Startpagina Economie

‘Landbouwvedette’ Ballekens over klimaat, markt en GLB

Ook in 2019 wist Limagrain en vooral Marc Ballekens zowat 1.000 mensen naar Oudenaarde te lokken. De directeur strategie van de Franse veredelaar Limagrain ging bij de editie van 2019 in een razendsnel tempo maar toch onderhoudend in op de impact van klimaatverandering op de landbouw, de toestand op de markten en het gemeenschappelijk landbouwbeleid.

Leestijd : 8 min

A l weer 30 jaar lang wordt het landbouwjaar officieus ingeluid door de jaarlijks terugkerende agromeetings van Limagrain. De belangrijkste daarvan draagt weinig bescheiden maar niet zonder reden de bijnaam ‘State of the Union’, naar de jaarlijkse speech van een Amerikaanse president over de toestand in het land. Al 30 jaar overloopt Marc Ballekens de belangrijkste actuele thema’s voor de landbouw.

De bijeenkomst vond plaats in Oudenaarde en werd bijgewoond door bijna 1.000 gasten, waaronder landbouwminister Joke Schauvliege, die in haar speech vooral wees op het belang van de landbouw voor voldoende, gezond en lekker eten, de algemene economie en het landschapsbeheer.

Ballekens wees in zijn toespraak op de waanzinnige bevolkingsexplosie die onze aarde sinds het jaar 1800 doormaakt. Tussen het jaar 1000 en het jaar 1700 bleef de wereldbevolking vrijwel stabiel. In 1800 bedroeg de wereldbevolking nog maar een miljard mensen. Dat zijn er dus 400 miljoen minder dan in het moderne China. In 1927 was dit al 2 miljard en momenteel zitten we dicht bij de 8 miljard. Volgens projecties van de VN die Ballekens aanhaalt, ligt de wereldbevolking in 2050 op 10 tot 11 miljard mensen, vooraleer ze stabiliseert. Dat zijn dus miljarden monden die extra gevoed moeten worden, met een landbouwareaal dat nauwelijks meer kan toenemen.

Ballekens besprak in een vol huis van 1.000 mensen het klimaat, de markten en de internationale landbouwpolitiek.
Ballekens besprak in een vol huis van 1.000 mensen het klimaat, de markten en de internationale landbouwpolitiek.

Een warmere planeet

Tegelijk warmt de aarde op. In 2015 werd in het Klimaatakkoord van Parijs ingezet op het beperken van de opwarming tot anderhalf tot maximaal twee graden Celsius ten opzichte van het pre-industriële tijdperk. Willen we de opwarming beperken tot anderhalve graad, dan moeten onze inspanningen om de uitstoot van broeikasgassen tegen te gaan worden vervijfvoudigd. Accepteren we twee graden, dan moeten de inspanningen nog altijd worden opgevoerd met een factor drie.

Om nog eens aan te geven hoe acuut dit vraagstuk is, wijst Ballekens erop data een groot aantal Belgen die vandaag al leven het jaar 2100 nog mee zullen maken. Daarbij merkt Ballekens op dat de landbouw vaak wordt gezien als oorzaak maar toch ‘maar’ goed is voor 8% van de uitstoot van broeikasgassen. Daarvan is circa driekwart toe te schrijven aan de veehouderij en het overige gedeelte aan de plantaardige productie. Herkauwers vormen de grootste ‘vervuilers’.

In Vlaanderen is methaan goed voor 50% van de broeikasgasuitstoot van de landbouw. Een koe stoot 500 gram methaan per dag uit, waarvan 90% via de voorkant – weet Ballekens. De methaanuitstoot kan volgens een studie van landbouwinstituut ILVO die Ballekens aanhaalt met 20 tot 25% worden gereduceerd. Om tot de reductie te komen, kan worden ingezet op de rantsoensamenstelling. Maïsrijke rantsoenen scoren in principe beter dan grasrijke rantsoenen.

Daarnaast kan worden gewerkt aan een hogere verteerbaarheid en lijnzaad als vetbron. Lijnzaad telt meer onverzadigde vetzuren. Daarnaast kunnen voedingsadditieven op basis van nitraten worden gebruikt. Nitraat zet water om in waterstof en ammoniak in plaat van waterstof en methaan. “Het is niet de perfecte oplossing maar alvast beter dan vandaag”, merkt Ballekens op.

Marc Ballekens is directeur strategie van Limagrain.
Marc Ballekens is directeur strategie van Limagrain. - LG

Drager van de gevolgen

Meer nog dan veroorzakers van klimaatverandering, is de landbouw een sector die er direct gevolgen van ondervindt. Een warmere planeet betekent voor België droge zomers en natte winters. De droge zomers kennen we inmiddels twee jaar op rij, op de natte winter is het nog even wachten. De droogte maakte al dat in 2018 vele duizenden dossiers met weerschade werden gemeld bij het Rampenfonds. “De totale neerslag blijft ongeveer 800 mm per jaar, maar de verdeling over het jaar is anders. Groeiseizoenen worden korter. “Daar heb je de juiste plant voor nodig.”

Voor veredelaars is klimaatverandering dus een dubbele opgave: enerzijds zullen veehouders andere gewassen gaan telen in de strijd tegen methaanuitstoot, maar hebben ze ook nood aan gewassen die in een kort groeiseizoen kunnen presteren. Limagrain kan volgens hem over circa 10 jaar topgewassen presenteren die met 50% minder water kunnen toekomen en toch een goede verteerbaarheid hebben. Een tweede onderzoekpiste waar Limagrain en ook concurrenten aan werken, zijn rassen met betere beworteling. Met betere beworteling kan de plant beter water, stikstof en fosfor uit de bodem halen.

Situatie op de markten

De marktanalyse van Ballekens begint bij de granen, die vaak als spilgewas worden gezien. Wat betreft de tarwe blijkt dat de afgelopen jaren de stocks van grote tarwe-exporterende landen zijn opgelopen om in het seizoen 2018/2019 weer te dalen tot ruim 60 miljoen ton. Stocks krimpen omdat wereldwijd de productie na jaren van sprongen vooruit is gekrompen, tot het laagste niveau sinds 2013. De consumptie blijft in stevige tred groeien.

Waar de productie sterk afhangt van weer, klimaat en ziektedruk, groeit de wereldbevolking gestaag en wordt ze nog altijd steeds rijker. Naarmate de stocks krimpen ten opzichte van de wereldwijde consumptie, loopt de prijs op. Ballekens legt uit dat door de jaren heen het Chinese aandeel in de globale stocks is toegenomen tot inmiddels meer dan de helft. “De helft van de stocks zit geïmmobiliseerd in China”, aldus Ballekens. Het kan niet zomaar de markt op. De situatie maakt dat prijzen in 2018 duidelijk hoger lagen dan een jaar eerder. Eind december lag het verschil op ruim €40 tot €45 per ton.

Vooruitblikkend stelt Ballekens vast dat in veel belangrijke tarwe producerende landen in de EU meer tarwe is uitgezaaid. Zo ligt het areaal in Frankrijk en Spanje 3% hoger en in Duitsland en het Verenigd Koninkrijk is sprake van een 4% groter areaal. Rusland en Oekraïne laten een plus van respectievelijk 1% en 2% optekenen terwijl in Polen geen sprake is van een duidelijke verandering. In Italië, toch het land van de pasta’s en dus de harde tarwe, krimpt het areaal met 15%.

De prijzen van korrelmaïs liggen eveneens hoger dan een jaar eerder. Hier is sprake van een plus van €15 per ton ten opzichte van 2018. Tegelijk is de maïsmarkt lastig, deels door concurrentie met de Russen. De euro-roebel-verhouding is voor de handel nadelig geëvolueerd. Ten opzichte van mei 2017 is de euro 25% in waarde gestegen ten opzichte van de Russische munt. Dat betekent dat Russisch graan voor derden relatief goedkoper zijn. De Russen zitten wat de export van granen betreft precies in het vaarwater van de EU: het meeste graan gaat naar Noord-Afrika en het Midden-Oosten.

Daarnaast wijst Ballekens op de import van maïs uit Oekraïne in de EU. In 2014 besloot de EU de Oekraïne bevoorrechte import te gunnen, vooral vanwege de destabilisatie van het land mede door Russisch toedoen. In het seizoen 2015/2016 bedroeg het importvolume nog 13,7 miljoen ton, in 2018/2019 is dat 19,4 miljoen ton. “De situatie zou nog meer precair zijn wanneer de rivieren beter bevaarbaar zouden zijn dan vandaag het geval.”

De Trump-factor

Op de achtergrond speelt wat Ballekens betreft een belangrijk indirect effect. De VS is met China in een handelsoorlog verwikkeld. De VS voerde invoerheffingen van 25% in op Chinees aluminium en staal. China stelde in antwoord een invoerheffing in van 25% op Amerikaanse soja. Hierna hebben beide partijen nieuwe heffingen ingesteld totdat tijdens de G20-top eind november een ‘wapenstilstand’ van 90 dagen werd afgesloten. De VS dreigden ook de EU met importheffingen, maar hier stak de president van de Europese Commissie, Jean-Claude Juncker, een stokje voor.

De Luxemburger toog in de zomer van 2018 naar Washington en sprak met Trump af meer soja uit de VS te kopen. Aangezien de VS de soja in China nauwelijks meer winstgevend kon afzetten, was dit een goedkope belofte. In 2017 kwam 37% van de soja die de EU importeerde uit de VS. Inmiddels is dit percentage opgelopen tot 69%. De VS heeft dus Brazilië als hofleverancier van de EU ingehaald.

De gemiddelde prijs van Amerikaanse soja is door een de facto beperking van het mogelijke afzetgebied gedaald, met als gevolg dat landbouwers meer korrelmaïs inzaaien. Opmerkelijk omdat de VS nu al goed is voor 70% van de export van korrelmaïs, merkt Ballekens op. Het groeiende maïsareaal in de VS raakt weer de prijzen die ook Europese boeren beuren. “En zo heeft een Amerikaans-Chinees conflict over staal en aluminium indirect effect op onze maïsprijzen.

Witte motor draait

Wat de zuivelmarkt betreft richt Ballekens zich vooral op het voedersaldo per koe per dag. Bij een minimum van €5 per koe per dag is de situatie momenteel niet slecht te noemen. Voor december kan volgens Ballekens een voedersaldo van €6 worden opgetekend, wat wel duidelijk minder is dan in 2017 maar toch meer dan in 2016. De wereldwijde consumptie blijft stijgen met circa 2% per jaar terwijl de melkpoederstocks van de EU die zo lang boven de markt bleven hangen voor 75% zijn weggewerkt.

De voederkosten liggen volgens Limagrain op een stabiel laag niveau. Zetmeelrijke producten zoals granen zijn duurder dan het meerjarig gemiddelde terwijl eiwithoudende producten (soja) goedkoper zijn dan het meerjarig gemiddelde. In een Vlaams melkveerantsoen met een hoog maïsaandeel heeft de aankoopprijs een grote impact op het rantsoen van de zetmeelprijzen. De maïs van 2018 zal wel van gemiddeld lagere kwaliteit zijn dan in 2017, dus duurder per liter melk.

Minder vlees op de botten

De vleessector zit al langdurig in een dal. De situatie is wat Ballekens betreft uitdagend omdat de sector vanuit drie hoeken de wind tegen heeft: het consumptiepatroon, dierenwelzijn en het klimaat. Het vleesverbruik daalt in België vooral door de perceptie bij consumenten dat het niet gezond is, niet correct wordt geproduceerd of vleesproductie slecht is voor het milieu.

Tussen 2007 en 2016 is volgens cijfers die Ballekens presenteert sprake van een daling van 10% voor varkensvlees, 20% voor pluimveevlees en 25% voor rundvlees. Voor overige soorten vlees, denk aan paard of konijn, is zelfs sprake van een daling van 37%. Het is een trend die zich niet zomaar laat omkeren; de pijn kan wel verzacht worden door meer in te zetten op vlees met een hoge directe toegevoegde waarde, en export naar groeimarkten als China en Japan.

Internationale politiek

Het Gemeenschappelijk landbouwbeleid voor de periode 2021-2027 zal kleiner zijn dan in de voorgaande periode, stelt Ballekens vast. “Het goede nieuws is: we hebben nog een Europees landbouwbeleid, inclusief directe inkomenssteun. In 2015 dachten velen dat het Europees landbouwbeleid zou ophouden te bestaan.” Dat het budget afneemt, 30% in plaats van 37% van het totale EU-budget, is gevolg van de Brexit en het gebrek aan wil van de overige lidstaten bij te passen. De Britten zijn immers een grote nettobetaler aan de EU. Daarnaast wil de EU meer uitgeven aan defensie, omdat het in de regio van Libië tot Oekraïne instabiel is. Het nieuwe beleid biedt lidstaten alvast de mogelijkheid om meer beleid zelf te bepalen. De doelen worden Europees vastgesteld, waarbij landen meer ruimte krijgen de route te bepalen.

Ballekens wijst daarbij op een belangrijk risico: hernationalisering van beleid, die het principe van het gelijke speelveld op de eengemaakte markt kan ondermijnen.

JCB

Lees ook in Economie

Meer artikelen bekijken