Startpagina Melkvee

Gras is niet alleen goed voor de koe

Een goede beweiding houdt belangrijke voordelen in. Niet alleen de koe vaart er wel bij, de melk bevat bij voldoende opname van vers weidegras ook meer verzadigde vetzuren. Vlaamse melkveebedrijven kunnen het label ‘weidemelk’ krijgen als de melkkoeien minstens 120 dagen 6 uur op de weide staan.

Leestijd : 3 min

A ls extra voorwaarde om het weidemelklabel te verkrijgen dient er per koe 0,1 ha beschikbaar te zijn en moet er, naast andere voorwaarden, ook natuurlijke beschutting voorhanden zijn.

Begrazing kan het welzijn voor de dieren verhogen. Commissielid Chris Steenwegen (Groen) leert uit een recente Ierse metastudie dat, naarmate het rantsoen van melkkoeien meer vers gras bevat, de samenstelling wijzigt van de melk die ze produceren.. Sommige van die effecten zijn merkbaar in het eindproduct en andere dan weer niet.

Welzijn

Voor de mens zijn niet alle verschillen even merkbaar. De studie bevestigt wel dat begrazing het welzijn voor de dieren kan verhogen. De koeien kunnen gemakkelijker hun natuurlijk en sociaal gedrag vertonen en het verlaagt de kans op gezondheidsproblemen. Op vlak van milieu scoort weidemelk ook beter dan melk van koeien die weinig tot niet buitenkomen.

De consument kijkt positief naar het concept weidemelk. Soms is het voor de verbruiker nog te onduidelijk wat juist wordt bedoeld met weidemelk en welke impact dit heeft op koe, melk en milieu.

Steenwegen wilde van minister Jo Brouns (cd&v) in de commissie Landbouw te weten komen of hij extra ondersteuning ziet voor het concept weidemelk en welke mogelijkheden er zijn voor boeren om hierop in te spelen.

Meerwaarde

Onze Vlaamse landbouwminister bevestigt dat het aanhouden van grasland de biodiversiteit doet toenemen. Er wordt koolstof opgeslagen onder het grasland, waardoor de landbouwer zijn steentje bijdraagt aan de klimaat-adaptatie. Grazende koeien in het voorjaar zijn ook een meerwaarde voor de beleving op het platteland. Met de productie van weidemelk wordt ingespeeld op de interesse van de consument.

“Als de consument hiervoor ook nog de juiste prijs wil betalen, dan is het verhaal helemaal rond”, zegt minister Brouns.

Neveneffecten

Beweiding zorgt ervoor dat urine en mest niet samenkomen, zodat er minder ammoniak wordt gevormd. Beweiding is dan ook een belangrijke maatregel die is opgenomen op de lijst van PAS-maatregelen.

Er zijn echter ook neveneffecten verbonden aan beweiden. De rantsoensamenstelling fluctueert en koeien kunnen worden besmet door specifieke pathogenen zoals wormen. Beschikbaarheid en kwaliteit van gras zijn onzeker. Beweiding vraagt bovendien een aangepast en vaak complexer management. Daarnaast vraagt weidemelk een voldoende grote huiskavel.

Premie

Minister Brouns herinnert eraan dat het concept weidemelk werd uitgebouwd door de sector zelf. Er zijn enkele zuivelfabrikanten die weidemelk aanbieden en die hiervoor een premie toekennen aan de deelnemende landbouwers.

Vanuit de overheid worden dit product en deze productiewijze niet rechtstreeks gesubsidieerd. Wel wordt via het stimulerende beleid voorzien in een aantal randondersteuningen. De VLIF-steun voor specifieke investeringen, zoals een drinkwaterpomp op de weide of projecten waarin beweiding soms een thema is, zijn daarvan voorbeelden.

Er is bovendien het Europese programma WeideWijs. Daarbij wordt gezocht naar een hogere rendabiliteit bij het beweiden. De uitdaging voor beweiden met robotmelken is daarin opgenomen.

Haakse evolutie

Brouns bevestigt dat beweiding een aantal belangrijke voordelen heeft. Toch stelt Chris Steenwegen vast dat de evolutie in de melkveehouderij daar soms haaks op staat. Hij ziet een evolutie van meer op stal zetten en minder beweiding. In de evolutie van de enterische emissies en om die te verlagen komen andere voeders opdagen die veronderstellen dat koeien meer binnen staan om die voeders constant te kunnen opnemen. In de nieuwe grote stallen blijven de koeien meestal binnen. Ook de pocketvergisters veronderstellen dat koeien meer binnen staan.

De groene volksvertegenwoordiger raadt aan om die evolutie kritisch te bekijken. Hij suggereert om middelen te zoeken om de melkveebedrijven waar de koeien nog de kans krijgen om buiten te lopen en waar beweiding een belangrijk onderdeel uitmaakt van de bedrijfsvoering, te blijven ondersteunen.

“Het mag met onze runderen en ons melkvee niet dezelfde weg opgaan als met de varkens en het pluimvee. Die worden opgesloten in hoogtechnologische stallen en komen niet meer buiten...”, meent Steenwegen.

Fons Jacobs

Lees ook in Melkvee

Meer artikelen bekijken