Samen een sterk (vrouwen)team

Ellen Vaneynde - hoogzwanger tijdens de reportage - vormt een ideale tandem met haar mama Marja Both op het pluimveebedrijf.
Ellen Vaneynde - hoogzwanger tijdens de reportage - vormt een ideale tandem met haar mama Marja Both op het pluimveebedrijf. - Foto: AV

De rush aan werkzaamheden is net voorbij wanneer ik het erf oprij. Ik tref de hoogzwangere Ellen (33) in de zetel. Ze kreeg verplichte rust opgelegd tot de derde dochter zich, begin mei, aandient. Amelia (2) doet haar middagdutje en plusdochter Malena (6) is nog op school. Even rust dus. Ellen heeft het er wat moeilijk mee dat ze hier nog enkele weken toe gedoemd is. “Maar het werken in de stal lukte niet meer, en weliswaar krijgt ons kindje prioriteit!” lacht Ellen. (n.v.d.r. Intussen beviel Ellen van een wolk van een dochter Camila)

De wereld zien

Ellen stapte op haar 23 in het ouderlijke bedrijf. “In mijn jeugd en studententijd had ik totaal geen interesse in het werk op de boerderij. Ik hielp amper. Niet zozeer omdat dat ik vies was van het werk, maar ik wilde andere dingen doen en tutte me ook graag op. Ook bij mijn studiekeuze ging ik een heel andere richting uit. Ik koos voor accountancy en fiscaliteit.

Eens afgestudeerd kon ik eindelijk uitvliegen. Ik deed dan ook duizend-en-één verschillende jobs, in binnen- en buitenland. Zo werkte ik in Mallorca en Lanzarote, maar ik profiteerde ook van mijn vrijheid. Ik reisde letterlijk naar de andere kant van de wereld, onder meer naar de Verenigde Staten en Australië. Als ik daar nu op terugkijk, was ik zoekende. Ik vond nergens ‘mijn draai’. Wel was het duidelijk dat ik zelfstandige zou worden. En plots kwam de omslag. Ik vroeg aan mama of ik in het bedrijf mocht instappen.”

Marja (60) stapt op dat moment net de kamer binnen. Ze heeft heel de voormiddag in de stallen gewerkt, maar daar is niets van te merken. “Eens het werk gedaan, douche ik mij en trek ik vrouwelijkere kleding aan. Het is niets voor mij om een hele dag in een overall te blijven rondhangen. Voor Ellen ook niet trouwens.“

Marja herinnert nog exact wat ze indertijd op Ellen haar vraag antwoordde: “Ik was natuurlijk verrast, maar voor mij was het oké… op voorwaarde dat we een bijkomende stal bouwden zodat er voldoende inkomen zou ontstaan voor twee. Ellen is dan wel mijn dochter, maar mijn inkomen halveren dat zag ik niet zitten.”

Levenslang engagement

Het was een belangrijke beslissing voor moeder en dochter. Marja: “Eens je zo’n keuze maakt, is het voor de rest van je leven. De lening die met zo’n investering gepaard gaat, bindt je minimaal voor twintig jaar aan de stiel.” Op het legkippenbedrijf stond op dat moment een stal voor 36.000 kippen. Er kwam een tweede langs voor 24.000 kippen. Het bedrijf heeft daarnaast nog een akkerbouwtak, met ongeveer 25 ha land in eigen beheer.

Het legkippenbedrijf bestaat uit een stal voor 36.000 kippen en een tweede voor 24.000 kippen erlangs. Daarnaast heeft het bedrijf nog een akkerbouwtak met ongeveer 25 ha land in eigen beheer.
Het legkippenbedrijf bestaat uit een stal voor 36.000 kippen en een tweede voor 24.000 kippen erlangs. Daarnaast heeft het bedrijf nog een akkerbouwtak met ongeveer 25 ha land in eigen beheer.

“Om me bij te scholen in het landbouwwereldje én om als starter recht te hebben op tussenkomst van het Vlaams Investeringsfonds (VLIF) volgde ik al snel de zogenaamde B-cursus. Maar het meeste leerde ik door in het kielzog van mama het reilen en zeilen van het bedrijf te volgen.” Die persoonlijke opleiding liep gesmeerd. “Mama was de baas. Ik volgde. Maar na een drietal jaar wilde ik wel meer. Ik voelde me volleerd. Ik wilde meer zeggenschap binnen het bedrijf.” Marja schoof toen een aantal taken door naar Ellen.

Ondertussen zijn we tien jaar verder. Ellen blikt terug. “Ik ben letterlijk tot rust gekomen. Ik ben nu een echt huismoedertje geworden. De drang om de wereld te verkennen is verdwenen. En eens mama, dan ben je voor altijd mama. De kleine Amelia loopt nu al met ons mee in de stal. Ze heeft de genen van haar oma, het is een echt boerinnetje. Het lijkt er wel op dat de boerengenen een generatie hebben overgeslagen, want zoals eerder aangehaald interesseerde het boerenleven me niet als kind en als puber. Mijn broer sloeg trouwens ook een andere weg in.”

Kleine Amelia (2) vertoeft graag in de stal met haar oma Marja.
Kleine Amelia (2) vertoeft graag in de stal met haar oma Marja. - Foto: Ellen Vaneynde

Binnen de sector is dit een eerder klein legbedrijf, maar voor beide dames is het groot genoeg. In de buurt is men bovendien niet echt landbouwgezind. Zo zagen enkele buren het huis van Ellen op aanpalende grond niet graag komen. “Het was niet evident om een tweede bedrijfswoning vergund te krijgen. Bepaalde buren gunden het ons blijkbaar niet, ze zagen het als nóg een generatie dat hier zou boeren.” Uiteindelijk raakte de nieuwbouw rond. Ellen verhuisde in 2016 naar haar nieuwe woonst. “Het is prettig om zowel naast het bedrijf als naast mama te wonen”, glundert Ellen, “dat is ook handig nu er kindjes zijn.”

Zware stiel

De taakverdeling op het gezamenlijke bedrijf loopt als vanzelf. Ellen ondervindt nu een voordeel van haar toenmalige studiekeuze. “Ik neem de volledige boekhouding en administratie op mij, terwijl mama een technisch vernuft is.” Moeder en dochter zijn ook compatibel op vlak van emoties. “Ik ben een rustig type, terwijl mama behoorlijk heftig is in alles wat ze doet.”

Ellen neemt het administratieve werk meestal voor haar rekening.
Ellen neemt het administratieve werk meestal voor haar rekening. - Foto: Marja Both

Marja boert al dertig jaar op deze locatie: “Na jaren in loondienst te werken op een bedrijf met 12.000 kippen, wilde ik voor eigen rekening beginnen. Ik startte hier, samen met mijn toenmalige man, met 36.000 legkippen; ik fulltime terwijl mijn man ook nog buitenshuis ging werken. Daarom liepen alle contacten met de verkopers en technici via mij. Ik ben erin gerold. En ja, intussen kan ik wel mijn mannetje staan. Welke vrouw kan zeggen dat ze een motor kan vervangen?

De legkippensector is best wel een zware stiel voor een vrouw alleen. Gelukkig nam Ellen de voorbije jaren een deel van de taken op zich. Het is fijn om samen te werken. We hebben een vaste structuur in onze activiteiten. De werkzaamheden in de stal – controleren van water en eten van de dieren, eieren sorteren en rapen - zijn geconcentreerd in de voormiddag. We ronden onze dagelijkse routine graag ‘s middags af. In de namiddag doen we bijkomende zaken, zoals bijvoorbeeld een onverwachte herstelling, de administratie… We ontvangen dan ook vertegenwoordigers of we gaan naar een studievergadering. En we hebben natuurlijk allebei ook nog ons huishouden te beredderen. Ook dat gaat immers niet vanzelf.”

Zwanger is niet ziek

“Om mama wat te ontlasten van het zwaardere werk in de stal, staat ze de voorbije jaren wat meer aan de eiersorteerband dan vroeger”, gaat Ellen verder. “Enkel omdat het mij momenteel niet meer lukt, nam mama weer heel wat taken over. Gelukkig hebben we sinds kort, deeltijds, een prima medewerker in dienst. Kurt werkte al eerder op een pluimveebedrijf en leert dus snel onze gang van zaken. Hij neemt nu de zwaarste taken op zich.”

Zwanger zijn als pluimveehoudster is niet evident. “Het is natuurlijk een ‘situatie’ die onze mannelijke collega’s fysisch niet kunnen ondervinden. Je bent niet ziek, maar die bolle buik zit op een bepaald moment letterlijk in de weg. Ik moet bovendien bij deze tweede zwangerschap verplicht rusten. Straf is dat ik bij deze vroegtijdige uitval niet kan rekenen op mijn verzekering voor een gewaarborgd inkomen. Op die zaken zou ik nu meer letten vooraleer ik deze zou ondertekenen.”

Aanpak verloopt niet anders dan bij collega’s

Zakelijk zijn de dames aan elkaar gewaagd. De gesprekken en onderhandelingen voor de aankoop- en verkoopcontracten doen ze samen. Rond de jaarwisseling realiseerden ze bijvoorbeeld een commercieel gunstig nieuw verkoopcontract.

Marja heeft haar jarenlange ervaring mee. Ellen voegt daar de kennis van haar opleiding en een modernere aanpak aan toe. Marja: “Onze contacten – vertegenwoordigers, bankdirecteurs, dierenarts – weten echt wel waarmee we bezig zijn. Ze zullen ons dan ook niet anders behandelen dan onze mannelijke collega’s. Een nieuwe vertegenwoordiger kan zich nog eens ‘mispakken’, maar dat duurt meestal niet lang.”

Ellen: “Ik heb mama indertijd wel het nut van de moderne communicatie moeten aanleren. Zij deed bijvoorbeeld alle bestellingen telefonisch. Maar als je weet dat bestellen vóór twaalf uur een korting kan opleveren, dan is het wel belangrijk dat je dit indien nodig kan aantonen. Ik introduceerde hier dus elektronische bestellingen. Die eerste keren stond mama letterlijk achter mijn rug mee te volgen. Ze vertrouwde die mails niet echt.”

Marja en Ellen houden graag zoveel mogelijk de touwtjes in eigen handen. “Wat we zelf kunnen doen, vermijdt onnodige kosten aan derden. Het houdt ons ook bij de pinken, we zijn volledig op de hoogte”, stelt Ellen.

In de stal is hun vrouwelijke aanpak misschien nog het meest zichtbaar. “Wij krijgen steeds leuke reacties van de leveranciers over de rust bij onze kippen”, zegt Marja. “De nerveuze witte kippen zijn hier blijkbaar rustiger dan elders. Misschien komt dit door onze moederlijke eigenschappen. Vrouwen zouden trouwens ook verfijnder de eieren rapen en sorteren.”

Schoonste boerin was een unieke ervaring

Ellen is geen onbekende in de landbouwsector. Ze was in de periode 2013 - 2014 namelijk ‘Schoonste boerin van Vlaanderen’, een titel waar ze terecht nog steeds trots op is. “Dat was een unieke ervaring”, herinnert Ellen zich. “De media-aandacht had ook wel wat gevolgen. Ik was in die periode veel uithuizig, maar ook dat had ik correct afgesproken met mama. Alle afspraken om bijvoorbeeld presentaties of reportages voor PlattelandsTv te gaan doen, verliepen in de namiddag dus na de werkzaamheden in de stal. Ik bleef dat tot eind 2016 doen, ik was toen zwanger van Amelia.

In 2013 en 2014 was Ellen ‘Schoonste boerin van Vlaanderen’, een titel waar ze terecht nog steeds trots op is.
In 2013 en 2014 was Ellen ‘Schoonste boerin van Vlaanderen’, een titel waar ze terecht nog steeds trots op is.

Die reportages gaven me een goed beeld over de andere land- en tuinbouwsectoren. Hoe pakken collega’s het aan op hun bedrijf, in hun sector? Ik gaf mijn ogen de kost want ik zocht wel naar mogelijkheden om hier een extra bedrijvigheid te starten. Slotsom van dit verhaal was dat ik tevreden ben met ons huidige bedrijf. Mijn keuze werd eigenlijk bevestigd. Wanneer je start met thuisverkoop van eieren, ben je hieraan aan gebonden. Ik wilde helemaal geen winkeljuf zijn of geen ijssalon uitbaten. Wij zullen zelf wel een ijsje gaan eten! Geef ons maar ruimte om te leven en te genieten met ons gezin. Dat is misschien een verschillende standpunt dan bij mannelijke bedrijfsleiders… die streven immers dikwijls naar groei van het bedrijf.”

Een job van 7/7 en 24/24

Marja en Ellen houden van het boerenleven. “We hebben het voordeel dat we werk en thuis kunnen combineren. We moeten ook geen dagelijkse files trotseren”, lacht Marja. “Anderzijds gaat de eierproductie ook gewoon 7 dagen op 7 en 24 uur op 24 door, dus ook tijdens het weekend of bij speciale omstandigheden zoals bijvoorbeeld een overlijden. Je kan als veehouder niet zomaar weg. Ook daarvoor is samenwerken met je dochter een voordeel. Wij kunnen een langer uitje onderling wel regelen.”

Beide dames waarschuwen wel voor eenzaamheid. Je moet opletten om niet in een isolement terecht te komen. “Daarom ben ik actief bij de plaatselijke Ladies Circle, een service club voor vrouwen”, vult Ellen aan. “Dat is ideaal om ook buiten de sector sociale contacten te hebben. Daarnaast ben ik secretaris en bestuurslid van de Pluimveebond Antwerpen en bestuurslid bij de vakgroep Boerenbond Antwerpen. Ik ben er de enige vrouw in het bestuur, maar dat vind ik niet zo erg. Het is een professioneel netwerk, ik zit zo op de eerste rij voor nuttige informatie over de sector en voor ons bedrijf. Ik speel er gewoon mijn rol in het debat.”

Marja en Ellen zijn ook allebei lid van de Ladies with l'Eggs, een twintigtal leghennenhoudsters die acties ondernemen om het ei promoten bij het grote publiek. Ook dat vinden ze erg verrijkend.

Marja en Ellen zijn allebei lid van de Ladies with l'Eggs, een twintigtal leghennenhoudsters die acties ondernemen om het ei promoten bij het grote publiek. Dat vinden ze erg verrijkend.
Marja en Ellen zijn allebei lid van de Ladies with l'Eggs, een twintigtal leghennenhoudsters die acties ondernemen om het ei promoten bij het grote publiek. Dat vinden ze erg verrijkend.

Ogen en oren

Momenteel loopt een studente van de landbouwschool in Geel stage op het bedrijf van Marja en Ellen. Marja: “Ik vond het wel nuttig dat Evelien onze babbel zou volgen. Daar leert ze zeker ook van, een bedrijf leiden is niet alleen een technisch verhaal.”

Evelien luister inderdaad geboeid naar het wel-en-wee van dit moeder-dochterverhaal. “Ik vind het fantastisch hoe Ellen en Marja samenwerken. Thuis hebben we ook een pluimveebedrijf. Ik zie me daar later wel instappen, én ik hoop toch ook om ooit mama te worden. Ik leer hier met mijn ogen en oren.”

Anne Vandenbosch

Meest recent

Meest recent