Internationale zuivelprijzen schieten omhoog
Internationale zuivelprijzen zijn in januari omhoog geschoten. Dat blijkt uit de voedselprijsindex die de wereldvoedselorganisatie FAO maandelijks publiceert. In januari stegen zuivelprijzen op de wereldmarkt met gemiddeld 7,2% ten opzichte van een maand eerder. Prijzen voor granen, suiker en plantaardige oliën gingen in januari eveneens omhoog, zij het eerder met bescheiden percentages.
De prijs van magere melkpoeder steeg in januari nog het meest met 16,5% ten opzichte van december 2018, maar ook volle melkpoeder en kaas werden beter betaald. De sterke prijsstijging is deels het gevolg van een beperkte hoeveelheid melkpoeder die beschikbaar is voor de export, wat deels komt door een stevige binnenlandse vraag. De markt wordt ook ondersteund door de verkoop van een groot deel van de interventievoorraad van de Europese Commissie. De voorraad hing lang boven de markt.
Een tweede factor de exporthoeveelheid die in Australië en Nieuw-Zeeland beschikbaar komt in de komende maanden. Normaal gezien zal die door een terugkerend seizoenseffect minder groot zijn. De zuivelprijsindex staat nog altijd slechts een klein beetje hoger dan in januari 2018. Toch biedt de ontwikkeling hoop want in december nog daalde de zuivelprijsindex.
Granen
Granen hebben traditioneel de grootste invloed op de totale voedselprijsindex, die in januari met 1,8% steeg. De graanprijsindex steeg in januari minimaal ten opzichte van december. De graanprijs noteert nu wel 7,3% hoger dan in de corresponderende maand een jaar eerder. Met uitzondering van rijst bleven de prijzen van granen stevig.
De FAO verklaart de prijsstijging door te wijzen op een dalende wereldproductie en een robuuste vraag in bijvoorbeeld Azië. De maïsprijs steeg nog het meeste, door slechte weersvooruitzichten in Zuid-Amerika. Tegelijk stelt de organisatie dat prijzen wel stegen maar op de fysieke markt relatief weinig maïs en tarwe is verkocht. Dat zou mede verklaard kunnen worden uit de tijdelijke sluiting van de Amerikaanse overheid. Normaliter publiceert een dienst van het landbouwministerie een belangrijk, richting gevende rapport. Markten reageren op de voorspellingen in dat rapport, maar nu bleven de ambtenaren c.q. marktvorsers thuis en is de houding van de handel afwachtend.
Plantaardige oliën
De prijs voor plantaardige oliën steeg in januari op maandbasis met 4,3%. Het is de tweede maandelijks stijging die volgt op een langere periode van dalende prijzen. De grootste prijstoename was zichtbaar in palmolie, wat te maken heeft met een seizoensgebonden productiedaling in Maleisië en Indonesië. De prijs van sojaolie steeg eveneens omdat de vraag naar met name Argentijns product aantrok. Over koolzaad spreekt de FAO zich deze maand niet uit.
Suiker
De suikerprijsindex nam met 1,3% toe ten opzichte van december. De stijging komt deels door de waardestijging van de Braziliaanse munt, de real, ten opzichte van de Amerikaanse dollar. De Brazilianen behoren met de Thai en Indiërs tot de echte marktbepalers. Een sterkere real ondersteunt suikerprijzen omdat het de toevoer van Braziliaanse suiker op de wereldmarkt enigszins inperkt. Braziliaanse suiker wordt door de wisselkoerswijziging immers enigszins duurder.
De prijs van suiker wordt verder ondersteund door de aardoliemarkt. Relatief veel Braziliaanse suiker wordt gebruikt om bio-ethanol te maken. Hoe hoger de olieprijs, des te aantrekkelijker is het bijmengen van bio-ethanol. Door de prijsstijging van aardolie zal dus naar verwachting de vraag naar suiker vanuit de ethanolindustrie toenemen. Deze suiker zal niet meer beschikbaar zijn voor export in ruwe of geraffineerde vorm.
Vlees
De vleesindex is normaliter de minst betrouwbare component van de FAO-analyse, omdat er minder referentiepunten zijn. In januari ontbrak het door de “shutdown” van de Amerikaanse overheid alweer aan goede data. De FAO zag op belangrijke markten de prijzen voor rundvlees, varkensvlees en pluimveevlees vrijwel op hun plaats blijven. Prijzen voor schapenvlees daalden wel flink omdat Australië heel veel schapenvlees beschikbaar heeft voor de export. Het aanbod lijkt een stuk groter dan de vraag.
