Startpagina Actueel

Antibioticagebruik mengvoeders fors gedaald

Het gebruik van antibiotica in mengvoeders is sinds 2011 met 70% verminderd. Daarmee heeft de sector de doelstelling van 50% reductie ruimschoots gehaald. Dat meldt de Belgische mengvoederassociatie BFA bij haar algemene vergadering. De organisatie meldt verder onder meer te werken aan een sluitend systeem dat contaminanten van microbiologische oorsprong en dan vooral salmonella kordater aanpakt.

Leestijd : 6 min

De reductie van het antibioticagebruik in de diervoedersector staat in schril contrast met de moeizame pogingen om het antibioticagebruik bij mensen te verminderen. “Het beleid is succesvol geweest; de sector heeft bewezen problemen te erkennen, en aan te pakken. Dit is een stichtend voorbeeld voor de sector van de dierlijke productie”, zegt voorzitter Frank Decadt.

De grote sprong vooruit werd gezet in de varkenshouderij. Het totale gebruik van gemedicineerd voer in de varkenssector daalde van 227.472 ton naar 139.218 ton. De varkensstapel bleef in deze periode in België ongeveer gelijk. De zeugenstapel is wel gekrompen maar door een hogere productiviteit bleef het aantal biggen even groot.

Van het gemedicineerd voeder was in 2018 nog ongeveer de helft antibiotica en het overige deel zink en ontwormingsmiddel. Het gebruik van antibiotica werd deels opgevangen door het gebruik van zink, dat echter voor het milieu nadelig kan uitpakken. Zink wordt in België eind 2020 verboden, en Europees vanaf 2022. Het gaat om relatief kleine volumes die bovendien krimpen. In 2015 werd 15.455 ton gebruikt en in 2018 nog maar 9.467 ton. BFA ziet het wegvallen van zink als een uitdaging, maar de schade lijkt beperkt.

Wat het terugdringen van antibioticagebruik in de veeteelt betreft, moet de winst nu vooral elders worden behaald. Er komen naar de toekomst toe geen noemenswaardige nieuwe doelstellingen voor verminderd antibioticagebruik in mengvoeders. Directeur-generaal Yvan Dejaegher denkt dat nog veel winst behaald kan worden door aangescherpt management op veeteeltbedrijven, en bewustwording van veeartsen.

BFA pleit voor een autocontrolesysteem en benchmarking voor veeartsen, zodat inzichtelijk wordt of veeartsen meer dan gemiddeld antibiotica voorschrijven. “Het gaat ons er niet om een schuldige aan te wijzen, want misschien worden veeartsen soms ook onder druk gezet van veehouders. Het gaat ons erom met elkaar te werken aan verbetering.”

Antibioticagebruik werd vooral in de varkenssector sterk teruggedrongen.
Antibioticagebruik werd vooral in de varkenssector sterk teruggedrongen. - LBL

Voedselveiligheid

Voedselveiligheid is voor de BFA een topprioriteit. BFA heeft een taakgroep salmonella ingericht. De oorzaak ligt in een verhoogd aantal salmonella-vondsten. Daarnaast bestaan geen algemene richtlijnen voor het behandelen dan wel vrijgeven van gecontamineerde partijen. De kritische serotypes zijn binnen de EU niet geharmoniseerd. De taakgroep moet een algemeen protocol opstellen dat als basis kan dienen voor een convenant salmonella.

Pesticiden

Antibiotica en voedselveiligheid zijn niet de enige zorgen van BFA. “Ook de pesticiden in de grondstoffen met bestemming diervoeder baren ons zorgen”, aldus Dejaegher. “BFA streeft naar een specifieke aanpak voor de diervoedersector met duidelijke normen, een goed onderbouwd autocontrolesysteem gevalideerd door het FAVV en een Europees gedragen crisismanagement.”

BFA werkt concreet aan een toepassingsgids, die in juli kan zijn. De gids kan bijdragen aan de uitwerking van een Europese toepassingsgids rond residuen van pesticiden. Nu bestaan dergelijke gidsen verder alleen in Nederland, Frankrijk en Duitsland.

Bioveiligheid

Wat bioveiligheid betreft werkt de diervoedersector nu met een varkenspestprotocol, dat geïnspireerd is op het bestaande vogelgriepprotocol. De BFA vraagt de FAVV om een geactualiseerd draaiboek. Het draaiboek dat nu bestaat stamt uit 1996. In algemeenheid vindt Dejaegher dat niet radicaal genoeg is opgetreden tegen de uitbraak van Afrikaanse varkenspest in de provincie Luxemburg. “Wij zijn teleurgesteld in het besluit van de Waalse landbouwminister Collin om wandelpaden in bossen in de besmette zone open te stellen.”

De uitbraak noopt BFA ook te werken op het regionaliseringsdossier. Sommige landen hebben bij de werelddiergezondheidsorganisatie OIE zonering toegelaten gekregen. Zo bestaat Nederland uit ongeveer 20 erkende zones, waardoor bij een uitbraak niet direct de hele export naar landen buiten de EU op de tocht komt te staan. Landen mogen altijd strenger zijn dan de OIE, maar zelfs China zal de zonering volgens Dejaegher moeten volgen. “Nog meer: ik denk dat ze vragende partij zijn.”

Nieuwe voorzitter en directeur

Tijdens BFA’s algemene vergadering werden zowel een nieuwe voorzitter als nieuwe directeur voorgesteld. Dirk Van Thielen van Arvesta, bekend als topman van voederbedrijven als AVEVE en Dumoulin, volgt Decadt op. Hij streeft geen revolutie na; het motto is don’t fix if it aint broken. “BFA is een goed werkende federatie. Het is en blijft heel belangrijk om met één stem te spreken, en we gaan dus absoluut niet polariseren maar consensus zoeken. Leden hebben verschillende meningen, en daarin moet een middenweg worden gevonden.”

Onder zijn voorzitterschap wordt de professionalisering van de federatie, de leden en de klanten van de leden voortgezet. “Sterke federatie, sterke leden, sterke klanten… dat is het motto, en daar hoort ook een ster beleid bij met een sterke en een stabiele directie met sterke personeelsleden.”

Concreet heeft Van Thielen vier aandachtspunten aangemerkt: duurzaamheid, maatschappelijke thema’s – zoals de uitstoot van enterische gassen - , samenwerking met alle denkbare stakeholders en de algemene rentabiliteit in de sector. Het laatste punt is cruciaal, want de voedersector kan maar verkopen zolang de sector gezond is. Wat duurzaamheid aan gaat wil BFA verder gaan dan de klassieke discussie over soja.

Klimaat, communicatie

Katrien D’Hooghe neemt vanaf 1 mei de taken over van Dejaegher, die tot het einde van het jaar nog wel een aantal dossiers blijft opvolgen. Eén daarvan is het Europese diervoedercongres dat volgend jaar door de BFA wordt georganiseerd in Antwerpen. Ze ziet onder meer voor de totale veeteeltketen kansen voor klimaatgerichte doelstellingen, maar noemt ook communicatie een belangrijk aspect waar BFA aan moet werken.

“Het is ongelofelijk moeilijk ons verhaal aan het grote publiek te vertellen. Mensen staan tegenwoordig ver van de landbouw.” Ze denkt onder meer aan manieren waarop jongeren via het onderwijs te bereiken. “Maar dan moet het onderwijs zelf ook enigszins ingevoerd zijn, en dat is ook nog niet zo evident.”

Mengvoedersector in cijfers

Met de algemene vergadering wordt ook het jaarverslag van BFA gelanceerd, met een statistisch overzicht. De totale productie bleef vrij stabiel op 6,8 miljoen ton. Opvallend is dat nog altijd 95 van de 124 leden van BFA minder dan 50.000 ton per jaar produceert. De 10 bedrijven die meer dan 150.000 ton produceren, zijn samen goed voor een volume dat bijna 4 keer zo hoog ligt.

Net zoals in 2016 staat België op de 8ste plaats in de top 10 van de grootste mengvoeder producerende EU-lidstaten. Samen werd er binnen de EU 159 miljoen ton mengvoeder geproduceerd, waarvan België ongeveer 7 miljoen ton voor zijn rekening neemt. Duitsland, Spanje en Frankrijk produceerden als top 3 respectievelijk 24, 23 en 20 miljoen ton mengvoeder.

Productie mengvoeders
BFA

De omzet van de Belgische diervoederindustrie is ten opzichte van het jaar voordien gestegen met 1,6% naar een omzet van 4,9 miljard euro in 2017. Deze gegevens zijn op basis van de btw-aangifte van de bedrijven. Dit betreft dus niet de “zuivere” omzet van de productie van mengvoeder. De overige activiteiten van de bedrijven zitten hier ook in vervat.

Omzetontwikkeling
BFA

Een andere belangrijke economische parameter is de tewerkstelling. Ook hier is er een stijging ten opzichte van het jaar voordien. In de Belgische mengvoederindustrie zijn er 3722 tewerkgestelden in 2017. Wat een stijging is van 1,5% ten opzichte van 2016.

Import / export

Import en export van diervoeder zijn een derde economische parameter. In 2017 bedroeg de import van diervoeders in België 1 583 584 ton. Nederland (62%) en Frankrijk (23%) zijn samen goed voor 85% van de totale import van diervoeder naar België. De andere EU-landen, zoals Duitsland en het Verenigd Koninkrijk, vertegenwoordigen 5% van de totale import. Ten opzichte van 2015 is het aandeel dat komt uit derde landen (buiten de EU) nagenoeg verdubbeld.

Voor de export uit België zijn opnieuw Nederland en Frankrijk de grote afzetmarkten. Frankrijk is de grootste bestemming met 38% van de totale export, Nederland volgt op de tweede plaats met 28%. De handelsbalans in België is negatief met een tekort van 119 889ton, aangezien er in totaal 1 463 695 ton diervoeder is geëxporteerd in 2017.

BFA verenigt met 93% van het volume en 124 aangesloten bedrijven vrijwel de hele sector.

Productie naar sector

Varkensvoeder blijft veruit de hoofdbrok van de activiteiten met 52% van de totale productie. De productie van varkensvoeder daalde wel de laatste 4 jaar. De daling zet zich in 2017 wel minder sterk voort dan de voorgaande jaren. In 2017 werd er 3,5 miljoen ton varkensvoeder geproduceerd door 87 Belgische BFA-leden, een daling van een kleine 3000 ton ten opzichte van 2016.

De pluimveevoeder- en de rundveevoederproductie groeien de laatste tien jaar gestaag. In 2017 produceerden respectievelijk 60 en 95 Belgische BFA-leden 1 366 996 ton pluimveevoeder en 1 494 618 ton rundveevoeder. Daarnaast werd er nog 420.380 ton andere mengvoeders geproduceerd.

Daarnaast zijn er 20 Belgische leden die ook voormengsels maken, waarvan er 4 gespecialiseerd zijn in de productie van premixen. In België werd er voor 2017 241.683 ton geproduceerd. 13% van de mengvoederproductie en 56% van de geproduceerde voormengsels waren bestemd voor de buitenlandse markt.

Productie BFA
BFA

Lees ook in Actueel

Meer artikelen bekijken