Startpagina Economie

Belgische veevoedersector boekt minder omzet

De omzet van de Belgische diervoederindustrie is in 2019 met 8,1% gedaald naar 4,5 miljard euro. Het is vooral gevolg van lagere grondstofprijzen. Dat meldt de Belgian Feed Association (BFA). De productie van haar leden bleef nagenoeg gelijk op 6,7 miljoen ton. De handelsbalans is 200.000 ton negatief; dus ons land importeert iets meer dan het exporteert.

Leestijd : 4 min

Directeur Katrien D’hooghe licht toe: "varkensvoeder blijft veruit de belangrijkste productietak met 52% van de totale productie. In 2019 werd er 3,5 miljoen ton varkensvoeder geproduceerd. In andere landen is het soms een gestegen volume, bij ons bleef het eerder gelijk of is het gedaald. De Afrikaanse varkenspest heeft zeker een impact.”

Verder werd er 1,5 miljoen ton rundveevoeder (23%) en 1,2 miljoen ton pluimveevoeder (18%) geproduceerd. De productie van rundveevoeders is de afgelopen jaren gegroeid, mede doordat witvleeskalveren - een groeiende sector - nu mengvoeders krijgen. De pluimveesector groeide de afgelopen jaren, en daarmee ook de vraag naar pluimveevoeder. Maar in 2019 ging het mis. “Deze laatste categorie daalde significant door de aanwezigheid van het H3-virus in 2019.” Daarnaast werd er nog 400.000 ton andere mengvoeders geproduceerd in 2019.

De BFA telde in 2019 148 leden en zijn goed voor ruim 90% van het geproduceerde volume veevoeders. Dit percentage is de afgelopen jaren gedaald maar dat is volgens D’hooghe vooral gevolg van een andere berekeningswijze. Zo’n 700.000 ton werd door niet-leden van BFA geproduceerd, waarmee het totale Belgische productievolume neer komt op 7,4 miljoen ton. Ons land was de achtste grootste veevoederproducent van de EU. Spanje, Duitsland en Frankrijk zijn de grootste producenten van veevoeder in de EU.

Mengvoederproductie

Voorzitter Dirk Van Thielen (Arvesta) benadrukt dat de top 10 van grootste mengvoederproducenten in de EU vrijwel het volledige mengvoedervolume van de EU maken. “Als je dan nummer 8 bent, is dat toch goed.” De omzet daalde vooral door lagere grondstofprijzen. In totaal verwerkte de veevoedersector 7,7 miljoen ton grondstoffen. Bijna de helft van de grondstoffen die de veevoedersector gebruikt, betreft granen. Bijna een kwart betreft restproducten van oliezaden, zoals sojaschroot en koolzaadschroot.

D’hooghe benadrukt de grote bijdrage van de sector aan de circulaire economie. De helft van de grondstoffen die de sector verwerkt, betreft bijproducten van de voedingsindustrie en biobrandstoffenindustrie. Tegelijk maakt deze afhankelijkheid van bijproducten de sector sterk afhankelijk van het succes van deze industrieën. Deze kwetsbaarheid bleek met name tijdens de coronacrisis opnieuw.

Grondstoffenverbruik

BFA zet in op communicatie

In haar vernieuwde jaarverslag blikt BFA terug op enkele van de belangrijkste thema’s van 2019. "Voedselveiligheid blijft een topprioriteit voor de Belgische diervoederindustrie. Daarnaast focussen we uiteraard ook op duurzaamheid, klimaat en maatschappelijk relevante thema’s zoals antibioticareductie en willen we hierover ook duidelijk communiceren" kijkt Katrien D’hooghe terug op haar eerste jaar als directeur van BFA. Enkele zaken die werden gerealiseerd in 2019.

- er werden 365.000 duurzame sojacertificaten aangekocht die 100% voldoen aan de FEFAC Soy Sourcing Guidelines en bovendien ook 100% vrij van ontbossing

- in 2019 ondertekende BFA mee het Convenant Enterische Emissies en is sindsdien ook voorzitter van de werkgroep voedermaatregelen

- op vlak van voedselveiligheid blijft het belangrijkste aandachtspunt een degelijk onderbouwd, gevalideerd en gecertificeerd autocontrolesysteem met een ver doorgedreven monitoring van de risico’s van alle grondstoffen met bestemming diervoeder (uniek in de EU).

- er werd in 2019 maar liefst 71% minder antibiotica gebruikt in gemedicineerde voeders t.o.v. 2011 en het gebruik van colistine werd gebannen;

Gemedicineerd voeder

Het gebruik van ontwormingsmiddelen nam daarbij met zo’n 11.000 ton af. Ontwormingsmiddelen blijven wel goed voor bijna de helft van het totale volume gemedicineerd voer. De productie van biggenvoeders met antibiotica nam 5.000 ton af tot een kleine 40.000 ton. De productie van andere varkensvoeders met antibiotica, een kleinere categorie, daalde ook met 5.000 ton. Sinds een aantal jaren wordt wel zinkoxide gebruikt. In 2015 was dat nog 15.000 ton, maar in 2019 was dit alweer gedaald tot 11.000 ton.

Sinds een aantal jaren wordt wel zinkoxide gebruikt. In 2015 was dat nog 15.000 ton, maar in 2019 was dit alweer gedaald tot 11.000 ton. Het gebruik van zinkoxide moet dit jaar worden afgebouwd tot nul. Er is een echt risico, denkt D’hooghe, dat meer antibiotica curatief zal worden gebruikt. Volgens Van Thielen zijn er geen technische totaaloplossingen. “Additieven kunnen helpen maar boeren zullen stappen moeten zetten op het gebied van management. De bioveiligheid wordt nog belangrijker, daar moeten we ook blijven inzetten op een mentaliteitswijziging. Het laaghangend fruit is al geplukt, dus zullen de nieuwe stappen moeilijker zijn.”

De productie van gemedicineerd voer werd verder teruggeschroefd tot net onder 150.000 ton. De doelstelling het gebruik van gemedicineerd voeder te halveren tegen 2017 is ruimschoots gehaald. De daling is uitgedrukt in kg actieve substantie nog uitgesprokener. BFA engageert zich om naar 2024 een reductie van 75% te behalen. Deze doelstelling is onderdeel van het duurzaamheidscharter dat BFA zal presenteren bij het Europees diervoedercongres op 24 en 25 september.

Gemedicineerd voer

Jan Cees Bron

Lees ook in Economie

Michael Gore: “Als het zo doorgaat, glijden we opnieuw af naar een crisis in de vleesveesector”

Vleesvee Het aantal runderslachtingen staat op een historisch laag niveau. We produceren vandaag de dag minder rundvlees dan in 1970 en als je het aan Michael Gore, afgevaardigd bestuurder van de nationale beroepsvereniging voor slachthuizen, uitsnijderijen en groothandels (Febev), vraagt is de bodem nog niet in zicht. “We kunnen deze neerwaartse trend alleen stoppen bij de basis: de boer, alsook de tussenschakels in de vleesproductieketen, moeten een eerlijke prijs ontvangen voor hun product. Dat is de impuls die we nodig hebben om de hele keten draaiende te houden.”
Meer artikelen bekijken