Boerin An, (landbouw)ster op de kuisvloer: “Het geeft me ontspanning, flexibiliteit en een financiële buffer”
“Al 15 jaar verzorg ik samen met mijn man mestkalveren.” Het zou een zin kunnen zijn die veel landbouwsters kunnen zeggen. De 47-jarige An Kenis van het Loenhoutse Katiman zou dit bijvoorbeeld kunnen zeggen, maar omdat ze energie voor 10 heeft, besliste ze om een extra job erbij te nemen: ze springt bij als huishoudhulp bij 4 klanten.
Op veel landbouwbedrijven kiezen de uitbaters voor verbreding. Sommigen starten een bed and breakfast, anderen kiezen voor een slagerij of gaan voor sociale verbreding. An Kenis van het Loenhoutse landbouwbedrijf Katiman koos als bijjob voor huishoudhulp. Ze kon hiervoor terecht bij Ferm Huishoudhulp, één van de dienstenchequebedrijven in Vlaanderen. En An is zeker niet alleen: dagelijks gaan meer dan 2.800 huishoudhelden op pad om te poetsen, te strijken, boodschappen te doen of om maaltijden te bereiden. Toch is er nog een groot tekort, want huishoudhulp wordt beschouwd als een knelpuntberoep. Nochtans kan het beroep veel voordelen bieden, ook voor landbouwers. “Momenteel zijn het vooral vrouwen die kiezen voor huishoudhulp, maar mannen zijn zeker ook welkom bij Ferm”, klinkt het.
Zo was het een ideale bijjob voor An, die tijd vond naast haar werk in hun landbouwbedrijf. Zij en haar man Tim verzorgen al 15 jaar mestkalveren in hun bedrijf Katiman. Ze namen het bedrijf over van de ouders van Tim. “Een boerderij runnen is heel wat werk. Daar moet je minstens met 2 voor zijn. Wij doen het gewoon op ons tweetjes, zonder gasten”, vertelt ze. Tim en An hebben een stal afgebroken en een nieuwe stal gezet, en 3 jaar geleden besliste het koppel om ook de andere stal af te breken en om een nieuwe te zetten. An en Tim verzorgen zo 1.080 kalveren, waarvan er 720 in de ene stal staan en 360 in de andere stal. “De kalfjes komen aan wanneer ze 3 weken oud zijn, en dan zetten we ze in een hok. Nadat we ze leren drinken, kunnen ze per 6 in een groter hok”, vertelt An.
Werken in de stallen
An geeft aan de kalfjes melk wanneer ze nog vast staan. Achteraf, wanneer de kalfjes wat ouder zijn, krijgen ze automatisch melk. “Achteraf geef ik ze nog meel (een mengeling van vlok en stro) en dat komt in de mengwagen terecht”, legt An uit. Voor het groot aantal kalveren rekent An ’s morgens 3 uur werk uit, en ’s avonds gebeurt hetzelfde.
Tot de kalfjes anderhalf maand oud zijn, is het best een drukke periode voor haar en haar man. Naast de gewone mestkalveren verzorgt het koppel immers ook dikbilkalveren. “En die vragen veel geduld en tijd. Ze vereisen een speciale aanpak.” In de minder drukke periodes ging An vroeger werken in de supermarkt in de buurt. Die supermarkt werd echter een Delhaize die van 8u tot 20u open was. “Ja, dat ging voor mij niet meer. Ik moet ook mijn werk in de stallen nog gedaan krijgen.” Ze zocht daarom naar een nieuwe uitdaging.
Via vriendinnen bij Ferm
Via vriendinnen kwam An uiteindelijk uit bij Ferm. “Ik heb zo veel energie die ik graag positief wil inzetten”, geeft ze mee. “Ik kwam 14 jaar geleden uit op huishoudhulp, en ben ermee gestart in juni 2007. En dat doe ik nog even graag.” Voor haar bleek het ideaal. Bij Ferm houden ze immers rekening met de eisen van de landbouwster, en dus ook met die van An. “Ik werk via een contract met Ferm. Ik koos er in het begin voor om 4 blokken van 4 uur te werken, en samen met Ferm werkten we een schema uit. Zo werk ik op dinsdag, woensdag en donderdag in de voormiddag.”
Toch moest ze zelf ook een evenwicht zoeken in het werk. In het begin van haar carrière als huishoudhulp werkte ze 20 uur per week. Dat verminderde naar 16 uur per week en nu werkt ze 14 uur als huishoudhulp. Vaak is dat van 8 tot 12 uur, “maar ik kan in de drukke periodes werken van 9 tot 13 uur, en dan ga ik sommige dagen zelfs niet. Mijn klanten weten dat ik voornamelijk landbouwster ben en vinden deze flexibele uren dus zeker oké”, geeft ze mee. Een ander voordeel is dat An nooit ver moet gaan voor het werk als huishoudhulp. Al haar klanten wonen immers in Loenhout, waar de boerderij gevestigd is.
“Tot in de perfectie”
Ze geeft aan – én toe – dat het poetswerk haar nooit tegenzit. In de stallen poetst ze ook alles. Als er nieuwe kalveren aankomen, of als er vertrekken neemt ze de tijd om de stallen te reinigen. “En dat tot in de perfectie, hé. En als de kalveren in de stallen staan, kijk ik elke dag de stallen en de dieren na. In de stallen maak ik ook de goten proper.” Die ijver trekt ze voort tot bij de klant. “Ik doe er alle schoonmaakwerk dat de klant wil: ik poets, kook, strijk,… Het is nog best een gevarieerd takenpakket.”
Financieel opstekertje
en flexibiliteitAn steekt bovendien niet onder stoelen of banken dat het extraatje dat ze verdient als huishoudhulp een aangename buffer geeft. “We weten allemaal dat het inkomen van de landbouwers niet bij iedereen is wat het moet zijn. Van ons boerderijwerk zullen we ook niet rijk worden, hoeveel tijd we er ook insteken. Ik deed het werk bij de supermarkt ook om wat financiële buffer op te bouwen”, vertelt ze. Met het geld dat ze verdient als huishoudhulp geeft An aan wekelijks de boodschappen te kunnen doen. “Maar als ik eerlijk ben: zelfs als we een erg goed inkomen zouden hebben, zou ik iets gezocht hebben voor mezelf. Ik ben gewoon heel energiek. Ik heb zelf moeten leren om enkele malen per dag wat kalmer te zijn. Zo neem ik ’s middags een half uur pauze, en neem ik graag de tijd om te koken.”
Hoewel ze haar werk graag doet, was het toch niet haar allereerste keuze als bijjob. Zo dacht ze eerst om als kinderverzorgster aan de slag te gaan “maar ik had het diploma niet.” Het belangrijkste voor haar was wat flexibiliteit te creëren. “Mijn oudste zoon Cis was toen 2 jaar, en daarbovenop was ik in verwachting van Jul. Tijd voor mijn gezin vind ik enorm belangrijk. Door in blokken te werken, kon ik flexibiliteit en tijd creëren voor mijn gezin.”
Een klik met elke klant
Bovendien ervaart An het werk als huishoudhulp niet echt als zwaar werk. Voor haar is het een soort van ontspanning, werk zonder stress. “Er is inderdaad wel het fysieke werk, maar ik heb een goed band met mijn klanten. De klik is er. Ze appreciëren én erkennen mijn werk, en dat doet natuurlijk veel”, vertelt ze. Ze geeft aan zich bij elk van haar 4 klanten welkom te voelen. “Weet je dat ik nog steeds bij mijn allereerste klant ga. Maar ook bij de jongere generatie, is het heel aangenaam werken. Per klant merk je wel een verschil in dynamiek, en dat maakt het ook boeiend. Moest het echt niet lukken bij een klant, weet ik ook dat ik bij Ferm terecht kan voor oplossingen.”