Startpagina Wetgeving

Voedselverkoop en proeven op de hoeve: toelatingen van productie tot verpakking

Bij multifunctionele landbouw is er veel mogelijk. Je kan drank en voedsel aanbieden, kookworkshops geven, bezoekers rondleiden, maar ook logies voorzien en nog zoveel meer. Leuk allemaal, maar er zijn toch wel wat regels verbonden wat betreft voedselveiligheid en veiligheid tegenover bezoekers. Een kort overzicht.

Leestijd : 5 min

Wie kan er nu beter een workshop geven over bioveiligheid dan een expert van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV)? Stijn Hermans wist tijdens een vorming van Inagro het publiek te informeren over de do’s en don’ts rond verschillende verbredingsactiviteiten. Landbouwleven was aanwezig en zet enkele belangrijke punten nog eens op een rijtje.

Verkoop van plantaardige producten

Vele landbouwers kiezen ervoor om hun oogst aan de consument te verkopen, onverwerkt of verwerkt tot kant-en-klare producten. De verkoop van onverwerkte producten kan mits een registratie bij het FAVV. Heb je echter minder dan 50 are aardappelen en hoogstamfruit, minder dan 25 laagstamfruit of minder dan 10 are van andere plantaardige producten heeft, dan is registratie niet nodig. Wel is het verplicht om een gebruiksregister bij te houden van de toegepaste gewasbeschermingsmiddelen en biociden. Indien men verkoopt aan andere operatoren in de voedselketen, dan is geen bijkomende registratie of toelating nodig. “Voor verkoop van primaire producten op de hoeve, heb je dus ook geen registratie of toelating nodig”, verduidelijkt Hermans. “Iedereen moet wel een autocontrolesysteem G040 hebben, ook in de primaire productie.”

Voor de verwerkte producten zit het anders in elkaar, zoals voor confituur of fruitsap. Dan heb je een toelating 1.1 ‘Detailhandel in levensmiddelen’ nodig als je het wil verkopen. Dan val je onder de distributiesector. Ook de infrastructuur moet aan de eisen voldoen. “Als je de producten niet in eigen winkel wil verkopen, maar via andere kanalen, dan moet je zien hoeveel B2B-activiteit je hebt. Als je lokaal en beperkt verkoopt, val je onder de toelating 1.1. Maakt die verkoop meer dan 30 % van de omzet uit en vindt de verkoop niet plaats binnen de 80 km van de productieplaats, dan val je onder de transformatiesector en toelating 1.2 ‘ Inrichtingen voor de productie, de verwerking en het in de handel brengen van voedingsmiddelen’”

Verwerk je lokaal je producten en verkoop je die lokaal en beperkt, dan val je onder het nieuwe autocontrolesysteem G-007 ‘Detailhandel in algemene voedingswaren’ of de G-044 ‘Generieke autocontrolegids voor de B2C-sector’. Hier staan de goede hygiënepraktijken in, zoals de eisen naar infrastructuur van verwerking, en een aantal kritische controlepunten “maar die liggen voornamelijk op producten die koeling vereisen”, klinkt het nog. Als je toch in de sector verwerking zit, dan is de autocontrolegids G-014 aardappelen, groenten, fruit (verwerkende industrie en handel) van toepassing.

Hoevezuivel en -slagers

De toelating met hoevezuivel in de distributiesector, is die van 4.3 ‘Inrichtingen waar melk wordt verwerkt op het bedrijf’. “Ga je rechtstreeks verkopen aan de eindconsument, dan is de toelating voldoende. Ga je voornamelijk B2B werken, dan ligt de focus anders en is er een erkenning 4.1 ‘Melkinrichtingen’ nodig”, wordt verteld. Het je de erkenning 4.1, maar verkoop je de vervaardigde producten ook rechtstreeks aan de consument, dan is ook de toelating 1.1 ‘Detailhandel in levensmiddelen’ noodzakelijk als voor de verkoop speciaal daarvoor voorziene infrastructuur of een specifieke inrichting aanwezig is.

Als bij hoeveslagers de focus ligt op lokaal verkopen in een eigen hoevewinkel of -slagerij of in nabijheid, dan is de toelating 2.1 ‘vleeswinkels’ voldoende. Wil je toch breder gaan en B2B werken, dan is een erkenning nodig. “In de vleessector gelden dan bijkomende eisen naar infrastructuur, controles en eisen. Binnen toelating is controlefrequentie lager dan bij erkenning”, gaat Herman verder. Net als bij hoevezuivel is naast de erkenning ook de toelating 1.1 ‘Detailhandel in levensmiddelen’ noodzakelijk als voor de rechtstreekse verkoop aan de consument speciaal daarvoor voorziene infrastructuur of een specifieke inrichting voorzien is.

Verkoop van bier en ander alcohol

Brouwen en verkopen van bier doen de meeste landbouwers niet. Maar degene die dat wel doen, moeten in het bezit zijn van een toelating 1.2. Verkoop je alcoholische dranken, zoals advocaat, in je winkeltje, dan moet dat onder toelating 1.1 ‘Detailhandelaar met verwerking’. “En opnieuw, wil je breder gaan en in B2B, dan moet dat onder toelating 1.2.”

Toelatingen bij logies

Sommige hoeves bieden ook logies aan, doen aan hoevetoerisme, bieden een verbruiksruimte of een hoevepicknick. Dat kan, maar bij de wetgeving van het agentschap zijn er drie niveaus waarbij je je kenbaar moet maken: registraties, toelatingen en/of erkenningen. Registraties kunnen voor landbouwers, maar ook voor mensen die enkel dranken verkopen. “Heeft je bedrijf een verbruiksruimte waarbij enkel dranken worden verkocht, dan volstaat registratie. Ook als je logies en uitsluitend ontbijt aanbiedt, is enkel een registratie nodig. Wanneer je meer doet dan dat, bijvoorbeeld wanneer je in de verbruiksruimte naast drank ook maaltijden aanbiedt of zelfgemaakte producten verkoopt, dan is ook een toelating 1.1 nodig.” Bied je logies aan met ontbijt en/of maaltijden, dan moet voldaan worden aan de goed hygiënepraktijken en is een autocontrolesysteem nodig. Aan die laatste denkt men aan de G-044 ‘Generieke autocontrolegids voor de B2C-sector’ of de G-023 ‘Horeca’.

Proeven van rauwe melk op de hoeve

Proeven van rauwe melk is iets vervelend”, begint Hermans. Verschillende studies door het wetenschappelijk comité van het voedselagentschap bevelen aan geen rauwe melk te consumeren. “Zeker aan de kinderen, ouderen, zwangere vrouwen en zieke personen wordt het afgeraden. Na verhitting kan het wel.” Geef je rauwe melk mee, dan moet er een etiket op dat zegt dat de rauwe melk verhit moet worden voor gebruik. Bij alle andere producten die men meegeeft, moet men de Europese verordening van voedingsinformatie volgen. Daar staat vooral in welke info erop moet staan voor de klant als het gaat over voorverpakt product en een beetje over welke info er moet zijn als het gaat over niet voorverpakt product. “Dat is van toepassing bij het gratis aanbieden van producten, maar ook als het in de handel terechtkomt.

Regels bij verpakkingen

Eerst en vooral: de belangrijkste regel voor alle levensmiddelen is dat je altijd moet kunnen informeren over de allergenen die aanwezig zijn, voorverpakt of niet. Met voorverpakt wordt bedoeld dat het levensmiddel bestaat uit het product en verpakkingsmateriaal, waarbij je niet aan product kan zonder het ten dele te verwijderen vooraleer je aan product kunt. “Is het voorverpakt en zelf gefabriceerd, dan geldt een versoepeling op de etikettering: er is geen etiket nodig, maar wel informatie over de allergenen en een houdbaarheidsdatum. Heb je het niet zelf klaargemaakt, dan is een etiket met meer informatie nodig, tot zelfs voedingswaarde toe.”

Bij het verkopen van één soort groente zonder loof dat voorverpakt is, is er geen allergeneninformatie, want de klant ziet wat het is. Bij vers groente en fruit moet ook geen datum bij. “Je moet wel oppassen met groentepakketten, zoals soepgroentenpaketten. Dan is wel een datum en allergeneninfo nodig. ‘Bevat selder’ moet erop vermeld staan, want selder is een allergeen.” Als mensen vragen naar allergenen bij de producten, moet je alle info hebben. “Die info moet er zijn, maar hoeft niet speciaal uit te hangen. Het is wel goed om een bord uit te hangen met: ‘vraag naar de allergenen’ en ‘de samenstelling kan wijzigen’. Met andere woorden mondeling moet, schriftelijk mag maar moet niet.”

MV

Lees ook in Wetgeving

Pelt-arrest verontrust landbouwbedrijven

Wetgeving De Vlaamse overheid bekijkt of er nood is aan verduidelijking over de milieutechnische eenheid in het kader van de vergunningsverlening van waterwinningen. Het Pelt-arrest over grondwaterwinningen verontrust landbouwbedrijven met meerdere grondwaterwinningen.
Meer artikelen bekijken