de leemstreek in West-Vlaanderen) terwijl de coëfficiënt in andere streken licht stijgt, tussen de 1% en de 4%. Enkel voor een beperkt aantal streken (de leemstreek en de grasstreek in Limburg en de zandstreek in West-Vlaanderen) is er sprake van een stijging van de coëfficiënt tussen 5% en de 10%. Gemiddeld over de verschillende landbouwstreken stijgen de pachtprijscoëfficiënten met 2%.

Voor de gebouwen: de pachtprijscoëfficiënten voor de gebouwen zijn gelijk per provincie, ongeacht de landbouwregio in de provincie. Er werd geopteerd om de pachtprijscoëfficiënten voor de gebouwen over geheel Vlaanderen met 2% te laten stijgen.

Dit resulteert in de pachtprijscoëfficiënten zoals vermeld in onderstaande tabel. Pas als deze coëfficienten in het Staatsblad gepubliceerd verschenen, kunnen ze als rechtsgeldig beschouwd worden. De publicatie is voorzien op vrijdag 13 december 2019.

pachtcoefficienten202-22

Samenstelling commissie

De samenstelling en de werking van de pachtprijzencommissie wordt geregeld via een koninklijk besluit van 11 september 1989. Sinds 11 juli 2016 is de pachtwetgeving evenwel een gewestelijke bevoegdheid geworden. Er is niet langer sprake van een pachtprijzencommissie per provincie maar van een gewestelijke pachtprijzencommissie.

De pachtprijzencommissie wordt samengesteld door de minister van Landbouw en bestaat uit 5 grondeigenaars en 5 pachters. De voorzitter is een personeelslid van het departement Landbouw en Visserij. De 5 effectieve en de 5 plaatsvervangende leden-grondeigenaars worden benoemd uit een lijst van 10 kandidaten gemeenschappelijk voorgedragen door de Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat en Landelijk Vlaanderen. De 5 effectieve en de 5 plaatsvervangende leden-pachters worden door de minister benoemd uit een lijst van 10 door de SALV (Strategische Adviesraad Landbouw en Visserij) voor te dragen kandidaten.

Landbouwleven

Lees ook in Actueel

Meer artikelen bekijken