80 % van de Belgische landbouwmachines is ‘made in West-Vlaanderen’

In ‘West-Vlaanderen Werkt’ staat de sector van ontwerpers en producenten van machines en elektromechanische uitrusting voor land- en tuinbouw, of kortweg de agrotech-sector, centraal. Er gaat ook speciale aandacht naar het groeipotentieel van deze West-Vlaamse agrotech-sector.

De Provincie West-Vlaanderen werkte de publicatie uit in samenwerking met Agreon, dat onderdeel is van Inagro vzw, het onderzoeks- en adviescentrum voor land- en tuinbouw in West-Vlaanderen.

Cijfers binnen de agrotech-sector

Het zwaartepunt van deze industriële activiteit ligt in West-Vlaanderen: 80 % van de Belgische landbouwmachines wordt in de kustprovincie ontworpen en vervaardigd.

De sector kent een 20-tal West-Vlaamse grote en kleine bedrijven met bekende namen als Packo (Zedelgem) en New Holland (Zedelgem). Er worden ruim 3.000 personen tewerkgesteld, met nog eens meer dan 1.000 jobs in de toeleveringsbedrijven. Momenteel staan er 100 vacatures open. Deze dynamische sector creëerde ruim 200 extra jobs in de moeilijke periode van 2010 – 2015. In de jongste drie jaren investeerden zij samen circa 100 miljoen euro.

De agrotechnologiebedrijven hebben hun wortels in de landbouwfamilies en smederijen van de eerste helft van de vorige eeuw. Ze worden vandaag meestal geleid door een ondernemer uit de tweede of derde generatie. 85 % van deze fabrikanten is vandaag nog steeds een familiebedrijf.

Onder andere in de deelsectoren ‘ontwerp’ en ‘vervaardiging’ van machines voor aardappelteelt en vlasoogst, behoren de West-Vlaamse familiebedrijven tot de Europese top.

Opvallend is dat de twee grootste spelers in deze sector, Packo en New Holland, al vele jaren in handen zijn van buitenlandse multinationals.

Uitbreidingskoorts

Uit een bevraging bij de betrokken bedrijven blijkt dat ze gemiddeld 60 % van hun producten in het buitenland verkopen, waarvan reeds 5 % buiten de Europese Unie. 30 tot 50 % van hun jaarlijkse investeringsbudget gaat naar innovatie. Vijf bedrijven hebben concrete plannen voor een fysieke uitbreiding van hun huidige bedrijfsgebouwen in West-Vlaanderen.

Uit het onderzoek komt evenwel ook naar voor dat sommige van deze ondernemingen hun verdere expansie afremmen door een koppig conservatisme en/of koudwatervrees. Dit belet hen soms om voluit te gaan voor open innovatie, professionele communicatie, internationale partnerships en versterking van het management met talent van buiten de familiekring. Het overschrijden van de drempel van de 50 werknemers remt hen ook vaak af.

De agrotech-sector

De agro-mechatronicasector, een combinatie van mechanische uitrusting met steeds meer gesofisticeerde elektronische en digitale toepassingen, is één van de speerpunten van onze West-Vlaamse economie.

Het betreft een brede waaier aan machines, rollend materiaal en elektromechanische uitrusting die gebruikt worden bij het doorploegen van de landbouwvelden, het zaaien en aanplanten, het bemesten en besproeien en het rooien en oogsten van groenten en gewassen. Deze toepassingen spelen vaak een cruciale rol in de transitie van de landbouweconomie naar wat ‘smart farming’ of precisielandbouw genoemd wordt.

Deze industriële sector wordt door het provinciebestuur en de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij West-Vlaanderen (POM) gepromoot als één van de vijf Fabrieken voor de Toekomst. Dit zijn de voedingssector, de Mechatronicasector, Blue Energy, de zorgeconomie en nieuwe materialen.

Ondersteuning

De West-Vlaamse agro-mechatronicasector krijgt ondersteuning van het West-Vlaamse sectornetwerk Agreon, dat onderdeel is van Inagro vzw, en de POM West-Vlaanderen, het aanspreekpunt voor ondernemerschap in de provincie.