Barnier acht handelsakkoord in dit stadium ‘onwaarschijnlijk’
EU-hoofdonderhandelaar Michel Barnier acht een handelsovereenkomst met Groot-Brittannië, essentieel voor de landbouw, in dit stadium ‘onwaarschijnlijk’. Dat heeft hij gezegd na de meest recente onderhandelingsronde in Londen. De Britse hoofdonderhandelaar David Frost van zijn kant erkent dat een akkoord tegen eind deze maand, zoals de Britse premier Boris Johnson had gehoopt, onmogelijk is. Hij mikt nu op september.
Jaarlijks importeert Groot-Brittannië voor zo’n 40 miljard euro aan landbouw- en voedingsproducten uit de EU. De EU is goed voor 73% van de totale Britse import van landbouw- en voedingsproducten. Vooral op het gebied van zuivel en vlees zijn de Britten afhankelijk van de EU. Nederland, Duitsland, Ierland en Frankrijk zijn de belangrijkste leveranciers, maar de hele EU wordt indirect wel geraakt als de handel met Groot-Brittannië terugvalt, en dus producten een andere bestemming moeten krijgen.
Volgens Barnier is er vooruitgang geboekt in een aantal dossiers, zoals gerechtelijke samenwerking, maar kwam er daarentegen geen beweging in twee cruciale elementen, met name eerlijke concurrentie en visserij. “De Britse weigering om zich te engageren voor een gelijk speelveld en een visserijovereenkomst, maken dat een handelsakkoord in dit stadium erg onwaarschijnlijk is“, aldus de EU-hoofdonderhandelaar. Hij herinnerde er nog aan dat er tegen oktober een deal moet zijn, opdat die geïmplementeerd zou kunnen worden tegen januari, wanneer de overgangsperiode eindigt en Groot-Brittannië de Europese eenheidsmarkt verlaat.
Ook David Frost, de Britse ambtgenoot van Barnier, zegt dat er nog ‘een grote kloof’ is tussen de standpunten van beide partijen wat betreft eerlijke concurrentie en visserij. Maar, “ondanks alle moeilijkheden, schat ik dat we op basis van het werk dat we in juli deden, nog altijd een akkoord kunnen bereiken in september”, stelt hij. "We moeten blijven onderhandelen met dat doel voor ogen.” Forst voegt wel toe dat de mogelijkheid bestaat dat er geen akkoord komt. “We moeten ons daarom blijven voorbereiden op alle mogelijke scenario's voor het einde van de overgangsperiode eind dit jaar.”
Zonder handelsakkoord gaan dan automatisch de regels van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) gelden, met hogere invoerheffingen voor veel goederen tot gevolg. De vraag is of de Britten in dat scenario niet zelf lagere of geen invoerheffingen op bepaalde voedingsproducten zullen instellen. Het land is immers een netto-importeur van voedsel en kan voor sommige producten niet zo eenvoudig andere leveranciers vinden.
